Het eerste noodpakket aan economische steunmaatregelen is onder ‘hoge tijdsdruk’ in elkaar gezet.
Na Prinsjesdag wil minister Wopke Hoekstra van Financiën gaan terugkijken op de effectiviteit van de genomen maatregelen.
Voor het tweede pakket is geprobeerd lering te trekken uit de eerdere ervaringen, maar ook daar was weinig tijd voor, erkent Hoekstra nu al.
Minister Wopke Hoekstra van Financiën wil “na Prinsjesdag” gaan terugblikken op de tijdens de coronacrisis genomen steunmaatregelen.
De bewindsman wil tegen die tijd in debat met de Kamer over de vraag “of het pakket heeft gebracht wat we ons hadden voorgenomen” en over de manier waarop het in elkaar is gezet.
“Mijn eerste neiging is om te denken dat de eerste klap een daalder waard is geweest”, zegt Hoekstra. Maar hij erkent ook dat het eerste noodpakket onder hoge tijdsdruk in elkaar is gezet. Dat geldt ook voor het tweede pakket voor de volgende drie maanden. Daarbij heeft het kabinet geprobeerd te leren van de ervaringen uit de eerste steunronde.
“Maar het is niet gezegd dat we dat met de staat van perfectie doen die ik onszelf zou toewensen.”
Op aandringen van partijen in de Tweede Kamer zegt Hoekstra bereid te zijn terug te kijken op wat het kabinet heeft bereikt met de pakketten. Dat moet wel even wachten tot na Prinsjesdag, benadrukt de minister, omdat de ambtenaren op het ministerie van Financiën tot die tijd vooral druk zijn met de Miljoenennota. "Op heel korte termijn is er te weinig ruimte voor reflectie".