De wereldeconomie draait behoorlijk goed dit jaar en dat is ook terug te zien in de verwachte loongroei.
Deze week prikte de Wereldbank de groei van de wereldeconomie voor 2018 op 3,1 procent. Dat is nog net iets meer dan de 3 procent van afgelopen jaar, en naar verwachting ook het piekniveau voor de komende drie jaar.
Dat het grosso modo crescendo gaat, is ook terug te zien in de verwachte loonstijging in diverse landen. In de onderstaande grafiek, samengesteld door databureau Statista voor Business Insider is de verwachte reële loongroei te zien voor een reeks Oeso-landen.
Het gaat hierbij dus om de loongroei gecorrigeerd voor het effect van de inflatie op de koopkracht van lonen.
Oost-Europese landen zoals Hongarije en Polen kennen de sterkste groeipercentages.
Er zijn slechts drie dalers: Spanje, Italië...en het Verenigd Koninkrijk. Dat laatste heeft alles te maken met de daling van het Britse pond als gevolg van het besluit om uit de Europese Unie te stappen.
Het zwakke Britse pond heeft de import van veel producten voor Britten fors duurder gemaakt, wat terug is te zien in de inflatiecijfers. Tegelijk stijgen de lonen in het VK niet hard genoeg om de stijging van winkelprijzen te compenseren. Het gevolg: voor doorsnee Britten neemt de koopkracht van het loon af.
