De olieprijs liep donderdag in de ochtendhandel verder op, na de enorme sprong van woensdag. Oliehandelaren blijven positief over de deal die olieproducenten hebben gesloten over de verlaging van hun productie.
De leden van oliekartel OPEC spraken woensdag af hun productie met ongeveer 4 procent in te perken. Daarnaast kregen zij de toezegging van olielanden buiten het kartel, zoals Rusland, dat zij ook minder olie zullen oppompen.
De deal leek lange tijd buiten bereik vanwege onenigheid tussen Saudi-Arabië enerzijds en Iran en Irak anderzijds. Saudi-Arabië eiste dat alle landen een bijdrage zouden leveren aan de beperking van de totale productie. Iran, dat nog herstelt van de jarenlange sancties tegen het land, en Irak waren het hier echter niet mee eens. Irak is nu overstag gegaan en verlaagt de productie.
De deal joeg de olieprijs woensdag met zo’n 9 procent omhoog. Donderdagochtend liep de prijs van Amerikaanse olie nog eens met ruim 1 procent op, naar 50,05 dollar per vat. Brent werd ook ruim 1 procent duurder, bij 52,50 dollar per vat.
De prijs van Brent, maatgevend voor olie uit Europa en het Midden-Oosten, nadert nu weer het niveau van vorige maand. Toen werd kortstondig het hoogste peil in een jaar bereikt.
Olie is nog altijd ruim de helft goedkoper dan voor de enorme daling die in de zomer van 2014 werd ingezet. Brent werd eind juni 2014 nog voor ongeveer 114 dollar per vat verhandeld. Begin dit jaar werd een dieptepunt van 27,10 dollar per vat bereikt.
De olieprijs ging de afgelopen twee jaar zo hard omlaag doordat de productie hoog bleef, terwijl de vraag door de kwakkelende wereldeconomie minder sterk toenam dan voorheen. Saudi-Arabië weigerde lange tijd zijn productie te beperken in de hoop dat de lage prijs de concurrentie van olie uit schalievelden uit de VS de kop zou indrukken. De productie van die olie is eerder verliesgevend bij een lagere olieprijs.