Vrijdag en zaterdag spreken Europese regeringsleiders over het plan voor een Europees herstelfonds van 750 miljard euro voor de coronacrisis.
Nederland staat volgens minister Blok niet alleen in het verzet van een fonds dat vooral uit giften bestaat, waarvan zuidelijke EU-landen het meest zullen profiteren.
Probleem voor premier Mark Rutte is dat hij de Duitse bondskanselier Angela Merkel tegenover zich heeft.
De Duitse bondskanselier Angela Merkel wil bij de Europese top van vrijdag en zaterdag spijkers met koppen slaan: op tafel ligt een plan voor een Europees noodfonds van 750 miljard euro om de gevolgen van de coronacrisis te bestrijden.
De Europese Commissie wil twee derde van het geld, ofwel 500 miljard euro, uitdelen als giften, waarbij vooral zwaarder getroffen zuidelijke eurolanden zullen profiteren. Nederland, Oostenrijk, Zweden en Denemarken vinden dat het fonds voor het grootste deel uit leningen moet bestaan en willen een veto als ze de indruk hebben dat het geld niet wordt besteed aan echte coronasteun of noodzakelijke economische hervormingen.
Probleem voor premier Mark Rutte is dat zijn natuurlijke bondgenoot in het noorden, de Duitse bondskanselier Angela Merkel, een flinke draai heeft gemaakt.
Merkel is van mening dat de crisis zo ernstig is dat er een krachtig Europees antwoord nodig is, waarbij ze niet al te veel bezwaren lijkt te hebben dat het fonds voor het grootste deel uit giften zal bestaan.
Hier botsen ook twee visies ten aanzien van de politieke impact: Merkel denkt dat als zuidelijk lidstaten niet worden geholpen om hun economie te laten herstellen, de eenheid van de EU onder druk komt.
Rutte en de andere leden van de 'zuinige vier' vrezen juist dat een Europees fonds dat ongedekte cheques uitschrijft voor zuidelijke landen koren op de molen is van anti-Europese populisten die de EU willen opbreken.
Minister Blok: Nederland staat niet alleen in discussie over Europees coronafonds
Nederland staat "zeker niet alleen" bij de onderhandelingen over een Europees herstelfonds voor de zwaarst door de coronacrisis getroffen lidstaten.
Volgens minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken is de groep van lidstaten gegroeid die vraagtekens zet bij de voorgestelde omvang van 750 miljard euro en de verhouding tussen subsidies (twee derde) en leningen (een derde) waaruit de steun zou moeten bestaan.
Blok zei dat woensdagavond na video-overleg met zijn EU-collega's. Volgens de Duitse voorzitter, minister van Europese Zaken Michael Roth, is de omvang van het herstelfonds "de kern van het conflict" tussen de 27 lidstaten. "Sommige landen dringen aan op leningen in plaats van subsidies, wat een van de moeilijkste onderwerpen zal zijn van de gesprekken", zei hij na afloop.
Nederland wil "het totaalbedrag zo laag mogelijk" hebben en zo min mogelijk giften, aldus Blok. Bovendien stelt Den Haag "harde voorwaarden" van economische hervormingen aan landen die geld uit het fonds willen.
Nederland vindt ook dat de EU-landen unaniem moeten instemmen met de aanvragen. "Dat zijn twee kanten van dezelfde medaille", zei Blok, maar hij erkende dat daar weinig steun voor is.
De ministers bereidden de EU-top van vrijdag voor. Dan komen de regeringsleiders en staatshoofden voor het eerst sinds vijf maanden fysiek bijeen in Brussel om te onderhandelen over de meerjarenbegroting van 2021 tot en met 2027, waaraan het beoogde herstelfonds is gekoppeld.
Blok zei dat de lidstaten woensdag elkaar "niet nader gekomen zijn". "Het speelveld voor vrijdag ligt nog helemaal open." Hij zei ook dat de gesprekken "in een goede sfeer" verliepen.