Vestia claimt honderden miljoenen euro’s bij Deutsche Bank. Volgens de woningcorporatie had het Duitse financiële concern een belangrijk aandeel in het derivatendebacle dat Vestia en de corporatiesector in totaal meer dan 2,5 miljard euro schade heeft opgeleverd. De schade door Deutsche Bank wordt vooralsnog geschat op ruim 800 miljoen euro.
Vestia kwam in 2012 in financieel zwaar weer door grote tegenvallers op overeenkomsten die waren bedoeld om renterisico’s af te dekken. Andere woningcorporaties moesten bijspringen om de grootste corporatie van Nederland overeind te houden.
De vordering, die is ingediend bij het High Court of Justice in Londen, is er vooral op gebaseerd dat Deutsche Bank “wist van, dan wel verantwoordelijkheid had voor” de omkoping door tussenpersonen van de voormalige kasbeheerder van Vestia die de omstreden derivatencontracten had gesloten.
Schikking
Vestia had in juni 2012 juist vrede gesloten met banken waarvan het derivaten kocht, waaronder Deutsche Bank. Het sloot een schikking met tien banken, die besloten de oplopende schulden van Vestia te bevriezen. Daardoor kon worden voorkomen dat Vestia failliet zou gaan.
Maar ondanks deze schikking kan Vestia nog altijd een schadeclaim indienen, meldt het FD. In een clausule staat dat Vestia het recht houdt om de bank alsnog aansprakelijk te stellen, bijvoorbeeld in geval van fraude, omkoping of ‘andere ernstige verwijtbaarheid’.
Vestia stelt dat nieuwe informatie daar op wijst. Op dit moment loopt er een strafproces tegen derivatenhandelaar Arjan Greeven, die kasbeheerder Marcel de Vries van Vestia zou hebben omgekocht. De Vries zou daarop de derivaten van onder meer Deutsche Bank hebben gekocht. Nu zouden er aanwijzingen zijn dat Deutsche Bank daarvan op de hoogte was.
Daarnaast zou Deutsche Bank de derivaten nooit hebben mogen verkopen aan Vestia, omdat wettelijk is vastgelegd dat de woningcorporatie alleen in de volkshuisvesting actief mag zijn. Daar zouden deze derivaten buiten vallen, omdat ze alleen speculatief waren.