Een meerderheid van de Tweede Kamerleden heeft dinsdag voor de controversiële wet Computercriminaliteit III gestemd.
Regeringspartijen PvdA en VVD stemden vóór het wetsvoorstel, evenals het CDA, ChristenUnie en SGP. SP, GroenLinks, PVV en D66 stemden tegen.
De wet, ook bekend als de ’terughackwet’, maakt het mogelijk voor de overheid om op afstand data te onderzoeken op de smartphones en computers (hacken, dus), van mensen die worden verdacht van misdaden waar minstens 4 jaar cel voor kan worden gegeven.
Wel werd er een amendement aangenomen waarmee de politie in de meeste gevallen wordt verplicht om beveiligingslekken te melden aan de makers van de software.
Precies het gebruik van beveiligingslekken (‘zero-days’) om in te breken op computers was voor de oppositie reden om tégen het voorstel te stemmen.
“Het doel is goed, maar het middel verkeerd”, schrijft D66-Kamerlid Kees Verhoeven op Facebook. Verhoeven hekelt het feit dat de overheid straks gebruik gaat maken van onbekende kwetsbaarheden in software, die ook misbruikt kunnen worden door criminelen:
“Door als overheid kwetsbaarheden of, erger nog, ze in te kopen bij sinistere bedrijven op duistere websites, blijven ze langer bestaan.
Om de wet ook door de Eerste Kamer te loodsen, wordt nog een heel karwei. Daar hebben de partijen die in het parlement vóór het voorstel hebben gestemd, de krapst mogelijke meerderheid van 38 zetels.