- De Nederlandse economie groeit dit jaar zeer beperkt, maar komend jaar trekt de economische groei weer iets aan.
- De inflatie blijft voorlopig echter relatief hoog op een niveau van bijna 4 procent.
- Het begrotingstekort van de overheid dreigt de komende jaren verder op te lopen.
- Lees ook: ECB zal rente niet meer verhogen en vanaf volgend jaar weer verlagen, verwacht ABN AMRO
De Nederlandse economie groeit naar verwachting met ‘slechts’ met 0,7 procent in 2023, maar de groei trekt komend jaar weer wat aan en komt dan uit op 1,4 procent, zo blijkt uit een nieuwe raming van het Centraal Planbureau.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek kondigde woensdag aan dat Nederland in een lichte recessie is terechtgekomen, omdat in de eerste twee kwartalen van dit jaar sprake is geweest van lichte krimp. Het Planbureau verwacht echter voor heel 2023 een kleine plus.
Hoewel de groei dit jaar zeer beperkt is, benadrukt het CPB dat de Nederlandse economie de afgelopen jaren “veerkrachtig” was en meerdere grote schokken goed kon opvangen.
Inflatie blijft voorlopig relatief hoog, koopkracht verbetert wel in 2024
De inflatie blijft in 2023 en 2024 op een relatief hoog niveau van respectievelijk 3,9 procent en 3,8 procent, zo verwacht het CPB.
De gemiddelde koopkracht van Nederlanders gaat in 2023 wat achteruit: 1,1 procent. Maar in 2024 hebben huishoudens juist weer wat meer te besteden, is de verwachting. Volgens jaar groeit de koopkracht met 1,9 procent, aldus het CPB in de raming.
Deze vooruitblik is belangrijk voor het kabinet, omdat het de basis vormt voor de onderhandelingen over de begroting van volgend jaar. Deze gesprekken beginnen volgende week.
Als het kabinet op Prinsjesdag geen maatregelen aankondigt om vooral de armere huishoudens te helpen met het betalen van de rekeningen, neemt de armoede flink toe. Volgens het Centraal Planbureau zou zo'n 5,7 procent van de totale bevolking en 7 procent van de kinderen zonder extra beleid in armoede komen, omdat lopende regelingen veelal aflopen vanaf 1 januari 2024.
"Ook op de middellange termijn blijft de armoede licht oplopen", aldus het planbureau in de voor het voor de politiek belangrijke economische vooruitzicht. "Om dit tegen te gaan is structureel beleid nodig." Tegelijkertijd moet het kabinet wel geld vinden voor deze maatregelen door te bezuinigen of belastingen te verhogen. Het is volgens het CPB onverstandig om geld voor het beleid te vinden door de staatsschuld, die toch al groeit, verder te laten oplopen.
Begrotingstekort loopt verder op in komende 5 jaar
Het huishoudboekje van de overheid verdient specifiek aandacht, zegt het CPB: de overheidsfinanciën verslechteren op korte termijn. Het volgen van de begrotingsregels is dus belangrijk, om te voorkomen dat het kabinet straks te weinig buffers heeft om klappen van eventuele crises op te vangen.
Voor dit jaar voorziet het planbureau een begrotingstekort van 1,6 procent van het nationaal inkomen en naar verwachting loopt dit in 2024 op naar een tekort van 2,4 procent. In de jaren daarna loopt het tekort nog verder op.
De afgelopen jaren was niet alleen sprake van hoge rentes, ook bleef veel overheidsgeld op de plank liggen omdat het kabinet het niet uitgegeven kreeg.
Het planbureau gaat er in zijn augustusraming vanuit "dat de overheid er steeds beter in zal slagen de geplande uitgaven te realiseren, waardoor het overheidstekort verder toeneemt tot 3,9% in 2028 en de overheidsschuld stijgt".
Het tekort aan arbeidskrachten in veel sectoren zorgde ervoor dat massaontslagen uitbleven. "Deze economische afkoeling zorgt er voor dat de krapte op de arbeidsmarkt en de hoge inflatie enigszins afnemen", voegt het CPB daaraan toe.