Dat blijkt uit een analyse die toezichthouder De Nederlandsche Bank dinsdag publiceerde.
De Nederlandse staatsschuld is sinds de kredietcrisis van 2008 met zo’n 190
miljard euro opgelopen. Maar het grootste deel van deze toename, pakweg 120
miljard euro, komt voor rekening van ‘reguliere’ begrotingstekorten. Ofwel:
de overheid gaf meer uit dan ze binnenkreeg aan belastingen en premies.
Bijna tweederde van de toename van de staatsschuld komt dus voor rekening van
oplopende begrotingstekorten. Op de tweede plaats komt de financiële steun
aan Nederlandse banken en verzekeraars. Die goed is geweest voor ongeveer
eenvijfde van de toename van de staatsschuld.
De invloed van noodleningen aan Europa was veel beperkter, zo blijkt uit
onderstaande grafiek.
DNB heeft via een enquête ook gevraagd wat volgens Nederlanders de
belangrijkste reden is voor de toename van de staatsschuld. Daarbij wees 43
procent op de hogere begrotingstekorten. Maar respectievelijk 27 en 20
procent van de respondenten wees op de steun aan Europa en de hulp voor
banken.
De schuld van de Rijksoverheid en lagere overheden loopt dit jaar volgens het
Centraal Planbureau op naar 451 miljard euro. Dat is een toename van 21
miljard euro vergeleken met 2012.
Per dag stijgt de staatsschuld dit jaar met een kleine 58 miljoen euro op.
Ieder uur komt er bijna 2,4 miljoen euro bij, iedere seconde zo’n 666 euro,
zo blijkt uit de Staatschuldmeter
van Z24.
Lees ook:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl