Chinese automakers zetten onder druk van de overheid de komende jaren in op benzineauto’s met een kleine elektrische hulpmotor. Dat is een stuk goedkoper dan conventionele hybrides, terwijl er toch flink op brandstof kan worden bespaard.
Het Duitse BMW werkt eraan, net als het Amerikaanse General Motors. En Audi wil dat over tien jaar elk model ermee is uitgerust. Maar tot nu toe is een doorbraak van de ‘milde hybride’ uitgebleven.
En dat is zonde, want het idee erachter is simpel en doeltreffend. De verbrandingsmotor krijgt hulp bij het optrekken van een relatief zwakke elektrische motor met een accu van 48 volt. Dat is gunstig voor het brandstofverbruik. De auto kan bovendien toe met een kleinere verbrandingsmotor, wat het verbruik eveneens ten goede komt.
Daarnaast kan de 48 volt-accu de steeds krachtigere elektrische systemen aan boord van hedendaagse auto’s van stroom voorzien, zoals stuurbekrachtiging, automatische noodremsystemen en het voorverwarmen van de katalysator.
Kosten stuk lager
Nadeel ten opzichte van conventionele hybrides zoals de Toyota Prius, die over een accu van rond de 200 volt beschikt, is dat een milde hybride niet zelfstandig elektrisch kan rijden. Maar daar staat een groot voordeel tegenover: de totale kosten liggen een stuk lager, omdat de kleinere accu goedkoper is.
"Wat prettig is aan de 48 volt-systemen is dat je veel van de voordelen van een volledige hybride krijgt voor 30 procent van de kosten", zegt Dan Hearsch van adviesbureau AlixPartners tegenover The Wall Street Journal.
Volgens AlixPartners verbruiken normale hybrides 25 tot 30 procent minder brandstof dan benzineauto's. Daar kan een milde hybride niet aan tippen, maar een besparing van 15 procent is nog steeds een flinke verbetering.
China leidt de weg
Europese en Amerikaanse autofabrikanten focussen tot nu toe liever op plug-in hybrides en volledig elektrische wagens in plaats van de good-old benzineauto's een handje te helpen. Er zitten ook nog best haken en ogen aan milde hybrides. De auto moet om kunnen gaan met zowel de 12 volt van de normale accu als de 48 volt van de hulpaccu, en dat vergt een speciaal elektrisch systeem.
Maar Chinese automaker lijken onder druk van de overheid nu toch in te zetten op milde hybrides, aldus The Wall Street Journal. In een poging de luchtverontreiniging terug te dringen, heeft Beijing strenge eisen voor brandstofverbruik opgelegd aan de auto-industrie.
Dat, samen met royale subsidies voor Chinese bedrijven, spoort automakers in het land aan om zuinigere wagens te ontwikkelen. Benzineauto's uitrusten met een elektrische hulpmotor is een kostenefficiënte manier om dat voor elkaar te krijgen.
Volgens Jason Forcier van acculeverancier A123 Systems proberen alle grote Chinese automakers zoals Geely en First Automobile Works aan 48 volt-accu's te komen. "In de komende drie jaar worden ze geleidelijk ingevoerd", zegt hij tegen de zakenkrant. "In 2020 zal een groot deel van de nieuwe auto in China ermee uitgerust zijn."
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl