De Europese medische toezichthouder EMA heeft het coronavaccin van Pfizer en BioNTech groen licht gegeven voor gebruik in de Europese Unie.
Nederland wil op 8 januari starten met het vaccinprogramma. Andere Europese landen beginnen eerder.
Onder een deel van de zorgmedewerkers leeft nog twijfels of men zich wil laten inenten.
Het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) oordeelt positief over het coronavaccin dat BioNTech en Pfizer samen hebben ontwikkeld. Met de goedkeuring is een cruciale stap gezet naar toelating van dit eerste coronavaccin tot de Europese Unie.
Het comité dat maandag groen licht gaf, kwam online bijeen. Aan de bespreking namen vertegenwoordigers van de medicijnautoriteiten van alle 27 EU-lidstaten deel.
Het vaccin is goedgekeurd voor gebruik bij mensen van 16 jaar en ouder. Bestuursvoorzitter Emer Cooke van het EMA zei dat er nu “een sterke wetenschappelijke basis” is om de vaccinaties te laten beginnen. Ze noemt de uitzonderlijke snelle goedkeuring een “historische wetenschappelijke prestatie”. De komst van het vaccin is “een significante stap vooruit in ons gevecht tegen de pandemie.”
Voor de werkzaamheid en veiligheid van het vaccin is overtuigend bewijs geleverd, zegt Cooke. Ze benadrukt dat het aan de hoogste eisen voldoet. “Veiligheid is onze eerste prioriteit”, benadrukte Cooke. Het is van groot belang dat het publiek goed wordt geïnformeerd over het vaccin. Alle gegevens erover worden gepubliceerd.
De Europese Commissie heeft maandag, na de goedkeuring van EMA, toestemming gegeven om het coronavaccin in de Europese Unie te verkopen en gebruiken. Het middel van BioNTech en Pfizer mag de Europese markt op, zegt voorzitter Ursula von der Leyen.
Diverse landen gingen de EU voor. Het vaccin is al goedgekeurd in de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Canada, Zwitserland, Israël, Singapore en Bahrein.
Zorgmedewerkers in Nederland als eerste aan de beurt
De eerste EU-landen willen zondag met inenten beginnen. De Commissie heeft namens de EU-landen 300 miljoen doses van het vaccin besteld.
Voor Nederland, dat 8 januari de eerste prik wil zetten, zijn er uiteindelijk 11,7 miljoen doses beschikbaar. Maar die zullen slechts beetje bij beetje worden geleverd.
Minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid heeft aangekondigd dat in Nederland de eerste prikken op 8 januari 2021 worden gezet. Zorgmedewerkers, met medewerkers van verpleeg- en verzorgingshuizen voorop, zijn dan als eerste aan de beurt.
De Jonge noemde het "een enorme mijlpaal en een enorme triomf voor de wetenschap" dat ook in Europa nu een goedgekeurd vaccin beschikbaar is tegen het coronavirus. "Echt heel erg bijzonder", aldus de bewindsman.
Een substantieel deel van de Nederlandse zorgmedewerkers staat echter nog steeds niet te springen om zich te laten inenten met een vaccin tegen het coronavirus, bleek maandag uit een peiling van vakbond FNV.
Hierin komt naar voren dat in totaal 30 procent van het zorgpersoneel ernaar neigt zich niet te laten vaccineren.