- De invloed die de Chinese overheid uitoefent via Chinese bedrijven die in Nederland zijn gevestigd, is over het geheel genomen beperkt.
- Dat concluderen onderzoekers van het Leiden Asia Centre in een woensdag verschenen rapport.
- Toch roepen de onderzoekers op tot meer transparantie en toezicht op investeringen vanuit China.
- Lees ook: Doorspelen militair toepasbare kennis aan China via Nederlandse universiteiten is serieus risico, erkent minister Dijkgraaf
Chinese financiering van Nederlandse universiteiten, bedrijven en overheidsprojecten ligt de afgelopen jaren steeds meer onder de loep. Want met geld koopt Beijing niet alleen goederen en diensten, maar ook invloed op bijvoorbeeld onze scholen en universiteiten.
Is er reden voor grote zorgen, vroegen onderzoekers van het Leiden Asia Centre van de Universiteit Leiden zich af.
In hun onderzoeksrapport ‘Chinese invloed en netwerken binnen bedrijven en zakelijke elites in Nederland’ schrijven hoogleraren Frank Pieke en Nana de Graaf dat de Chinese invloed waarschijnlijk meevalt, al is waakzaamheid geboden.
Chinese bedrijven in Nederland relatief onafhankelijk van Beijing
Volgens de Leidse onderzoekers zijn 595 bedrijven in Nederland “in handen van actoren uit de Volksrepubliek China.”
Bedrijven in Nederland met Chinese financiering zijn vaak dochterondernemingen van grotere Chinese private of staatsbedrijven, veelal actief in logistiek, marketing, verkoop en diensten. Deze Nederlandse ondernemingen opereren "relatief onafhankelijk" van de moederbedrijven in China. Hier werken Nederlanders naast Chinese expats.
Volgens het rapport hebben Chinese bedrijven in Nederland vaak een "expliciete intentie" om meer te leren over het Westen via buitenlandse collega's en bestuursleden. Zij fungeren onbewust of onbedoeld als "kritische adviseurs en gesprekspartners" van China.
Investeringen zijn ook branding van Beijing
Toch is het lastig om inzicht te krijgen in de invloed en controle vanuit China, schrijven de onderzoekers. Dit is het gevolg van "de ondoorzichtige en complexe vormen van vaak versnipperd eigendom".
Binnen met Chinese investeringen gefinancierde bedrijven in Nederland, of lokale vestigingen van Chinese ondernemingen, worden 'westerse sociale media' vermeden. Communicatie vindt vaak plaats op het intranet en apps als WeChat, waardoor er meer controle is op de activiteiten van werknemers. Vaak onder het mom van 'corporate culture'.
De onderzoekers van Leiden Asia Centre constateren wel dat de Chinese Communistische Partij via de investeringen in het buitenland werkt aan enerzijds het 'branden' van het Chinese verhaal en anderzijds aan het integreren van deze buitenlandse vestigingen van Chinese bedrijven in het eigen binnenlandse politieke en economische systeem.
Dit is echter beperkt tot een klein deel van de investeringen in Nederland, zien de onderzoekers. Volgens hen is het beeld van een agressief China, dat zich schuldig maakt aan zaken als diefstal van intellectueel eigendom en de onderdrukking van minderheden, een 'spookbeeld' dat de economische banden met Beijing onnodig politiseert. "Naar onze mening is het niet in belang van Nederland om China te behandelen als een uniform, vijandig geheel, dat volledig op afstand moet worden gehouden, ingeperkt of zelfs bestreden", aldus de auteurs.
Het rapport roept op om de banden te bewaren met China, juist om invloed uit te oefenen op de benarde mensenrechtensituatie van Oeigoeren of de afbreuk aan de democratische rechtsorde in Hong Kong.
Als bepaalde activiteiten van Chinese bedrijven indruisen tegen Nederlandse belangen, internationale regelgeving of het democratische systeem dan moet hier door bedrijven en overheid actie op worden ondernomen. Maar waar de Leidse onderzoekers vooral op hameren is transparantie en toezicht om het vertrouwen in handelspartners te behouden.