- De coronacrisis gaat gepaard met forse steunpakketten van overheden.
- Het Amerikaanse pakket van $2.000 miljard is het grootste.
- De Amerikaanse staatsschuld zal fors oplopen.
- Voorlopig blijft de dollar sterk, omdat beleggers liever kiezen voor veilige (dollar)staatsleningen.
- Als de crisis voorbij is kan de dollarwereld er anders uit komen te zien.
ANALYSE – De corona-uitbraak zet een vorm van internationale samenwerking in gang, waar ze in Sesamstraat nog wat van kunnen leren.
De G20 – een samenwerkingsverband van 19 landen en Europese Unie – maakte donderdag bekend dat ze 5.000 miljard dollar vrijmaken om de economische impact van de corona-crisis op te vangen. Dat is een 5 met maar liefst twaalf nullen: een enorm bedrag dus.
Maar is het genoeg? En wie gaat het betalen?
Het antwoord op de eerste vraag weten we waarschijnlijk pas over een jaar of nog langer. De tweede vraag laat zich een stuk makkelijker beantwoorden.
Steunpakket VS betekent fors meer dollarschulden
Tot nu toe is het Amerikaanse steunpakket het grootste en beste voorbeeld van wat overheden kunnen doen om de economische schade te beperken.
President Donald Trump bereikte eerder deze week overeenstemming over een steunpakket van 2.000 miljard dollar. In dat land ontvangt bijna elke volwassene binnenkort 1.200 dollar op zijn rekening. Kinderen krijgen 500 dollar.
Trump gaat dat geld vrijspelen via het uitschrijven van nieuwe staatsleningen. Sinds zijn aantreden is de Amerikaanse overheidsschuld al met ruim 2.000 miljard dollar opgelopen naar 23.000 miljard dollar. Daar kan best nog 2.000 miljard bij.
Meestal schrikt een snel groeiende staatsschuld beleggers af. Zou jij geld willen lenen aan iemand die al diep in de schulden zit? In het geval van de Verenigde Staten is daar op de valuta- en obligatiemarkt echter niets van te merken.
Onzekerheid omhoog, rente omlaag
De Bloomberg Dollar Index – die het waardeverloop van de dollar afzet tegen een mandje andere valuta’s zoals de euro en de yen – schoot onlangs naar het hoogste niveau ooit. Tegelijkertijd viel de rente die de Verenigde Staten over staatsleningen moet betalen, de afgelopen weken juist sterk terug. Die rentedaling is het gevolg van de onrust op financiële markten.
Beleggers stoppen hun geld liever in Amerikaanse staatsobligaties, dan in aandelen van bedrijven waarvan het onzeker is hoe ze door de naderende recessie komen. Hierdoor gingen de koersen van die staatsleningen omhoog, waardoor de rente naar verhouding daalt.
Bij de rally van de dollar speelt de zoektocht naar een veilige schuilplaats ook een grote rol. Maar er is meer aan de hand.
Vraag naar dollars stijgt door coronacrisis
De afgelopen jaren hebben veel overheden en bedrijven uit opkomende landen leningen uitgeschreven in dollars. Die leningen waren populair bij westerse beleggers die geen valutarisico wilden lopen. Het risico voor bedrijven en overheden leek ook beperkt, aangezien ze ook veel inkomsten in dollars hadden.
Door de corona-crisis zijn die inkomsten goeddeels opgedroogd. Opeens moeten heel veel partijen razendsnel op zoek naar dollars, waarmee ze rente betalen en leningen aflossen. Dat verklaart ook waarom de munt ondanks het dure stimuleringspakket van Trump toch terrein wint.
Als over een paar jaar de coronacrisis achter ons ligt en bedrijven uit opkomende markten weer volop inkomsten hebben, ziet de dollarwereld er waarschijnlijk weer heel anders uit.
Joost Derks is valutaspecialist bij iBanFirst. Hij heeft ruim twintig jaar ervaring in de valutawereld. Deze column geeft zijn persoonlijke mening weer en is niet bedoeld als professioneel (beleggings)advies.