- De consolidatie van het aantal spelers in de Nederlandse levensverzekeringssector zet mogelijk verder door.
- Verzekeraar Achmea bevestigt tegenover het FD diverse opties te bekijken voor het onderdeel Achmea Pensioen en Leven.
- Eind 2022 verkocht Aegon zijn Nederlandse verzekeringsactiviteiten aan branchegenoot ASR.
- Lees ook: MKB’ers zijn zich onvoldoende bewust van risico’s van leveren op krediet, volgens CFO van grote kredietverzekeraar
Het aantal spelers op de Nederlandse markt voor levensverzekeringen lijkt gestaag kleiner te worden. Na de verkoop van de verzekeringstak van Aegon aan ASR, overweegt ook Achmea zijn tak voor levensverzekeringen van de hand te doen. Dat meldt het Financieele Dagblad maandag.
De verzekeraar bevestigt tegenover de krant dat er verschillende opties worden bekeken voor de toekomst van Achmea Pensioen en Leven. Dit bedrijfsonderdeel zou kampen met dalende inkomsten en gelijkblijvende kosten.
Verkoop van de levenstak van Achmea zou een verdere consolidatie van de sector in Nederland inluiden. Naast de samenvoeging van de verzekeringsactiviteiten van Aegon Nederland en ASR is enkele jaren geleden verzekeraar Delta Lloyd ondergebracht bij Nationale-Nederlanden.
Levensverzekeraars kampen nog altijd met afwikkeling woekerpolisaffaire
Veel levensverzekeraars zijn nog bezig met de afwikkeling van de affaire rond te dure beleggingsverzekeringen. ASR maakte eind vorig jaar bekend 300 miljoen te betalen in een schikking over de zogenoemde woekerpolisaffaire.
ASR heeft een overeenkomst gesloten met claimorganisaties Consumentenclaim, Woekerpolis.nl, Woekerpolisproces, Wakkerpolis en de Consumentenbond, die nu al hun claimprocedures tegen de verzekeraar stop zullen gaan zetten.
Met de deal met de claimorganisaties is circa 250 miljoen euro gemoeid. Daarnaast zet ASR nog 50 miljoen euro opzij voor schrijnende gevallen en voor klanten die niet zijn aangesloten bij de organisaties. De schikking volgt op recente uitspraken van de rechter die de klanten in het gelijk stelden en mogelijkheden creëerden voor eventuele flinke, extra schadevergoedingen.
In 2006 kwam aan het licht dat diverse levensverzekeraars bij hun beleggingsverzekeringen veel te hoge kosten in rekening hebben gebracht die niet met de klant overeengekomen waren. De rechtbank gaf klanten daarom gelijk in hun klacht dat ze te veel kosten hebben betaald, waardoor de opbrengsten van de beleggingen tegenvielen.