- Bunq-klanten hadden eind 2019 in totaal ruim 433 miljoen euro op hun rekeningen staan, een verdubbeling ten opzichte van een jaar eerder.
- De groei in tegoeden komt vooral uit Nederland, Frankrijk en Duitsland. Bunq is inmiddels beschikbaar in dertig Europese landen.
- Bunq-gebruikers zijn in vergelijking met de concurrerende internetbanken erg actief en houden veel geld aan op hun rekening.
- Omzet- en winstcijfers maakte Bunq niet bekend. De officiële jaarcijfers volgen later dit jaar.
De Nederlandse internetbank Bunq van IT-ondernemer Ali Niknam blijft groeien. In totaal stond er eind 2019 ruim 433 miljoen euro op de rekeningen van gebruikers, een verdubbeling vergeleken met een jaar eerder. In 2018 zag de bank de tegoeden ook al verdubbelen.
Daarmee is Bunq een middelgrote speler in de wereld van de neobanks, nieuwe online banken die traditionele partijen in de financiële wereld uitdagen. Het Nederlandse fintechbedrijf is ongeveer even groot als Monzo, de nummer zes van het Verenigd Koninkrijk.
Bunq maakte de resultaten donderdag bekend in een blog, zonder de omzet of winst te noemen. De officiële jaarcijfers volgen later dit jaar.
De groei in tegoeden komt vooral uit Nederland, Frankrijk en Duitsland. Bunq is inmiddels beschikbaar in dertig Europese landen.
Het in 2012 opgerichte Bunq wil zich onderscheiden op het gebied van privacy en dienstverlening. Niknam profileert zijn bedrijf als IT-platform voor digitaal bankieren, waarmee klanten alles regelen met een app en de IT-systemen via zogenoemde API’s zijn opengezet voor andere programmeurs om bijvoorbeeld de rekening aan een boekhoudpakket te koppelen.
De jonge bank begon eenvoudig met alleen een app, maar heeft het aantal diensten de laatste jaren uitgebreid met onder meer een spaarrekening en een travel card. Daarbij luistert Bunq goed naar wat de community wil.
Het aantal klanten houdt Bunq geheim, net als de omzet. Duidelijk is wel dat de onlinebank drijft op de inkomsten van gebruikers. Particuliere klanten betalen 7,99 euro per maand voor een premium-account en een zakelijke rekening kost maandelijks 9,99 euro.
Veel concurrentie van andere neobanks
De concurrentie onder internetbanken is groot. Wereldwijd zijn er tientallen bedrijven die de gevestigde orde opzij willen zetten. In Europa timmert onder meer het Duitse N26 aan de weg dat naar eigen zeggen 5 miljoen klanten heeft en ruim 600 miljoen euro ophaalde bij investeerders. Het Britse Revolut schermt met 10 miljoen klanten en ruim 800 miljoen euro aan financiering.
Bij dat investeringsgeweld steekt Bunq schril af. Oprichter Ali Niknam financieert zijn onlinebank zelf met de winsten uit zijn andere bedrijf, domeinregistratie- en webhostingbedrijf TransIP. In 2018 pompte hij 11 miljoen euro in Bunq om de rode cijfers te compenseren.
“Zolang het verlies rond de 10 miljoen euro blijft, dan kan ik dat veroorloven vanuit mijn andere bedrijf”, zei Niknam tegen het Financieele Dagblad. TransIP fuseerde in juni 2019 met het Belgische Combell om zo de eerste Belgische unicorn te vormen.
Bunq-gebruikers zijn heel actief
Positief punt is dat Bunq-gebruikers relatief gezien erg actief zijn en veel geld aanhouden op hun rekening.
Grote internetbanken als Revolut en N26 staan voor de uitdaging om meer premium-gebruikers binnen te halen. De meeste mensen hebben een account bij een internetbank voor erbij en laten hun salaris storten op een andere rekening. Uit een recent rapport van adviesbureau Accenture blijkt dat er eind 2019 gemiddeld 260 pond (omgerekend 310 euro) stond op een rekening bij een Britse neobank.
Bunq doet het wat dat betreft een stuk beter. In december 2019 hielden klanten gemiddeld 2.322 euro per persoon aan op hun rekening. Daarnaast heeft bijna twee derde van de premium-gebruikers altijd minimaal 1.000 euro gestald bij de Nederlandse onlinebank. Met andere woorden: dat zijn waarschijnlijk mensen die Bunq gebruiken als hun hoofdbankrekening.
Het probleem van Revolut en N26 lijkt voor Bunq dus minder aan de orde. Zaak is vooral om fors meer klanten te lokken die maandelijks betalen voor een premium-account. Dan hoeft Niknam niet elk jaar meer de portemonnee tevoorschijn te toveren.
Lees meer over Bunq:
- Bij Bunq moeten werknemers op taart trakteren als ze fout maken – tenzij je Ali Niknam heet, dan neem je gin-tonics mee
- Door een ongelukkige val brak Ali Niknam in 2012 zijn schedel – daardoor liep Bunq zo’n 2 jaar vertraging op
- Ali Niknam wil alleen superslimme mensen bij Bunq en eist hoge prestaties: ‘Wij durven te kiezen voor een bepaalde cultuur’
- Door dit boek over de OKR-methode zag Ali Niknam de parallellen tussen Intel en Bunq