De Big Mac-Index van weekblad The Economist meet wereldwijde prijs- en valutaverschillen aan de hand van de befaamde standaardburger van McDonald’s. Wat blijkt? In de eurozone krijg je inmiddels relatief veel burger voor je geld.

Weekblad The Economist lanceerde in 1986 de Big Mac-Index. Die vergelijkt wereldwijd de prijzen van Big Mac’s op basis van actuele wisselkoersen.

Het idee achter de index is dat wisselkoersen lokale prijsverschillen van identieke producten op de iets langere termijn moeten gladstrijken. Dit heet de theorie van de koopkrachtpariteit.

Als een Big Mac omgerekend in een bepaald land duurder is dan in de VS, dan is de munt van dat land theoretisch overgewaardeerd ten opzichte van de Amerikaanse dollar en vice versa.

Geldpers ECB, lagere olieprijzen, Zwitserse franc

Naar aanleiding van de recente turbulentie op valuta- en grondstofmarkten – denk aan loskoppeling van de Zwitserse Frank van de euro, de daling van olieprijzen en de aankondiging van de Europese Centrale Bank om de geldpers aan te zetten– heeft The Economist een update gemaakt van de Big Mac Index. Dit op basis van valutakoersen van donderdag 22 januari.

In bovenstaande grafiek valt te zien dat een Big Mac in de VS gemiddeld 4,79 dollar kost. In de eurozone ligt de prijs gemiddeld op 3,68 euro. Reken je dat om tegen een wisselkoers van ongeveer 1,1576 euro dan kost een Europese Big Mac in dollars 4,26 dollar.

Euro goedkoop

Relatief gezien is een Big Mac dus goedkoop in de eurozone en dat impliceert dat de euro inmiddels ondergewaardeerd is ten opzichte van de dollar - al is de Big Mac-Index hiervoor wel een wat grove maatstaf.

De wisselkoers die The Economist optekende, is overigens al weer enigszins achterhaald. Want de euro kreeg donderdag nog een flinke tik toen ECB-president Mario Draghi aankondigde dat de centrale bank de geldpers gaat aanzetten door staatsschulden van eurolanden op de kopen met verse euro's. Vrijdagochtend kreeg je nog maar 1,135 dollar per euro.

Duidelijk is in ieder geval dat de daling van de euro in de afgelopen maanden grote invloed heeft gehad op de relatieve waarde van een Big Mac. Anders gezegd: voor Amerikaanse toeristen is de McDonald's relatief wat goedkoper geworden als ze in de eurozone op vakantie gaan en omgekeerd.

Dure Zwitserse burger

Op basis van de Big Mac-Index is de Zwitserse frank juist peperduur. Want je betaalt omgerekend momenteel 7,54 dollar voor een Big Mac in een Zwitserse McDonald's.  Zwitserland voelt dan ook de pijn van een relatief dure munt.

Tot slot is de klap van lagere olieprijzen op landen die sterk afhankelijk zijn van olie-inkomsten ook aardig te zien. Zo kost een Big Mac in Rusland ongerekend nog maar 1,36 dollar, fors goedkoper dan in de VS en de eurozone. De val van de roebel heeft inmiddels geleid tot een onderwaardering van de Russische munt.

Lees ook

Dit zit er in de frietjes van McDonald's

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl