Het Nederlandse bedrijf Mosa Meat, dat kweekvlees maakt, heeft een investering gekregen van 7,5 miljoen euro. Het geld komt van M-Ventures, de investeringsarm van het Duitse biotechbedrijf Merck, en de Zwitserse vleesverwerker Bell Food Group.
Oprichters Mark Post, onderzoeker van de Universiteit Maastricht, en voedseldeskundige Peter Verstrate willen er met het geld voor zorgen dat de hamburger binnen een paar jaar de markt op kan.
In 2013 presenteerden Post en Verstrate de eerste hamburger van kweekvlees. Een burger van 25.000 euro, gemaakt met stamcellen van een levend dier. Een wetenschappelijk kunstje waar de wereld van onder de indruk was, maar al tijdens de presentatie wist Verstrate al dat hem nog een hoop werk te wachten stond.
Een hamburger is sappig, maar de kweekvleesburger was dat toen nog niet. “Er zat geen myoglobine in, dat is wat het vlees rood maakt, en we hebben die burger gemaakt onder omstandigheden die op grote schaal niet aanvaardbaar zouden zijn. We hadden toen nog kalfsserum nodig, inmiddels kunnen we serumvrij vlees kweken.”
Ook zat er nog geen vet in, waardoor de burger behoorlijk droog smaakte. Daarom hebben Verstrate en zijn team de afgelopen jaren gewerkt aan het kweken van vetweefsel. Maar omdat de burger nog niet af is en Mosa Meat als spin-off van de Universiteit Maastricht geen eigen middelen meer had, was er een investering nodig.
Babyvoeding voor cellen
“We moeten nog 1,5 tot 2 jaar blijven werken aan het optimaliseren van de productkenmerken en daarna nog wel een jaar aan het opschalen van de productie van de burger.” Een voorbeeld: de cellen van het kweekvlees hebben voeding nodig, maar die voeding wordt nog niet op grote schaal geproduceerd. “Je kunt het vergelijken met een soort babyvoeding, maar dan voor cellen, gemaakt van goedkope bronnen als van algen en bacteriën. Daar bestaat nog geen productieketen voor, die moeten we nog helemaal opzetten.”
“De celvoeding wordt wel op kleine schaal gemaakt, dus we gaan nu met partijen in gesprek om de productie op te schalen, zodat het goedkoper wordt”, zegt Verstrate. Daarnaast wil hij geld investeren in het ontwikkelen van machines om het kweekvlees te maken.
En dan? “Ik denk dat we over drie jaar de markt op kunnen. Dan ligt ons kweekvlees niet meteen in de supermarkt, maar verkopen we het bijvoorbeeld eerst aan een aantal restaurants.” Een hamburger moet dan voor ongeveer 8,50 euro te produceren zijn.
“Daarna kunnen we gaan opschalen en willen we een eigen productiefaciliteit bouwen. Tijdens het opschalen zal de productie ook goedkoper worden. Op die manier willen we over vijf tot tien jaar een betaalbare burger in de supermarkt kunnen verkopen.”