- Over circa acht weken kunnen we 2024 inluiden: een mooi moment om alvast maatregelen te nemen waarmee je fiscaal gezien geld bespaart.
- Zo kun je slim schuiven met je vermogen, waardoor je straks minder belasting in box 3 voor sparen en beleggen betaalt. Maar pas wel op voor ‘peildatumarbitrage.’
- Business Insider behandelt in een drieluik de belangrijkste fiscale eindejaarstips voor 2023.
- Lees ook: Zoveel extra vermogensbelasting betaal je in 2024 in box 3 voor sparen en beleggen door hoger tarief
2023 gloort aan de horizon. Is jouw vermogen hoog genoeg om vermogensbelasting te betalen, dan is het slim om te kijken of je de komende weken stappen kunt ondernemen met je spaargeld, beleggingen en eventuele schulden om fiscaal gunstig uit te zijn. Zeker nu de vermogensbelasting volgend jaar omhoog gaat.
Door bijvoorbeeld grote uitgaven naar voren te halen, belastingvrij te schenken of schulden vervroegd af te lossen, kun je ervoor zorgen dat je minder belasting betaalt in box 3. Ook met het oog op toeslagen is het gunstig als je vermogen op 1 januari 2024 lager uitvalt.
Hoe je dit kunt doen – en wat je vooral ook níet moet doen – kun je lezen in deel 1 van de jaarlijkse serie van Business Insider met fiscale eindejaarstips voor het nieuwe jaar.
Probeer de waarde van je spaargeld en beleggingen vóór 1 januari 2024 te drukken
Over het tegoed op je betaalrekening en de waarde van spaargeld, beleggingen, cryptovaluta en een eventueel een vakantiehuis moet je belasting betalen in box 3 van de inkomstenbelasting. Hiervoor geldt een vrijstelling. Deze bedraagt volgend jaar 57.000 euro; net zoveel als nu.
Over elke euro boven die grens moet je afrekenen met de fiscus. En dat wordt meer dan dit jaar, want het belastingtarief gaat omhoog, van 32 procent naar 34 procent.
De Belastingdienst kijkt bij de berekening van dit bedrag naar de waarde van je vermogen op 1 januari, de zogeheten peildatum. Heb je meer vermogen dan de vrijstelling van 57.000 euro, dan is het slim om te proberen om dit de komende weken terug te dringen, om fiscaal gunstig uit te zijn.
Ontvang je huurtoeslag, zorgtoeslag of een kindgebonden budget, dan heb je nog een extra reden om je vermogen nog even onder de loep te nemen. Want hiervoor geldt een vermogenstoets. Die is erg streng: je verliest je volledige recht op de toeslag al als je vermogen slechts één euro boven die grens uit komt.
Lees ook: Zoveel extra vermogensbelasting betaal je in 2024 in box 3 voor sparen en beleggen door hoger tarief
Hoe groot het voordeel uiteindelijk is als je je vermogen drukt, is helaas nog onduidelijk. Er is immers nog altijd veel onzekerheid is over de manier waarop de vermogensbelasting de komende jaren wordt ingericht.
In 2027 moet er een nieuw stelsel komen voor de vermogensbelasting in box 3. Tot die tijd geldt er een overbruggingsregeling. Hierbij wordt vooralsnog gewerkt met fictieve rendementen op vermogen, maar die systematiek stuit op forse kritiek van de adviseur van de Hoge Raad. Het kan dus zo zijn dat er een andere regeling komt.
Hoe dan ook is het sowieso slim om te kijken hoe je je vermogen de komende maanden omlaag kunt brengen. Hiervoor heb je verschillende opties.
1) Los extra af op je hypotheek
Een beproefde manier om je vermogen te drukken, is door extra af te lossen op je hypotheek; bij voorkeur op het aflossingsvrije gedeelte. Is de hypotheekrente die jij betaalt hoger dan de rente die je nu op een spaarrekening krijgt, dan kan dat per saldo gunstig uitpakken.
Vervroegd extra aflossen op de hypotheek leidt bovendien tot lagere maandlasten en een lagere restschuld in het geval van een aflossingsvrije hypotheek.
Zorg er wel voor dat je onder het bedrag blijft dat je jaarlijks boetevrij mag aflossen, want anders ben je misschien alsnog duurder uit. Bij de meeste geldverstrekkers mag je elk jaar tussen de 10 en 20 procent van de hypotheekschuld boetevrij aflossen.
Verlies ook de nadelen niet uit het oog. Na een extra aflossing kun je minder hypotheekrente aftrekken. Zeker nu de hypotheekrente aan het oplopen is, is dit iets om op te letten.
Ook kun je bij de aankoop van een ander huis in de knoei komen met de bijleenregeling. Deze schrijft voor dat je de overwaarde van je huis moet steken in je nieuwe woning, omdat je anders over dat gedeelte renteaftrek misloopt. Overleg daarom met je hypotheekadviseur of extra aflossen voor jou gunstig is.
