Nederland lijkt is een interessant land voor beroemde beleggers. Nederland
heeft enerzijds zelf namelijk niet veel uitstekende fondsmanagers en
anderzijds staan hier wel grote potten met geld die we pensioenfondsen
noemen.

Regelmatig reizen de groten uit beleggingsland dus naar Nederland om daar hun
koopwaar aan te prijzen en soms ben ik daarbij.

Middelmatige managers hebben vaak een gortdroog saai verhaal, maar de beste
fondsmanagers hebben een nieuwsgierig karakter, een scherpe geest en zijn
niet te beroerd om hun visie met passie uit te dragen.

Let op zout
Deze week was de beurt aan Graham French van M&G Global Basics. French werkt
al 22 jaar bij M&G en heeft een mooie elite-rating van Morningstar gekregen
en zijn prestaties zijn schitterend. Geen wonder dat hij inmiddels dan ook
13,1 miljard mag beheren. French – getrouwd met een Nederlandse, half lang
haar- is geoloog van huis uit.

French zat vol interessante anekdotes. Hij ziet bijvoorbeeld veel in zout. “In
China komt het nergens uit de grond terwijl ze het wel overal op gooien en
een mijn moet absoluut droog zijn anders spoelt het goedje zo weg”. De prijs
zou wel eens honderden procenten omhoog kunnen gaan, net als in voorgaande
jaren met goud, koper en suiker gebeurde.

Luchtjes Unilever
De gepassioneerde M&G-belegger was vroeg in opkomende markten die hij vanwege
hun oude beschaving liever “re-emerging” noemt. Door collega’s werd hij tien
tot vijftien jaar geleden voor gek verklaard door niet in technologie te
beleggen.

Inmiddels profiteert French vooral via indirecte beleggingen in emerging
markets als bijvoorbeeld Unilever van de groei in Azië. Uit bescheidenheid
durven veel Chinese vrouwen geen luchtje op te doen, maar dat verandert.
Iedereen wil er immers goed uit zien. En iedereen wil lekker ruiken.

French: “Unilever geeft niet veel om Nederland of de VS, maar vraagt zich
enkel af hoe ze hun life style producten in re-emerging markets aan de man
kunnen brengen.” Min of meer hetzelfde geldt voor Mexicaanse mannen van
middelbare leeftijd die teveel eten en drinken. Om verstoppingen te
voorkomen zijn ze maar wat bereid om een gezond yoghurtdrankje met de juiste
bacteriën te nuttigen.

Mee met kolen
Ook over energie heeft French zo zijn ideeën. Kernenergie gaat het helemaal
worden, maar het is onmogelijk om met uranium geld te verdienen. Wie een
blok ervan verkoopt, ziet zijn klanten immers jaren lang niet terug omdat
het zo lang mee gaat. Windenergie is ook geen favoriete belegging. “Vestas
is de grootste onderneming op dit gebied, maar de cijfers van dit bedrijf
zijn slecht en de koers zakt ineen”. Kolen moet het zijn. Daar zit tenminste
handel en toekomst in, volgens French en hij ziet goede kansen om dit een
schonere energiebron te laten worden.

French is niet altijd succesvol geweest en toonde zich een emotionele man die
uit nobele motieven belegger is geworden om te laten zien dat het anders kan
nadat de financiële industrie het pensioengeld van zijn vader vrijwel
volledig had laten verdampen.

Innovatie en immigratie
De crisis in 2008 had een gemeen effect op zijn fonds: “Ik sliep zes weken
lang niet”. Hij had immers in het achterhoofd het gewone gezin – hij
taxichauffeur, zij verpleegster – die toch al niet veel bijster vertrouwen
heeft in de financiële industrie. Hoewel French dus het beste op heeft met
“Henk en Ingrid” is hij geen voorstander van een streng immigratiebeleid.
Immigratie zorgt - naast voor problemen die niet leuk zijn - ook voor
broodnodige innovatie in de maatschappij.

Wat heb ik toch weer veel geleerd in die 1,5 uur. En wat kan werk toch
interessant zijn. Nu weer terug naar de harde realiteit: studeren op
cijfers, rapporten controleren en fondsen beoordelen. Niet alleen op basis
van mooie oneliners van grappige fondsmanagers. Maar vooral op basis van
feiten en eigen onderzoek.

Freddy van Mulligen is Hoofd Research Morningstar
Benelux. Deze column is niet bedoeld als individueel advies tot het doen van
beleggingen.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl