44 procent van de passagiers die vorig jaar in Nederland arriveerde of vertrok, reisde met een lowcostmaatschappij zoals Transavia, Ryanair of easyJet. Dat blijkt uit gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Goed kans dat u in de zomer vorig jaar met een prijsvechter naar de zon bent gevlogen. Of naar Londen. De Britse hoofdstad is de populairste bestemming onder passagiers van prijsvechters, blijkt uit de analyse van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

De cijfers zijn van vorig jaar. Twee miljoen mensen vlogen toen met een prijsvechter van of naar een Londense luchthaven. Geen wonder, want je kunt vanaf vier Nederlandse luchthavens – Schiphol, Eindhoven, Rotterdam en Eelde – naar Londen vliegen.

Dat de prijsvechters een groot deel van de markt naar zich toetrekken, ziet ook het CBS. In Eindhoven reist zo goed als 100 procent van de passagiers met een lowcostmaatschappij. Traditionele vervoerders hebben dan ook nauwelijks lijnvluchten gepland. De concurrentie voor traditionele maatschappijen zit hem vooral binnen Europa: 44 procent van de passagiers op Nederlandse luchthavens met herkomst of bestemming in Europa en Noord-Amerika heeft een ticket bij een soortgenoot van Transavia en Ryanair.

Bij de overige bestemmingen is dat aandeel slechts 3 procent. Verwonderlijk is dat niet, aangezien geen enkele prijsvechter transatlantische vluchten aanbiedt vanuit Nederland.

In totaal vloog een derde van de passagiers met een prijsvechter: 33 procent. Voor de eerste drie kwartalen van dit jaar komt het aandeel al neer op 35 procent. Eindhoven Airport profiteerde daarvan. De luchthaven groeide over die periode 11 procent. 1 op de 14 van alle passagiers in Nederland reist inmiddels via het Brabantse vliegveld.

Passagiers-van-en-naar-regionale-luchthavens-15-12-21

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl