- Delen van de omgevallen Silicon Valley Bank in de VS worden overgenomen door een andere Amerikaanse bank.
- First Citizens Bank neemt alle klanttegoeden over en krijgt een deel van de bezittingen van Silicon Valley Bank tegen een forse korting.
- In de VS is er intussen veel te doen over de manier waarop de overheid reddingsoperaties van banken uitvoert.
- Lees ook: Kans op recessie in de VS stijgt: daar houdt de aandelenmarkt nog geen rekening mee
De Amerikaanse First Cititzens Bank neemt de omgevallen Silicon Valley Bank (SVB) over. De bank uit de staat North Carolina neemt alle tegoeden en leningen over van overheidsorgaan FDIC. De zeventien filialen van SVB gaan maandag open als First Citizens-kantoren.
Van de bezittingen van SVB koopt First Citizens Bank iets minder dan de helft. In totaal had SVB 167 miljard dollar aan bezittingen, waarvan First Citizens Bank 72 miljard dollar in handen krijgt. De overnemende bank krijgt een korting van 16,5 miljard dollar. De FDIC, die het beheer van SVB overnam na het omvallen, houdt voor 90 miljard dollar aan bezittingen in handen.
Ook krijgt de dienst voor maximaal 500 miljoen dollar aan aandelen in First Citizens Bank. Bovendien deelt de FDIC mee in eventuele verliezen op de leningen van SVB. FDIC schat dat de totale redding van die bank zo’n 20 miljard dollar heeft gekost.
First Citizens Bank is naar eigen zeggen een familiebedrijf. Met totale bezittingen van 109 miljard dollar en banktegoeden van zo’n 90 miljard dollar is de bank een stuk kleiner dan SVB. Zelfs na de bankrun die tot de ondergang leidde had die bank nog 119 miljard dollar van klanten in beheer.
Discussie in de VS over manier waarop banken worden gered
De redding van Silicon Valley Bank roept in de VS veel discussie op over de manier waarop de overheid bijspringt om zwakke banken te redden.
Normaal gesproken geldt er voor spaarders bij een bank een standaard overheidsgarantie van 250.000 dollar per klant, vergelijkbaar met het Nederlandse depositogarantiestelsel.
In het geval van Silicon Valley Bank, die vooral veel techstartups en rijke ondernemers als klant had, zijn echter alle klanttegoeden volledig gegarandeerd door de overheid. Dit gold bijvoorbeeld ook voor techmiljardair en durfinvesteerder Peter Thiel, die 50 miljoen dollar op een persoonlijke rekening had staan bij Silicon Valley Bank. Ook dat vermogen is door de Amerikaanse overheid gedekt.
Het Amerikaanse Congres debatteert over een algemene verhoging van de depositogarantie in de VS. Intussen heeft minister van Financiën Janet Yellen verklaard dat noodinterventies zoals bij Silicon Valley Bank mogelijk blijven. Dit roept echter het probleem van 'moral hazard' op, waarbij de overheid de indruk wekt altijd bij te springen als het fout gaat bij banken.