Dat meldt de Chinese overheid via staatspersbureau Xinhua. Achter het project
gaat China Aviation Industry Corporation schuil, een groot industrieel
luchtvaartconglomeraat dat bestaat uit zo’n honderd bedrijven.
Het vliegtuig is bedoeld voor de middellange afstand. De ARJ21-700 is
speciaal ontworpen om te kunnen opstijgen en landen op grotere hoogtes, wat
van belang is voor gebruik op de hooggelegen vliegvelden in het westen van
China.
De luchtvaart in China groeit snel. Volgens de luchtvaartautoriteiten zullen
zowel de passagiersluchtvaart als het vrachtvervoer de komende jaren zo’n 13
procent per jaar toenemen.
Tot 2026 heeft China naar schatting 3400 extra verkeersvliegtuigen
nodig. Het grootste deel daarvan moet uit het buitenland komen. Vorige maand
nog sloot de Franse president Nicolas Sarkozy in China een megadeal van 17
miljard dollar af, waarbij China 160 vliegtuigen bestelde bij Airbus.
Met het nieuwe vliegtuig hoopt de Chinese luchtvaartsector minder afhankelijk
te worden van buitenlandse fabrikanten. Het land wil een belangrijke speler
worden op de markt van regionale jets, die momenteel wordt gedomineerd door
het Canadese Bombardier en het Braziliaanse Embraer. Het ARJ21-programma
voorziet de komende jaren in de productie van nog twee modellen die plaats
moeten bieden aan respectievelijk 100 en 150 passagiers.
Aan de productie van de ARJ21-700 zit ook een Nederlands tintje. Eerder
dit jaar testte de stichting Duits-Nederlandse Windtunnels een schaalmodel
van het toestel in zowel de Amsterdamse hogesnelheidswindtunnel als in de
lagesnelheidswindtunnel in de Flevopolder. DNW is een samenwerkingsverband
tussen het Nederlands Lucht-en Ruimtevaartlaboratorium en het Duitse
zusterinstituut.
Als alles volgens planning verloopt, maakt het toestel in maart 2008 zijn
eerste testvlucht. De commerciële productie van de jet moet beginnen in 2009.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl