Tot twee eeuwen geleden was Nederland één van de grootste hopproducenten ter wereld. Die tijd ligt ver achter ons, maar de recente schaarste aan het basisingrediënt van bier biedt wellicht kansen. Kan Nederland weer op grote schaal hop kweken?

Het verdwijnen van de hopteelt uit Nederland kun je aan veel dingen wijten: moeilijke marktomstandigheden, de opkomst van de pilsener, het klimaat of oorlogen. Maar de realiteit is volgens bierhistoricus Chris Vandewalle dat onze eigen Hollandse gierigheid de hopteelt ooit de das heeft omgedaan.

In een poging om meer winst te maken, verzwaren kwekers in de negentiende eeuw de zakken hop met ‘afval’ zoals takjes, blaadjes en beukennootjes. Wellicht een slimme strategie op de korte termijn, maar in het buitenland waren ze minder enthousiast. “Nederlandse hop kreeg de reputatie dat het rotzooi was”, aldus Vandewalle. “Zelfs Nederlandse bierbrouwers schuwden uiteindelijk hop uit eigen land.”

Hop is naast water, graan en gist één van de basisingrediënten van bier. De knoppen van de plant uit de hennepfamilie worden als conserveer- en smaakmiddel gebruikt bij de bereiding. De soort en de hoeveelheid hop bepaalt de bitterheid en aroma van het bier, de dikte van de schuimkraag en hoelang het bier houdbaar is.

Nederlandse hop in Gulpener

De hopteelt mag dan grotendeels uit ons land verdwenen zijn, toch kun je nog biertjes van eigen bodem drinken dat met Nederlandse hop is gebrouwen: die van Gulpener. De brouwerij uit Zuid-Limburg is de enige ‘grote’ brouwer die gebruikmaakt van Nederlandse hop, dat in het nabijgelegen Reijmerstok sinds de jaren 90 wordt gekweekt.

Gulpener zou de hop goedkoper uit Duitsland kunnen halen, maar volgens brouwmeester Steven van den Berg is prijs niet het belangrijkste criterium. "Wij hebben een regionale focus. Dat zeggen wel meer brouwers, maar geen van hen haalt zijn hop uit Nederland. Voor ons is regionale duurzaamheid en een biologisch product de hoeksteen van het bierbrouwen."

Een hopplantage opstarten doe je niet zomaar. "Je moet in het begin veel investeren. De eerste paar jaar krijg je er waarschijnlijk geen cent uit, omdat je dan nog niet succesvol kan oogsten." Pas in het vierde jaar is de plant volgroeid en is de opbrengst maximaal.

Wel kun je die investering sneller terugverdienen. De prijs van hop is enorm gestegen sinds Van den Berg begon bij Gulpener. "Waar ik vroeger 15 euro betaalde voor een kilo is dat nu al snel 40 euro."

Ontwaterde zandgrond

De recente hopcrisis, waarbij er internationaal een groot tekort aan goede hop is ontstaan door een slechte oogst, is voor Gulpener geen enorm probleem omdat er een grote voorraad is opgebouwd.

Het lijkt Van den Berg goed als deze schaarste ervoor zorgt dat er meer Nederlandse hopplantages komen, maar hij waarschuwt jonge brouwers wel alvast: een hopkwekerij opzetten is lastiger dan ze denken. "Het is een zeurpietplant, net als wijnranken", zegt Van den Berg. "Die jonge brouwers hebben simpelweg een gebrek aan kennis en ervaring."

Bovendien kun je niet zomaar overal een hopplantage aanleggen: je hebt ontwaterde zandgrond nodig. Aan de kust of op veengrond zal het kweken van de klimplant mislukken, terwijl Brabant, Limburg en grote delen van Oost-Nederland perfect zijn.

Overheidssubsidie

Constant Keinemans, voorzitter van het Klein Brouwerij Collectief (KBC), is een stuk positiever over de kansen voor Nederlandse hopteelt. "De plant heeft inderdaad even nodig om 'volwassen' te worden, maar na vier jaar moet het winst opleveren." Daarnaast moet je natuurlijk goed grondonderzoek doen, de juiste zaden kopen, waarschijnlijk naar Duitsland om meer over de teelt te leren en een bestrijdingsplan tegen bladluis en ander ongedierte hebben.

Keinemans ziet de toekomst van de Nederlandse hopteelt rooskleurig in, er moet alleen nog veel gebeuren. "Het zou fantastisch zijn als er overheidssubsidie komt voor de eerste vier winstloze jaren. En als zaadhandelaren dan ook nog meewerken zou Nederlandse hopteelt snel een realiteit kunnen zijn."

Natuurlijk heeft niet iedereen de mogelijkheid of behoefte om duizenden tonnen hop te verbouwen. De thuisbrouwer kan echter een minituintje aanleggen. Keinemans heeft er zelf naast zijn brouwerij ook eentje die meer voor hobby is.

Als je een goed stukje grond hebt en je daar iets mee wilt doen zijn er volgens Keinemans genoeg opties. "Eerst een bezoekje aan een handelaar om zaadjes te verkrijgen en advies in te winnen over het kweken van hop. Vervolgens een excursie om te spieken in België. Dan ben je al een heel eind richting je eigen hopplantage."

Internationale hopclub

Als Nederland serieus de hopmarkt wil bestormen dan is het logisch om aansluiting te zoeken bij een internationale organisatie voor hopkwekers, zoals de International Hop Growers' Convention. Nederlands lidmaatschap van de club is nog niet door de leden besproken, maar de Sloveense voorzitter Martin Pavlovic verzekert dat ons land meer dan welkom is.

Groot voordeel van lidmaatschap is dat Nederlandse kwekers makkelijk toegang hebben tot de hopkennis in andere landen. "Het is zaak dat Nederland voldoende expertise en deskundigheid in huis haalt", zegt Pavlovic. "In Slovenië is er bijvoorbeeld al vijftig jaar een kweekprogramma voor de beste hop, dat is nog niet aanwezig in Nederland."

De voorzitter denkt dat nu de ideale tijd zou zijn voor Nederland om in de hopteelt te stappen. "Qua klimaat ligt Nederland goed en er is genoeg kapitaal."

Grote hoplanden

Als Nederland aansluiting zoekt op de internationale hopmarkt is er genoeg concurrentie. Momenteel is Amerikaanse hop het populairst en produceren onze oosterburen de meeste hop voor de Europese markt.

Volgens KBC-voorzitter Keinemans zou een productie van 1.000 ton op de lange termijn haalbaar moeten zijn voor Nederland.

Het lijkt de Belgische bierhistoricus Vandewalle prachtig als dat lukt. "Er is absoluut veel wilskracht voor nodig, maar als je er echt voor gaat is het zeker mogelijk."

Volgens Vandewalle is Nederland het aan zichzelf verplicht, als één van 's werelds beroemdste bierproducenten, om ook zijn eigen hopproductie weer nieuw leven in te blazen.