Verder moet je je realiseren dat alles wat je aflost, straks in stenen zit en je daar dus niet zomaar bij kunt. Zeker in onzekere tijden is het belangrijk om wat vet op de botten te hebben.
Zorg er dus sowieso voor dat je voldoende financiële reserves overhoudt voor tegenslagen (zoals een stijging van de energierekening of de vervanging van een kapotte wasmachine) en geplande grote uitgaven (zoals de aankoop van een nieuwe auto, rijlessen voor je kinderen of een schilderbeurt van je huis).
… of stort extra in je (bank)spaarhypotheek
Heb je een (bank)spaarhypotheek, dan is het wellicht verstandiger om een extra storting te doen in je polis. Houd wel rekening met de fiscale beperkingen. Zo mag de hoogste jaarinleg maximaal tien keer zo groot zijn als de laagste jaarinleg.
Ga dus niet blind extra storten, maar overleg met je hypotheekadviseur wat je het best kunt doen.
2) Doe grote aankopen, zoals een auto of laptop, nú of overweeg een gift
Heb je al plannen voor grote aankopen, zoals een keuken, nieuwe auto of elektrische fiets, dan kan het slim zijn om nog voor de jaarwisseling in actie te komen, zodat je spaartegoed een stuk lager wordt. Elke euro is immers meegenomen.
Probeer wel te voorkomen dat je je geld in onzinnige aankopen steekt, maar uitsluitend uitgeeft aan zaken die je toch al van plan was om aan te schaffen. Anders ben je alsnog duurder uit.
Steek je je geld in energiebesparende maatregelen, zoals woningisolatie of de aanschaf van zonnepanelen of een warmtepomp, dan snijdt het mes aan twee kanten: je bespaart op de vermogensbelasting én krijgt een lagere energierekening, waardoor je de aanschafkosten in enkele jaren terugverdient.
Pas wel op dat je jezelf niet rijk rekent. Veranderingen in regelgeving of maatregelen van energiebedrijven kunnen ervoor zorgen dat de terugverdientijd fors oploopt. Zo brengen diverse energieleveranciers sinds kort extra kosten die energieleveranciers in rekening brengen bij eigenaren van zonnepanelen en moet je rekening houden met een versobering van de salderingsregeling (een regeling waarbij je de stroom die je teruglevert mag wegstrepen tegen de stroom die je verbruikt).
Ook je zorgpremie vooruit betalen kan geld schelen, want naast belastingvoordeel levert dat vaak ook een aantrekkelijke premiekorting op.
Daarnaast kun je giften overwegen. Door een gift aan een goed doel daalt je vermogen. Bovendien zijn giften aftrekbaar van je inkomen als deze bij elkaar opgeteld hoger zijn dan 1 procent van je verzamelinkomen, met een minimum van 60 euro.
3) Doe een belastingvrije schenking
Een andere beproefde methode om je vermogen te drukken is een belastingvrije schenking. Hiermee val je dubbel in de prijzen: je bent minder vermogensbelasting verschuldigd én je erfgenamen betalen na jouw overlijden minder erfbelasting.
Ouders mogen aan hun kind dit jaar 6.035 euro belastingvrij schenken. Voor overige schenkingen geldt een vrijstelling van 2.418 euro.
Daarnaast mogen ouders aan hun kind van 18 tot 40 jaar eenmalig een extra hoog bedrag belastingvrij schenken: 28.947 euro. Wordt het geld gebruikt voor de aankoop of verbouwing van een huis, dan mag de ontvanger ook iemand anders zijn dan je kind. Gaat het geld naar een dure studie (van minimaal 20.000 euro per jaar), dan geldt een extra hoge vrijstelling van 60.298 euro.
Zorg er bij schenkingen wel voor dat de ontvanger geen toeslagen misloopt omdat het vermogen te hoog wordt. Houd de grensbedragen dus goed in de gaten.
4) Los kleine schulden en belastingschulden af
Komt je vermogen boven de vrijstelling voor de vermogensbelasting uit, dan is het handig om ook wat schulden te hebben, zou je zeggen. Deze mag je immers aftrekken van je vermogen in box 3.
Toch zijn schulden eigenlijk helemaal niet zo aantrekkelijk. Ten eerste is de rente over leningen doorgaans een stuk hoger dan de spaarrente, waardoor het mogelijke belastingvoordeel waarschijnlijk teniet wordt gedaan.
Ten tweede geldt er voor schulden een niet-aftrekbare drempel van 3.400 euro (of het dubbele bij fiscaal partners). Je mag alleen het gedeelte dat daar bovenuit uit komt aftrekken van je vermogen, tegen een fictief rendement van 2,57 procent (voorlopig cijfer).
Ten derde zijn sommige schulden zelfs helemaal niet aftrekbaar, zoals belastingschulden (met uitzondering van erfbelasting) en ondernemingsschulden.
Los daarom vooral kleine schulden en schulden die niet aftrekbaar zijn, zoveel mogelijk af voor 1 januari. Verlies ook een eventuele roodstand op je bankrekening niet uit het oog. De rentes die banken hiervoor in rekening brengen zijn inmiddels opgelopen tot bijna 14 procent, dus dat tikt behoorlijk aan.
5) Stop je spaargeld in een lijfrente voor je pensioen
Veel Nederlanders hebben te weinig pensioen opgebouwd, omdat ze bijvoorbeeld een tijdje niet hebben gewerkt, lange tijd part time hebben gewerkt of zzp'er zijn (geweest). Geldt dit ook voor jou, dan mag je fiscaal vriendelijk sparen of beleggen om dat tekort (jaarruimte geheten) weg te werken, als aanvulling op de AOW en een eventueel pensioen.
Hiertoe moet je geld storten op een lijfrentespaarrekening, -beleggingsrekening of -verzekering. Je hoeft gedurende de opbouwperiode geen vermogensbelasting te betalen over het opgebouwde saldo. Bovendien mag je de inleg aftrekken van je belastbaar inkomen in box 1, waardoor je minder belasting betaalt. Afrekenen doe je pas als je de spaarpot opneemt.
Zo'n storting in een lijfrente kan een slimme manier zijn om vermogensbelasting te verminderen. Bedenk wel dat het geld vast staat op een geblokkeerde rekening, waardoor je er in noodgevallen niet zomaar bij kunt.
6) Simpel maar tricky: loop een keer extra naar de pinautomaat
Je kunt ook voor de jaarwisseling nog wat extra contant geld opnemen. Dit jaar is 596 euro (of 1.192 euro bij een fiscaal partnerschap) vrijgesteld van vermogensbelasting.
Bedenk wel dat je geld thuis opbergen riskant is: het kan worden gestolen of verloren gaan door brand. Je kunt wel overwegen om een kluis te kopen, maar aan een goede kluis, die brand- en inbraakwerend is, hangt wel een flink prijskaartje.
Check daarnaast of jouw bank extra kosten voor grote cashopnames in rekening brengt. Anders ben je alsnog onvoordelig uit.
7) Overweeg een spaargeld-BV
Heb je veel geld op de plank, dan kun je de oprichting van een spaargeld-BV overwegen. Hiervoor gelden wel allerlei spelregels. Zo moet je elk jaar aangifte vennootschapsbelasting doen. Verdiep je dus goed in de materie voor je naar de notaris stapt.
Snel je beleggingen verkopen? Dat is riskant
Sinds 2022 hangt de hoogte van de vermogensbelasting af van de verdeling van je vermogen over spaargeld en beleggingen. De Belastingdienst gaat, tot in 2027 een nieuw stelsel wordt ingevoerd, uit van een fictief rendement per categorie, in plaats van het daadwerkelijke rendement. Hierover betaal je in 2024 naar verwachting 34 procent belasting.
Spaarders komen er gunstiger van af dan beleggers, want het veronderstelde rendement op bank- en spaartegoeden is aanzienlijk lager dan het rendement op beleggen. Hoe groot de verschillen precies worden, is nog niet duidelijk maar voorlopig gaat de fiscus voor 2023 uit van een fictief rendement van 0,36 procent op bank- en spaartegoeden, en 6,17 procent op beleggingen en overige bezittingen (zoals cryptobeleggingen en een vakantiehuis).
Beleg je veel, dan loont het om nog even snel te schuiven met je vermogen, zodat de vermogensverdeling gunstiger uitpakt, zou je zeggen. Je zou dan vóór 1 januari (een deel van) je aandelen of obligaties moeten verkopen, de opbrengst op een spaarrekening moeten zetten en na de jaarwisseling weer switchen.
Dit trucje kan leiden tot een forse boete en strafrechtelijke vervolging
Toch kun je dat beter niet doen. De overheid heeft een stokje gestoken voor deze truc, peildatumarbitrage genoemd. Als de periode tussen de verkoop en aankoop van bezittingen korter is dan drie maanden en 1 januari binnen die periode valt, gaat de Belastingdienst hier niet mee akkoord. Je kunt dan een vergrijpboete krijgen. Je kunt zelfs strafrechtelijk worden vervolgd als de staatskas door jouw trucje meer dan 20.000 euro dreigt mis te lopen.
Je kunt daar alleen onderuit als je kunt aantonen dat je geen fiscale motieven had voor het schuiven met bezittingen. Maar dat moet je wel kunnen bewijzen.
Een ander nadeel is dat je door dat geswitch dubbele transactiekosten betaalt. Ook loop je mogelijk rendement mis als de beurskoersen nét gaan oplopen als je je geld aan de zijlijn hebt geparkeerd.