Na de veegarm komt de Nederlander Boyan Slat met een nieuw project om de wereldzeeën schoon te maken. Met zijn team, The Ocean Cleanup, heeft hij een soort grote kruimeldief gemaakt.
Die machine, de Interceptor, dobbert op rivieren en moet het langsdrijvende afval opvegen. Dat moet voorkomen dat de troep überhaupt in zee komt. Slat presenteerde de Interceptor zaterdagavond in Rotterdam.
In de oceanen drijven miljoenen kilo’s afval. Het wordt de plastic soep genoemd, maar het gaat om meer dan alleen plastic. De veegarm van Slat bevindt zich momenteel midden in de grootste drijvende vuilnisbelt, op de Grote Oceaan tussen Californië en Hawaï.
Verreweg het meeste drijvende afval komt uit sloppenwijken van Aziatische wereldsteden. Miljoenen mensen leven er dicht op elkaar onder erbarmelijke omstandigheden. Daar komen geen vuilniswagens en staan geen afvalbakken. Al het afval kan maar één kant op: de rivier in.
Volgens de Ocean Cleanup zorgt 1 procent van alle rivieren voor 80 procent van al het afval in de oceaan. De Interceptor moet naar die bron toe. “We willen opruimen wat er al ligt, maar ook voorkomen dat er nog meer bij komt”, legt Slats rechterhand Lonneke Holierhoek uit.
De Interceptor is ongeveer 24 meter lang. Hij drijft als een catamaran op het water. Aan de voorkant zit een soort lopende band, die net onder de waterspiegel begint. Een arm leidt het afval daarnaartoe.
Het puin gaat de lopende band op en valt dan in een container erachter. In de afvalbakken zitten sensoren, die waarschuwen wanneer de container vol is. De lokale overheid kan dan langskomen om het afval op te halen. Onder ideale omstandigheden zou een Interceptor 50.000 tot 100.000 kilo afval per dag kunnen verzamelen, zegt Ocean Cleanup.
Het is de bedoeling dat dieren langs een Interceptor of eronderdoor kunnen zwemmen. De Interceptor werkt op zonne-energie.
Twee Interceptors worden momenteel al getest, in Jakarta (Indonesië) en Kuala Lumpur (Maleisië). Die tests lopen volgens Holierhoek goed. Binnenkort komen er ook vegers in Vietnam en de Dominicaanse Republiek, en later misschien ook in Thailand, Los Angeles en El Salvador.
Niet al het afval uit de rivier komt in de oceaan terecht. In de rivieren drijven bijvoorbeeld folies, luiers, zakjes en verpakkingen.
Holierhoek: "Eigenlijk veel diverser dan wat we in de oceaan vinden. Wij willen onderzoeken wat er gebeurt met het plastic dat niet in de oceaan komt. Sommige materialen zinken wanneer ze terechtkomen in de oceaan, waar minder stroming is. Piepschuim en verpakkingen van hamburgerdoosjes belanden vaak op een strand."