De wet op de arbeidsovereenkomst bestaat honderd jaar. In samenwerking met de
ministeries van Justitie en Sociale Zaken wijdde de SER hier dinsdagmiddag
een symposium aan. Het idee achter de wet was dat werknemers beschermd
moeten worden. Zij stonden namelijk per definitie zwakker dan de werkgever,
zo was het idee. Ze zijn voor het hebben van werk en het krijgen van loon
van hem afhankelijk. Dat is nog steeds zo, maar er is in de loop der tijd
wel wat veranderd.
Mensen werken niet meer hun hele leven voor dezelfde werkgever. Er zijn
een boel werknemers die werknemers die zonder vaste arbeidsovereenkomst
werken. Ze hebben een tijdelijk contract of verhuren zichzelf als
zelfstandige.
Werknemers worden ondernemers, hoor je vaak. In de toekomst zullen ze zich
steeds vaker voor korte projecten aan wisselende opdrachtgevers verhuren, zo
is het idee. De regels die gelden voor werknemers met een vast contract
worden zo omzeild. Werkgevers op hun beurt, omzeilen de regels die gelden
voor mensen met vaste contracten door te werken met tijdelijke contracten en
uitzendkrachten.
Het vaste contract boet hierdoor in aan belang. Dat is zorgelijk, aldus
minister Donner van Sociale Zaken op het symposium dinsdag, omdat het vaste
contract de peiler is onder ons sociale zekerheid- en
arbeidsvoorwaardenstelsel. Je komt in aanmerking voor een
arbeidsongeschiktheidsuitkering of een uitkering bij zwangerschapsverlof als
je in dienst bent bij een werkgever. Anders niet. Het kan niet zo zijn dat
nog maar weinig mensen voor voorzieningen in aanmerking komen, simpelweg
omdat ze geen arbeidsovereenkomst hebben. Een modernisering van het
arbeidsovereenkomstenrecht zou hier rekening mee moeten houden.
Volgens hoogleraar Europees Arbeidsrecht in Maastricht Ferdinand Grapperhaus
zou het arbeidsovereenkomsten recht alleen nog werknemers moeten beschermen
die dit nodig hebben. Werknemers met een zwakke positie op de arbeidsmarkt
hebben meer bescherming nodig dan werknemers met een sterke positie, vindt
hij. Regel zaken als ontslagbescherming dus voor mensen die dat nodig hebben
en niet voor iedereen.
Volgens hoogleraar Saskia Klosse verbonden aan de Universiteit van
Maastricht moet op zoek gegaan worden naar nieuwe zekerheden. Dat is beter
dan krampachtig vasthouden aan oude zekerheden. Een mogelijkheid zou volgens
haar zijn werkgevers meer verantwoordelijkheid te geven voor het
werkloosheidsrisico van hun werknemers. Hebben zij een werknemer niet meer
nodig, dan moeten zij hem helpen ergens anders aan de slag te komen.
Uiteraard moet de periode waarin dat moet niet onredelijk lang zijn, dus
niet twee jaar zolas bij loondoorbetaling bij ziekte, maar wel zeg maar zes
maanden.
Dit is een interessant idee. Iedereen weet dat het makkelijker solliciteert
vanuit een baan. Bovendien heeft een werkgever een verantwoordlijkheid naar
de mensen toe die hij in dienst heeft genomen. Hij hoeft ze niet te
garanderen dat ze hun baan houden, maar kan wel zijn best doen ervoor te
zorgen dat ze aan het werk blijven. Werkzekerheid in plaats van
baanzekerheid dus. Als je bedenkt dat een ontslagvergoeding in feite een
schadevergoeding is, zou dit meteen betekenenen dat een werknemer die ergens
anders onder dak is, geen schade leidt en dus geen vergoeding nodig heeft.
Voor Sparta, momenteel de hekkensluiter in de eredivisie, zou het in
ieder geval een uitkomst zijn als ze de nog niet presterende jonge coach
Gert Aandewiel ergens anders konden onderbrengen (bij Willem II
bijvoorbeeld) en op die manier onder het afkopen van zijn contract uit kan
komen. De beste man heeft een contract voor drie jaar. Wil de club eerder
van hem af dan zal de portemonnee getrokken moeten worden. Sparta kan haar
geld wel beter gebruiken, net als de meeste werkgevers.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl