De Belastingdienst kampt met een groot personeelstekort. Tot eind volgend jaar moet de fiscus zo’n 4.200 mensen zien te vinden, zo schrijft onder meer het Financieele Dagblad. Dat komt neer op 15 procent van het totale personeelsbestand.
Op dit moment komt de Belastingdienst al 1.200 paar handen tekort. “De achterstand van 2018 kan dit jaar niet meer worden ingehaald”, aldus staatssecretaris Menno Snel van Financiën woensdag in een brief aan de Tweede Kamer.
Het tekort is mede ontstaan door een aantrekkelijke vertrekregeling uit 2015, waardoor ook mensen vertrokken (of nog gaan vertrekken) die eigenlijk behouden hadden moeten blijven.
Gemiddeld krijgen oud-werknemers bij de vertrekregeling bijna 70.000 euro mee. In plaats van de geplande 4.800 mensen uitgesmeerd over een periode van zeven jaar kozen zo’n 5.500 werknemers direct voor de vertrekregeling.
Dat het tekort zich nu meer en meer manifesteert, heeft te maken met het feit dat mensen die langer doorwerkten een hogere vergoeding konden krijgen. Ook vertrekken er doorgaans per jaar zo’n 1.000 mensen bij de Belastingdienst, die in totaal ruim 28.000 fte’s op de rol heeft staan.
Instroom nieuwe werknemers bij Belastingdienst stijgt
Er is echter zicht op verbetering, althans op basis van de instroom van nieuwe werknemers. Die was in september voor het eerst hoger dan het aantal vertrekkers. Staatssecretaris Snel noemt het "een voorzichtige trendbreuk". Afgelopen maand tekenden 350 mensen hun contract. Zij treden binnenkort in dienst.
Vraag blijft natuurlijk welke gevolgen het personeelstekort bij de Belastingdienst in de praktijk heeft. De afdelingen Midden- en Kleinbedrijf, Particulieren en Centrale Administratieve Processen hebben volgens het FD het meeste te lijden onder de tekorten.
Staatssecretaris Snel wil uitzendkrachten en 'externe inhuur' inzetten om te zorgen dat processen niet helemaal tot stilstand komen. "Daarnaast is het mogelijk om keuzes te maken in het toezicht of om externe partijen in te zetten", aldus Snel tegen het FD. "Het streven is uiteraard om te blijven voldoen aan de prestatie-indicatoren zoals geformuleerd in de begroting."