Met billboards in treinstations worden notoire Chinese wanbetalers publiekelijk aan de schandpaal genageld. Met naam en toenaam, net zolang ze hun schulden betalen.
Volgens Channel NewsAsia zetten steeds meer Chinese rechtbanken wanbetalers onder druk door persoonlijke informatie en/of levensgrote foto’s te tonen op displays in publieke ruimtes. Prominent naast de vertrektijden van de trein, exposure gegarandeerd.
Naming and shaming
Misschien wel een effectieve tactiek, China is immers een land waar gezichtsverlies zo ongeveer het ergste is wat een mens kan overkomen. Chinese rechtbanken proberen het in elk geval steeds vaker, wat niet verwonderlijk is: volgens officiële cijfers staat er in China voor zo’n 300 miljard dollar open aan uitstaande schulden.
Dat steeds meer Chinezen hun schulden niet meer kunnen betalen, is symptomatisch voor de afnemende groei van de Chinese economie.
Een ander groot probleem is de toenemende binnenlandse schuldenlast die volgens Bloomberg zo’n 2.400 miljard dollar bedraagt. Vooral de grote hoeveelheid leningen die niet of gedeeltelijk worden terugbetaald waar banken mee kampen, de giftige leningen, hangt als een molensteen om China’s nek.
Doorverkopen leningen als reddingsboei
China probeert haar banken van deze leningen af te helpen door securitisatie. Dit betekent dat brakke leningen worden verpakt en doorverkocht aan investeerders. Die betalen dan minder dan de hoofdsom van de leningen en gokken erop dat ze in ieder geval een deel van de leningen terugkrijgen.
Het zou echter zomaar eens kunnen dat deze hele exercitie eigenlijk neerkomt op het onder de banken herverdelen van giftige leningen en dat de interventie verder niets bijdraagt aan het herstel van het Chinese financiële systeem.
Private investeerders happen niet
Op 26 mei verkocht Bank of China minstens de helft van haar portefeuille van slechte leningen aan andere Chinese investeerders. Onder private beleggers was er echter nauwelijks interesse, 95 procent van de meest riskante tranches van de deal werd dan ook opgekocht door een vermogensbeheerder van de staat.
De gebrekkige private interesse voor pakketjes met giftige leningen heeft mede te maken met gebrek aan binnenlandse expertise en gekwalificeerde beleggers.
De autoriteiten hopen dat er een marktgeörienteerd platform ontstaat waar enerzijds banken hun brakke leningen kunnen parkeren en waar de ontluikende Chinese markt voor 'asset-backed securities' zich verder kan ontwikkelen.
Maar zelfs wanneer de strategie van de Chinese centrale bank werkt en er vraag naar pakketjes met dubieuze leningen ontstaat, dan nog is de omvang van het programma te gering om een zinvolle impact te hebben op het Chinese bankenstelsel, aldus S&P Global Ratings.
Veel analisten voorspellen dat alleen massieve staatssteun de banken nog kan redden. Maar ook dat aan die reddingsoperatie een prijskaartje hangt ter waarde van 15 procent van het nationaal inkomen, biljoenen dollars dus.
Schuld is geen oorzaak, maar symptoom
Op Business Insider UK stellen analisten dat de torenhoge binnenlandse schuldenlast een symptoom is van de Chinese economische perikelen en dat de oorzaak gezocht moet worden in het Chinese systeem van staatskapitalisme.
In dit systeem onttrekt de Chinese staat op drie manieren middelen aan de private sector: door financiële repressie, het staatsmonopolie op bepaalde economische sectoren middels staatsbedrijven en grootgrondbezit. Het systeem ontmoedigt consumptie en stimuleert sparen. Naar schatting 47 procent van het nationaal inkomen wordt opgepot in de vorm van spaargeld.
Volgens analist Larry Hu van Macquarie loodst het Chinese staatskapitalisme de economie langzaam maar zeker in een val. Steeds meer staatsbedrijven falen, waarop de Chinese overheid steevast reageert met meer staatssteun. De staat kan hierbij gebruik maken van zogeheten debt-equity swaps waarmee schulden omgezet worden in aandelen - en dus in risicodragend kapitaal. Dit houdt zwakke staatsbedrijven kunstmatig in leven.
Volgens Hu kan de Chinese overheid economische hervormingen doorvoeren, maar zit zij zichzelf in de weg. De overheid moet allereerst de staatsbedrijven hervormen - en sommigen laten omvallen - en in de tweede plaats het systeem van de lokale overheden omgooien. Het zijn immers de plaatselijke overheden die China' s oneindig lijkende infrastructurele projecten financieren.
Kortom: China moet politiek moeilijke knopen doorhakken. Niet alleen vormen de staatsbedrijven en lokale overheden de kern van het staatskapitalisme, de gevestigde belangen zijn immens groot. Het ziet er vooralsnog niet naar uit dat China deze weg zal inslaan: wie zijn oor in Bejing te luisteren legt, hoort dat de Chinese staat juist meer wil gaan investeren in staatsbedrijven, alsook in private techbedrijven.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl