Unilever stapt uit de productie van margarine en ander smeerbaar broodbeleg. Dat betekent dat merken als Becel, Blue Band, Bona en Zeeuws Meisje in de etalage gaan.
Het is een van de maatregelen die het was- en voedingsmiddelenconcern treft om winstgevender te worden. Daarmee moet ook het rendement voor aandeelhouders worden opgekrikt.
Unilever wil nog dit jaar beginnen met het inkopen van 5 miljard euro aan eigen aandelen. Daarnaast moet de komende jaren het dividend met 12 procent omhoog.
Het Brits-Nederlandse concern staat onder druk door een recent overnamebod van de Amerikaanse branchegenoot Kraft Heinz, dat werd afgewezen en vervolgens ingetrokken.
Beursnotering
Naast de verkoop van de margarinetak heeft Unilever besloten de onderdelen op het gebied van dranken en ijsjes samen te voegen met de overige voedingsactiviteiten. De hoofdvestiging van die nieuwe divisie komt in Nederland te staan, zei financieel topman Graeme Pitkethley tegen persbureau ANP.
Verder gaat Unilever zijn huidige structuur met zowel een Britse als een Nederlandse juridische entiteit tegen het licht houden. Een vereenvoudiging ligt voor de hand.
Dat kan volgens Pitkethley ook betekenen dat een keuze wordt gemaakt tussen de beursnoteringen in Londen en Amsterdam, maar daar wilde hij verder nog niet op vooruitlopen.
Kosten verlagen
Voor de margarinetak bestaat volgens Pitkethley "koortsachtige interesse", vooral bij investeerders. Een verkoop van de divisie heeft dan ook de voorkeur, al is een verzelfstandiging met een eigen beursnotering ook mogelijk als de prijs Unilever niet aanstaat.
De ingrepen moeten er toe leiden dat de kosten in de jaren tot en met 2019 niet met de eerder gemelde 4 miljard euro, maar met 6 miljard euro omlaag gaan. Dat zal volgens Pitkethley hier en daar gepaard gaan met banenverlies, vooral op managementniveau. De herstructureringslasten voor de genoemde periode worden geschat op 3,5 miljard euro.
Volgens zakenbank Natixis zet Unilever een positieve stap met de verkoop van de margarinetak, maar alleen als daar overnames tegenover staan die het bedrijf versterken.
Volgens Natixis zijn de besluiten van donderdag genoeg om de recente opmars van het aandeel Unilever te steunen, maar niet om voor verdere koerswinst te zorgen. De bank zou graag zien dat Unilever een poging doet om Reckitt Benckiser Home Care over te nemen, maar acht de kans daarop onzeker.
Margarine corebusiness
Margarine maakt al sinds de oprichting van het bedrijf in 1930 onderdeel uit van het assortiment van Unilever.
In 1930 leidt een fusie van de Britse Lever Brothers, dat zeep maakt, en het Nederlandse Margarine Unie tot de oprichting van Unilever. Eén van de eigenaren van de Margarine Unie, Antoon Jurgens, was een wereldpionier op het gebied van margarine. Hij bouwde in de jaren 1870 de eerste margarinefabriek ter wereld, nota bene in Oss.
Die erfenis leeft vandaag nog altijd voort in Unilever, dat de grootste producent is van de plantaardige botervervanger. Bijna een derde van de markt is in handen van Unilever, zes keer meer dan de nummer tweede.
Ondanks de stormachtige ontwikkeling die margarine in de tussenliggende tijd heeft doorgemaakt, stagneert de markt. Consumenten zien echte boter als een natuurlijker product en de verkopen van boter nemen wereldwijd toe terwijl de prognoses voor margarine juist gelijk blijven. Door sancties vanuit Rusland is de prijs voor boter al enige tijd lager dan die van margarine.
In 2015 sorteerde het bedrijf al voor om afscheid te gaan nemen van de historische basis. Unilever verenigde de broodbeleg- en bakproducten in één tak: ‘Baking, Cooking & Spreads’, met het plan om die te verzelfstandigen. De afvlakkende groei van margarine zit de rest van het bedrijf in de weg, zo is het idee.
Unilever verdient de laatste jaren meer aan de persoonlijke verzorging. Axe, Dove en Rexona doen het beter en groeien meer dan bijvoorbeeld Bertolli en Calvé.