Dat zegt de Financial
Times die zich baseert op inspectierapporten van het Britse ministerie
van Energie. De rapporten werden verkegen met een beroep op de openbaarheid
van informatie.
De oliemaatschappij had niet voldaan aan regels om offshore personeel te
trainen voor noodsituaties. Ook deed de maatschappij onvoldoende onderzoek
naar olielekken, aldus de krant.
Sinds de explosie op een BP-installatie in de Golf van Mexico gaan stemmen op
om oliewinning op grote diepte in de Noordzee tijdelijk te staken. Tony
Hayward, de vertrekkende topman van BP, verschijnt vandaag voor een Britse
parlementaire commissie die de risico’s van oliewinning in diep water
onderzoekt.
BP zegt tegenover de Financial Times dat het inmiddels aan de regels voldoet.
Het bedrijf zegt dat ‘een relatief klein aantal’ getrainde personeelsleden
niet op tijd een opfrissingsopleiding had gevolgd.’ BP wijst erop dat alle
oliemaatschappijen sinds begin 2009 hun noodplannen hebben aangepast na de
komst van nieuwe regels. Die van BP zouden nu door de Britse overheid
omschreven zijn als ‘best in class’.
BP heeft 33 platforms in de Noordzee, waarvan er 12 zijn geïnspecteerd tussen
2005 en eind 2009. Elf van de 23 opgemaakte rapporten bevatten kritiek op de
training van personeel.
Volgens de FT komt BP's concurrent Shell er beter uit in de inspecties, maar
ook deze oliemaatschappij voldeed niet altijd aan de regels: bij vijf van de
27 inspecties van de afgelopen 27 jaar, was personeel niet voldoende
getraind. Shell zegt dat het alle geconstateerde tekortkomingen heeft
opgelost.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl