- Financieel directeur Eric Wildschut van de afgelopen week omgevallen aluminiumfabrikant Aldel heeft de afgelopen twaalf maanden een dollemansrit meegemaakt.
- Wildschut heeft het gevoel dat Aldel, dat zuchtte onder de torenhoge energieprijzen, door de overheid in de steek is gelaten.
- Omdat een nieuwe koper geen schulden hoeft over te nemen na het faillissement, is het wellicht mogelijk om toch een doorstart te maken.
- Lees ook: Kabinet tuigt steunregeling op voor MKB-bedrijven met hoog energieverbruik: gros van de bakkers kan daarvan profiteren
Afgelopen donderdag werd bekend dat aluminiumfabrikant Aldel uit Delfzijl failliet is verklaard. De hoge energieprijzen voor stroom en gas maakten de bedrijfsvoering steeds lastiger. Er blijven de komende maanden nog wel zo’n 20 tot 25 werknemers actief om het bedrijf op de ‘waakvlamstand’ te houden. Maar daar zit financieel directeur Eric Wildschut niet bij. Ook hij is sinds maandag niet meer in dienst van Aldel.
Wildschut, die voorheen onder meer bij Shell en de NAM werkte, startte in juni 2019 als Chief Financial Officer (CFO) bij Aldel. Een bewogen periode volgde, want begin 2020 brak de coronacrisis uit en dit jaar ging die naadloos over in een Europese energiecrisis.
“Ik heb in de afgelopen twaalf maanden waarschijnlijk meer meegemaakt dan menig CFO in z’n hele loopbaan. We hebben binnen een jaar meer dan 300 mensen moeten ontslaan, er is een management buy-out geweest, een staking en nu dan het faillissement”, vertelt Wildschut in een telefonische toelichting aan Business Insider.
Op de vraag wat hij de komende weken van plan is, luidt het begrijpelijke antwoord dan ook: “Even niets.”
Afgelopen vrijdag gaf curator Erik Eshuis aan dat er vóór de kerst een nieuwe koper gevonden moet worden voor Aldel om het bedrijf nog een toekomst te geven in Delfzijl. Is dat realistisch? "Uit de gesprekken die tot nog toe zijn gevoerd met potentiële kopers is niets gekomen", legt Wildschut uit. "Maar de situatie is nu anders, in die zin dat er na het faillissement geen sprake meer is van schulden die een koper moet overnemen. Mogelijk verandert het perspectief daardoor, maar zo'n overnameproces moet niet te lang duren."
Wildschut wijst er ook op dat energieprijzen recent zijn gedaald, in ieder geval de inkoopprijzen voor levering op korte termijn. "De eerste zes maanden van dit jaar is er gewoon winst gedraaid bij Aldel. Het grootste risico zit 'm in de volatiliteit van de gasprijzen, dat moet je kunnen afdekken."
Wat Wildschut de afgelopen maanden vooral heeft teleurgesteld is de reactie van de overheid op de problemen bij Aldel. "Het gevoel leeft dat we in de steek zijn gelaten. De overheid heeft op geen enkele manier generieke of individuele maatregelen willen nemen. Je wilt als industrie wel het idee hebben dat je welkom bent, dat je gesteund wordt in moeilijke tijden."
Dan gaat het volgens Wildschut in eerste instantie simpelweg om de mogelijkheid gehoord te worden bij de overheid. Er zijn volgens hem tal van oplossingen denkbaar, en dat hoeft niet altijd meer geld te kosten. "Zo is er bijvoorbeeld een subsidieregeling voor bedrijven die veel stroom gebruiken, in de vorm van een indirecte kostencompensatie voor de CO2-uitstoot. In de coronatijd werd die subsidie eerder uitbetaald. Dat was voor Aldel nu ook waardevol geweest. Dat is puur een kwestie van timing."
Toekomst zonder goedkope energie
Aldel is in de jaren '60 van de vorige eeuw in Delfzijl gestart, mede met de gedachte dat de vestigingsplaats in de provincie Groningen aantrekkelijk was vanwege de beschikbaarheid van goedkoop gas van eigen bodem.
Die zekerheid is met het afschalen van de gasproductie in Groningen verdwenen. Nederland is in korte tijd zeer afhankelijk geworden van de volatiele internationale energiemarkten. Heeft het exploiteren van een energie-intensieve fabriek in Delfzijl dan nog zin?
Wildschut wijst erop dat het energieverbruik van Aldel in de afgelopen decennia steeds meer gebaseerd is op elektrificatie van de productieprocessen. "We hebben de afgelopen twintig jaar nooit goedkopere stroom gekregen, maar gewoon de marktprijs betaald. Dat heeft er ook voor gezorgd dat de aandacht continu gericht is geweest op een zo hoog mogelijke energie-efficiëntie met een bijbehorend verduurzamingstraject."
De kans dat stroomprijzen snel dalen naar de niveaus van twee jaar geleden, lijkt niet heel groot. Maar volgens Wildschut zou bij een zekere normalisering van de energiemarkt een rendabele exploitatie voor Aldel mogelijk moeten zijn. "Je zou door moeten kunnen."