Zorgen over de tweede coronagolf remmen de economie en zorgen zelfs voor een lichte terugval in het herstel, zo stelt hoofdeconoom Sandra Phlippen van ABN AMRO.
Een nieuwe dip lag in de lijn der verwachting, maar werd niet zo vroeg al verwacht.
De werkloosheid zal verder oplopen, maar mensen zoeken nog steeds banen in sectoren waar geen nieuwe werkgelegenheid is.
Voor het kabinet ligt er nu de uitdaging mensen naar werk te laten zoeken in sectoren waar nog wel vraag is.
De toenemende onzekerheid over een mogelijke tweede golf lijkt het economisch herstel in Nederland vroegtijdig een halt toe te roepen. Dat is de analyse van ABN AMRO-hoofdeconoom Sandra Phlippen.
Volgens Philippen komt er bij een grote crisis altijd een tweede dip doordat de werkloosheid oploopt en bedrijven na een tijd omvallen. “Maar we hadden niet verwacht dat het herstel van de economie nu al zou stranden.”
De economie zou nu zelfs een beetje terugzakken. Eerdere gunstige vooruitzichten zorgden er nog voor dat de bank deze maand haar bbp-raming voor dit jaar iets verhoogde. Ook toen waarschuwde men wel voor de gevolgen van een tweede corona-golf.
“We zien bij ABN AMRO dat mensen voorzichtiger zijn en sinds augustus minder geld uitgeven”, zegt Phlippen nu op Radio 1. “Wat de economie schaadt zijn de zorgen die consumenten hebben of ze wel veilig in de winkelstraat hun boodschappen kunnen doen.”
Werklozen moeten niet blijvenvastzitten in een sector
Haagse bronnen melden dat het kabinet werkt aan een versoberd steunpakket, dat wel langer zou lopen dan het vorige, namelijk tot medio volgend jaar.
"Het signaal van het kabinet is om mensen in beweging te krijgen op de arbeidsmarkt en niet te blijven zitten in een sector waar geen werk meer is", analyseert Sandra Phlippen.
In de raming van 20 augustus gaf de bank aan rekening te houden met een werkloosheid van 4,4 procent in dit jaar. Die zou volgens de inschatting oplopen tot 7,2 procent in 2021.
Phlippen zegt dat uit gegevens van uitkeringsinstantie UWV blijkt dat mensen nog steeds werk blijven zoeken in sectoren waarvan wordt verwacht dat in de toekomst minder of geen banen te vinden zullen zijn. "Dit is de grote uitdaging voor het kabinet."