De Europese Centrale Bank neemt een ministap bij het matigen van het goedkoopgeldbeleid.
Er is vooralsnog geen duidelijkheid over wanneer en hoe de ECB het opkooppgramma van obligaties, dat loopt tot en met maart volgend jaar, verder zal afbouwen.
Per saldo blijft het beleid erop gericht om rentes zeer laag te houden, ondanks de relatief hoge inflatie op de korte termijn.
De Europese Centrale Bank (ECB) heeft de belangrijkste rentetarieven als verwacht ongemoeid gelaten op een niveau van 0 tot 0,25 procent. Banken blijven 0,5 procent rente betalen op het geld dat ze bij de ECB stallen. Wel wordt het opkoopprogramma voor obligaties iets teruggeschroefd.
Verschillende bestuurders bij de ECB vinden het hoog tijd dat de centrale bank zijn monetaire steunbeleid afbouwt nu wereldwijde problemen met toeleveringen de prijzen voor allerlei goederen opdrijven. In augustus bedroeg de gemiddelde inflatie in de eurozone 3 procent, wat duidelijk boven het gewenste niveau van 2 procent is.
De hoge inflatie gaat gepaard met zeer lage spaarrentes, wat zorgt voor geldontwaarding in de eurozone. Maar de ECB houdt tot nog toe vol dat de toename van de inflatie ’tijdelijk’ is.
De prognose voor de inflatie in de eurozone van de ECB is voor de korte termijn licht verhoogd, maar de centrale bank denkt dat de inflatie op de middellange termijn nog onder de doelstelling van 2 procent blijft.
Voor dit jaar rekent de ECB op een gemiddelde inflatie 2,2 procent dit jaar in de eurozone. Voor volgend jaar verwacht de centrale bank een iets lagere gemiddelde inflatie van 1,7 procent en in 2023 zakt de inflatie naar 1,5 procent.
ECB wil iets minder ruimhartig strooien met geld, maar tijdspad blijft vaag
De centrale bank kondigde donderdag aan zijn opkoopprogramma in de loop van het jaar licht te matigen. Door het opkopen van obligatieleningen op kapitaalmarkten zorgt de ECB ervoor dat rentes kunstmatig laag blijven.
Momenteel wordt via het zogeheten PEPP-programma (Pandemic Emergency Purchase Programme) maandelijks voor 80 miljard euro aan obligaties opgekocht, waarbij de centrale bank goedkoop geld in het financiële systeem injecteert.
Er is vooralsnog geen duidelijkheid over wanneer en hoe de ECB het opkooppgramma, dat loopt tot en met maart volgend jaar, verder zal afbouwen.
Ook is niet bekend in welke mate de centrale bank het bescheiden standaardprogramma voor de aankoop van activa (APP) zal versterken en flexibeler zal maken. Momenteel is met dit programma maandelijks 20 miljard euro gemoeid.
Beslissingen over de timing van de afbouw van de steunprogramma's zijn volgens marktvolgers controversieel. Een besluit daarover wordt niet verwacht voor de beleidsvergadering van december.