- Door de fiscale maatregelen van het kabinet stijgt het doorsnee brutoloon van werknemers in 2023 met ruim 5 procent, zo heeft HR-dienstverlener Visma Raet berekend.
- Hoeveel de nettolonen stijgen, hangt mede af van de ontwikkeling van de pensioenpremies in verschillende sectoren.
- Werknemers in de zorg, ambtenaren en werknemers in het onderwijs krijgen er naar schatting netto ruim 80 tot 95 euro per maand bij, als ze bruto 3.086 euro per maand verdienen.
- Lees ook: Zelf aanvullend pensioen opbouwen naast AOW: dit moet je maandelijks opzij leggen om straks €2.000 per maand te hebben
Het bruto modale salaris gaat in 2023 fors omhoog, mede vanwege de verhoging van het bruto minimumloon van ruim 10 procent waartoe het kabinet Rutte heeft besloten, zo heeft HR-dienstverlener Visma Raet becijferd.
Het doorsnee brutoloon wordt 3.086 euro per maand, 5,25 procent meer dan dit jaar. Hoe dit netto uitpakt hangt voor werknemers in verschillende sectoren onder meer af van de ontwikkeling van de pensioenpremies bij werkgevers.
Werknemers in de zorg en het onderwijs en ambtenaren gaan er volgend jaar dankzij nieuwe belastingregels netto maximaal 4,29 procent op vooruit als hun brutosalaris gelijk blijft. Dat heeft Visma Raet berekend nu pensioenfondsen PFZW en ABP hun definitieve premies hebben bekendgemaakt. De toename van het nettoloon is daarmee veel groter dan dit jaar. Toen was de stijging maximaal 0,69 procent.
Werknemers in de zorg met een doorsnee brutoloon van 3.086 euro per maand houden volgend jaar netto ruim 95 euro per maand meer over. Bij de overheid en in het onderwijs stijgt het nettosalaris voor degenen met een doorsnee bruto salaris van 3.086 euro met 82,79 euro per maand.
Forse loonstijgingen bij cao's
Fiscale maatregelen zorgen dus voor hogere lonen in 2023. Daarnaast is er ook vanuit vakbonden forse druk om compensatie te bieden voor de hoge inflatie in de vorm van loonstijgingen.
De loonstijging bij nieuwe cao’s is in november uitgekomen op gemiddeld 6,4 procent, het hoogste niveau dit jaar. Dat blijkt uit de meest recente cijfers van werkgeversclub AWVN, op basis van zeventien cao-akkoorden die afgelopen maand zijn afgesloten.
In oktober lag de gemiddelde loonstijging in cao’s nog op 4,7 procent, terwijl er in januari van dit jaar een gemiddelde loonstijging van 2,5 procent werd afgesproken in cao’s. Het jaargemiddelde ligt nu op 3,6 procent.
Vakbond FNV heeft in 2022 vaker een ultimatum gesteld dan in andere jaren. In bijna een kwart van de cao-onderhandelingen zette de bond dat middel in om werkgevers onder druk te zetten om hogere lonen te gaan betalen. Dat leidde tot een gemiddelde loonstijging van meer dan 4 procent.
In totaal sloot FNV dit jaar 332 cao's af. Bij tachtig trajecten werd een ultimatum gesteld. Dat is het hoogste aantal sinds de vakbond in 2000 begon met tellen. In een gemiddeld jaar wordt zo'n vijftig keer naar dat middel gegrepen.
Na een ultimatum volgen ook geregeld acties en stakingen. Die waren er niet meer dan in andere jaren, maar een aantal stakingen was wel opvallend, zoals die in het streekvervoer, bij NS, de Bijenkorf en op Schiphol.