Woordenboek Merriam –Webster heeft een overzichtje gemaakt van de meest gezochte woorden tijdens deze verkiezingen. Dit is volgens CNN de top 5
1. Trumpery – Prietpraat
Hoewel het lijkt te verwijzen naar de achternaam van Donald Trump bestaat de term die ook vertaald kan worden als waardeloze onzin al sinds het einde van de 15e eeuw.
2. Presumptive – Waarschijnlijk
Dit is niet meer dan een mooiere manier om waarschijnlijk te zeggen, maar werd vaak aan Trump gekoppeld tijdens de voorverkiezingen in ‘presumptive win’.
3. Glass ceiling – Glazen plafond
Toen ze in 2008 de voorverkiezingen van Barack Obama verloor zaten er volgens Hillary Clinto al 18 miljoen barsten in het glazen plafond. Breekt ze er vannacht doorheen?
Melania Trump Shares Her Vision And Inspiration For America https://t.co/pnRAgmX9ip pic.twitter.com/bM5j4iTQ4w
— MELANIA TRUMP (@MELANIATRUMP) 7 november 2016
4. Plagiarism – Plagiaat
Dit woord werd trending toen Melania Trump tijdens één van haar weinige toespraken tijdens de campagne hele passages van een speech van Michelle Obama bleek te hebben gekopiëerd.
5. Oligarchy – Oligarchie
Bernie Sanders liet Amerikanen tijdens de voorverkiezingen in de woordenboeken duiken met deze term die ‘staatsvorm met de macht in handen van weinigen’ betekent.