Ook het Franse olieconcern Total overweegt naar verluidt een overname van Eneco. Dat meldt persbureau Bloomberg op basis van ingewijden.
Onlangs kondigde Shell al aan een bod te willen uitbrengen op het Nederlandse energiebedrijf samen met pensioenuitvoerder PGGM.
Bij Eneco en dochterbedrijven als Quby, dat de slimme thermostaat Toon maakt, werken ongeveer 3.500 mensen. Het energiebedrijf is behalve in Nederland ook actief in België, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.
Total zou nog met adviseurs aan het kijken zijn of inlijving van Eneco interessant is voor de Fransen. In het geruchtencircuit rond Eneco werd Total eerder ook al eens genoemd als mogelijk geïnteresseerde partij. Ook de namen van de bedrijven Engie, Enel, Macquarie en Mitsubishi Corporation doen de ronde. Woordvoerders van de partijen wilden geen commentaar geven.
Voor olieconcerns als Total en Shell is het interessant om via bijvoorbeeld Eneco direct energie te leveren aan consumenten. Daarmee dekken ze zich volgens kenners in tegen het risico dat de vraag naar benzine en diesel opeens flink inzakt door strengere milieuregels en de opkomst van elektrisch rijden.
Shell investeert de laatste tijd ook steeds meer in schone energie en wil die investeringen verder opvoeren.
Rotterdam kan flink cashen
De 53 gemeenten die eigenaar zijn van Eneco besloten vorig jaar dat ze van hun aandelen af willen. Later werd bekend dat Eneco in meerdere rondes wordt geveild, waarbij de aandeelhouders extra letten op behoud van banen en de duurzame plannen van de bieder. De verkoop komt waarschijnlijk pas in 2020 rond.
Wat Eneco waard is, daar wil het bedrijf niks over kwijt. Eerder deden schattingen van 3 à 4 miljard euro de ronde. Bij eerdere veilingen werd Nuon aan Vattenfall verkocht voor 10 miljard euro en Essent aan RWE voor 8,3 miljard euro.
Een aantal gemeentes kan in elk geval flink cashen. Zo kan Rotterdam rekenen op bijna 1 miljard euro als Eneco voor 3 miljard wordt verkocht.
Lees meer: Deze 9 gemeentes cashen het meest bij de verkoop van Eneco
De verkoop van Eneco door de aandeelhouders was een heet hangijzer. Een groot deel van de gemeenten vond dat hun belang in het energiebedrijf niet meer strategisch was toen netwerktak Stedin op eigen benen was gezet. Tegenstanders van een verkoop meenden juist dat ze meer invloed hadden op de werkgelegenheid en de duurzame koers als ze aandeelhouder bleven.
Tegelijkertijd was er onrust in het bedrijf waar de ondernemingsraad en de raad van commissarissen lijnrecht tegenover elkaar kwamen te staan over het buitenspel zetten van het medezeggenschapsorgaan door de commissarissen in de kwestie rond het vertrek van topman Jeroen de Haas.
Uiteindelijk moest de rechter er aan te pas komen. Die stuurde president-commissaris Edo van den Assem weg. Twee andere commissarissen vertrokken zelf.