Het Nederlandse biotechbedrijfje Merus legde bijna het loodje, door een bikkelharde juridische aanval van zijn Amerikaanse concurrent Regeneron. Een miljoenenstrijd in de rechtszaal.
Het sinds afgelopen mei aan de Amerikaanse Nasdaq-beurs genoteerde biotechbedrijf Merus ontwikkelt een alternatieve methode voor de bestrijding van kanker, gebaseerd op het aanmaken van menselijke anti-stoffen.
Voorafgaand aan de beursgang werden de vooruitzichten van het bedrijf uit Utrecht ernstig vertroebeld door een keihard juridisch gevecht. Regeneron, een Amerikaanse concurrent met een jaaromzet van ruim 4 miljard dollar, probeeerde Merus uit te schakelen via de rechtszaal.
Patentenstrijd
Tegenover Het Financieele Dagblad schetst Merus-topman Ton Logtenberg vrijdag hoe heftig de juridische strijd was. “Het was net een televisieserie”.
Regeneron voerde aan dat Merus inbreuk maakte op patenten. “We zijn vol in de tegenaanval gegaan en hebben hen beschuldigd van fraude”, zegt Logtenberg tegen het FD. Dat leidde tot een Amerikaanse courtroom fight waarbij over een weer advocaten op de bedrijfsvloer kwamen om medewerkers te ondervragen.
In de rechtszaal was meteen duidelijk wie de diepste zakken had. Logtenberg: "Dan zaten we daar met vier man in zo'n statige rechtszaal in New York en komen zij binnen met een team van 35 mensen. Dan denk je: dit kan niet waar zijn, alles is geoorloofd."
Uiteindelijk besliste de Amerikaanse rechter toch in het voordeel van Merus, ook bij de klacht van het Nederlandse bedrijf dat Regeneron fraude had gepleegd bij de aanvraag zijn patent.
De juridische kosten voor Merus zijn opgelopen tot 10 miljoen euro. Dat bedrag wordt voorlopig niet vergoed, zegt Logtenberg tegen het FD, want Regeneron is in beroep gegaan. "Maar het perspectief is voor ons natuurlijk totaal veranderd."
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl