Natuurlijk kon het vertrek van Sipko Schat als verantwoordelijk Rabobank-bestuurder voor het Libor-schandaal niet uitblijven, schrijft Errol Keyner.
Gelukkig. De bestuurders en commissarissen van de Rabobank zijn met enige vertraging tot dezelfde conclusie gekomen als de rest van de mensheid: Sipko Schat moest als verantwoordelijk bestuurder voor het Libor-schandaal opstappen.
Zijn baas Piet Moerland had al eerder het licht gezien en besefte dat opstappen de enige optie was.
Nieuwe uitdaging: gouden handdruk of niet?
Ziezo, bij de Rabobank komt de schoonmaak op gang, maar de bank ziet zich meteen geconfronteerd met de volgende uitdaging: hoe hoog moet de gouden handdruk zijn voor Schat? Een falend bestuurder kun je toch niet met lege handen laten vertrekken?
De Rabobank voelt echter feilloos aan dat de gewone man en vrouw – alsmede de meeste ongewone mannen en vrouwen – een gouden handdruk niet zullen toejuichen. Vandaar dat de bank een “onafhankelijke derde” laat beslissen over de hoogte ervan.
Die onafhankelijke derde kan uit twee routes kiezen. De eerste is die waarbij uiteindelijk een rechter bepaalt waartoe Rabobank contractueel verplicht is.
De verreweg beste route is weliswaar afhankelijk van het moreel besef van Schat als falend bestuurder, maar kan slechts tot één conclusie leiden: een ontslagvergoeding van nul euro. Maximaal.
Errol Keyner is adjunct-directeur bij de Vereniging van Effectenbezitters (VEB), maar schrijft dit artikel op persoonlijke titel.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl