De AEX-index in Amsterdam noteerde drie kwartier voor het slot 1,7 procent hoger op 296,93 punten. De MidKap-index klom 2,1 procent tot 491,13 punten. De beurzen in Frankfurt en Parijs stegen respectievelijk 1,5 en 1,8 procent. Londen bleef achter met een plus van 0,3 procent.
Op Wall Street stond de Dow-Jonesindex ruim een uur na de opening 0,5 procent hoger. De stemming werd daarbij enigszins gedrukt door tegenvallende cijfers over de Amerikaanse industrie. Ook de eerste raming van het consumentenvertrouwen door de universiteit van Michigan viel tegen. De index daalde van de recordstand van 79,3 in mei tot 74,1 in juni. Economen hadden gerekend op een daling tot 77,5.
Mogelijke onrust
De Europese Centrale bank (ECB) en de centrale bank van Japan lieten vrijdag weten klaar te staan om de mogelijke negatieve gevolgen van de Griekse verkiezingen van zondag te bestrijden. De uitslag van die verkiezingen kan tot grote onrust op de markten leiden, zeker als de radicaal-linkse partij Syriza wint. Die heeft herhaaldelijk aangekondigd zich niet aan de voorwaarden voor de internationale noodsteun te willen houden.
In de AEX voerde SBM Offshore de stijgers aan met een winst van ruim 8 procent. Het bedrijf heeft een voorlopige overeenkomst bereikt met olieconcern Shell voor de levering, lease en exploitatie van een drijvend productie- en opslagplatform (fpso) voor het olieveld Fram in de Noordzee.
Fugro stijgt
Bodemonderzoeker Fugro steeg bijna 4 procent. Het bedrijf heeft een opdracht gekregen van Murphy Oil voor werkzaamheden in Maleisië. Het contract met een lengte van 5 jaar vertegenwoordigt een waarde van ruim 140 miljoen dollar.
De bank en verzekeraars ING en SNS Reaal stegen respectievelijk 5 en 8,3 procent ondanks een afwaardering door kredietbeoordelaar Moody's. De financiële fondsen profiteerden juist van speculatie op een nieuwe ronde van langlopende goedkope kredieten van de ECB. Daar zou volgens analist Lemer Salah van SNSSecurities mogelijk volgende week al meer duidelijkheid over kunnen komen. De ratingverlagingen zijn volgens hem min of meer ,,een non-event".
De euro was 1,2630 dollar waard, tegen 1,2615 dollar aan het eind van de Europese beurshandel donderdag. De prijs van Amerikaanse olie steeg 0,3 procent tot 84,18 dollar per vat en Brentolie klom 0,7 procent tot 97,86 dollar per vat.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl