Waarom het Britse pond kalm reageert op nieuwe verkiezingen

ANALYSE – Het komt maar al te vaak voor dat politici die er goed voorstaan in de peilingen, verkiezingen uitschrijven of afdwingen om daarvan te profiteren. De Britse premier Rishi Sunak gooit het echter over een andere boeg.

Hoewel Sunak een straatlengte achterstaat, maakte hij vorige week bekend dat de Britten al op 4 juli naar de stembus kunnen. Aanvankelijk zag het ernaar uit dat hij pas in het najaar verkiezingen uit zou schrijven en in de tussentijd een poging te wagen om zijn populariteit op te schroeven.

Het vooruitzicht van politieke onzekerheid in het Verenigd Koninkrijk roept bij valutahandelaren nare herinneringen op. Vlak na het Brexitreferendum van juni 2016 schoot het pond bijvoorbeeld binnen enkele dagen met meer dan 10 procent omlaag.

En ook tijdens de onderhandelingen over de uittreding van het Verenigd Koninkrijk ging de koers van de Britse munt soms met procenten tegelijk omhoog of omlaag. Dit keer gedraagt het pond zich echter opvallend rustig

Een belangrijke reden waarom het pond nauwelijks in beweging komt, is omdat de uitslag eigenlijk al vaststaat. Oppositiepartij Labour heeft een voorsprong van maar liefst 20 procentpunt in de peilingen. Veel Britten geven de regerende Conservatieve Partij namelijk de schuld van de hoge inflatie in 2022 en 2023.

De prijzen van voeding en elektriciteit zijn de afgelopen jaren met meer dan een kwart gestegen. Valutahandelaren hebben dus al maandenlang positie kunnen kiezen voor een verkiezingszege van Labour.

Ook Labour hecht aan solide begroting voor VK

Een andere reden voor de valutarust is dat er inmiddels duidelijkheid is over veel factoren die de afgelopen jaren voor politieke onrust zorgden. Omdat de Scottish National Party hard op weg lijkt om een groot aantal zetels te verliezen in het Britse Lagerhuis, is het gevaar van een Schots referendum over EU-lidmaatschap goeddeels weg geëbd.

En na een flinke misser van voormalig premier Liz Truss in 2022 met een begroting waarbij de staatsschuld flink dreigde op te lopen, lijkt zowel de Labour als Conservatieve Partij weinig risico te nemen met de financiële plannen.

Daar komt bij dat het beleid van de Bank of England momenteel veel meer invloed heeft op het koersverloop van het Britse pond dan de aanstaande verkiezingen. De inflatie van de Britse dienstensector lag in april een stuk hoger dan waar economen op hadden gerekend. Voor de Britse centrale bank betekent dit dat het voorlopig nog te vroeg is om aan de beleidsrente te sleutelen.

Opmars van het Britse pond

Begin juni gaat de Europese Centrale Bank de beleidsrente waarschijnlijk wel verlagen. Een groeiend renteverschil tussen het VK en de eurozone werkt in het voordeel van het pond, aangezien het daarmee relatief aantrekkelijker wordt voor handelaren om gelden in ponden aan te houden.

De rugwind die de Britse rente biedt, verklaart mede waarom de munt sinds november al met 3 procent is gestegen ten opzichte van de euro. Vorige week bereikte het pond zelfs de hoogste koers sinds de zomer van 2022.

Uiteraard staat het bepaald niet vast dat de rust op valutamarkten aanhoudt tot de verkiezingen. Door enkele misstappen van Theresa May verloor de Conservatieve Partij bij de verkiezingen in 2017 bijvoorbeeld onverwacht de absolute meerderheid.

Het wordt de komende weken vooral interessant om te zien met welk programma de Labour Partij straks aan de verkiezingsrace begint. Voor alle bedrijven die zaken doen in het Verenigd Koninkrijk, biedt de valutarust voorlopig echter een uitgelezen mogelijkheid om wisselkoersverschillen tegen een aantrekkelijke prijs af te dekken. Want de ervaring leert dat die bescherming een stuk duurder wordt op het moment dat de spanning rondom het pond weer op gaat lopen.

Joost Derks is valutaspecialist bij iBanFirst. Hij heeft ruim twintig jaar ervaring in de valutawereld. Bekijk de video’s over ontwikkelingen binnen de valutawereld op het YouTube-kanaal van iBanFirst.