- De technologiesector krabbelt de laatste weken weer op op de beurs.
- Eén van de manieren om breed gespreid op de beurs te beleggen in de techsector is via een ETF die een technologie-index volgt.
- Business Insider bespreekt hoe je verschillende indexfondsen voor techaandelen kunt vergelijken om de juiste keuze te maken.
- Lees ook: 5 belangrijke risico’s voor de beurs, volgens een beleggingsstrateeg die de zomerrally goed voorspelde.
De technologiesector heeft dit jaar een behoorlijke dreun gehad op de beurs, onder invloed van oplopende rentes, haperingen in de toeleveringsketen, angst voor een recessie en een draai van groei- naar waarde-aandelen.
Maar de laatste weken weten veel techaandelen weer voorzichtig de weg omhoog te vinden, als is het momenteel wel de vraag of de zomerrally van 2022 stand kan houden.
Wie overweegt breed gespreid in technologiebedrijven te beleggen kan kiezen voor zogenoemde ETF, of indextrackter, een beleggingsfonds dat een breed mandje van techfondsen volgt.
Wat zijn de kansen en risico’s van een tech-ETF? En hoe selecteer je uit het royale aanbod het beste fonds? Business Insider helpt je op weg.
Welke kansen bieden techaandelen?
Technologie is een breed begrip. Er valt van alles onder, van chip(machine)fabrikanten en software-ontwikkelaars tot bedrijven die zich bezighouden met data(opslag), blockchaintechnologie, kunstmatige intelligentie, clouddiensten, streamingdiensten, online verkoop, betaaltechnologie, cybersecurity en de productie van smartphones en tablets.
Zoals uit het bovenstaande rijtje duidelijk maakt, zijn dit producten en diensten waar iedereen gebruik van maakt. En die rol in ons persoonlijke en professionele leven neemt alleen maar toe. Het is dus een groeimarkt.
Dit is ook terug te zien op de beurzen. De technologiesector is de drijvende kracht achter het herstel van de aandelenmarkten sinds de financiële crisis van 2008. Techreuzen als Apple, Microsoft en Google-moeder Alphabet hebben hun marktkapitalisatie de afgelopen tien jaar zien exploderen tot meer dan duizend miljard dollar.
Ook in Nederland drukt de techsector een zwaar stempel op de beurs. Zo komt een fors deel van de weging van de AEX-index voor rekening van techbedrijven, zoals ASML, ASMI, Besi, Adyen, Prosus en Philips.
Ook in de lagere regionen vinden we diverse veelbelovende techbedrijven, zoals TKH Group, Nedap, Alfen, Ordina, CM.com en Azerion. Het is wellicht wat overdreven om te stellen dat de AEX een soort Nasdaq aan de Amstel is, maar dat de Nederlandse beurs tech minded is, staat buiten kijf.
Wat zijn de risico’s?
Of je als techbedrijf succesvol wordt, valt of staat met twee zaken: de technologie waarin je bent gespecialiseerd moet doorbreken en je moet binnen dat marktsegment een leidende positie krijgen. Dit is niet ieder bedrijf gegeven. Tegenover elk succesverhaal, zoals dat van Apple of Amazon, vinden we een veelvoud aan bedrijven die kopje onder zijn gegaan. Denk bijvoorbeeld in Nederland aan bedrijven als Baan, World Online, Newconomy en KPNQwest.
Maar ook aan gevestigde namen kleven risico’s. Zo kan de opkomst van een nieuwe technologie de business van een bedrijf midscheeps raken. Denk bijvoorbeeld aan TomTom, dat de verkoop van losse navigatie-kastjes fors zag slinken door de opmars van Google Maps, en moest overschakelen op softwarediensten.
Ook is de dominante marktpositie van Amerikaanse techgiganten en hun relatief geringe belastingafdracht veel landen een doorn in het oog. Diverse techreuzen worden geconfronteerd of bedreigd met kartelonderzoeken, antitrustwetgeving, extra belastingheffingen (hier is zelfs een naam voor bedacht: de ‘Google-taks’) en zelfs gedwongen opsplitsing.
Veel techbedrijven zijn gevoelig voor een oplopende rente
Een ander risico is de oplopende rente. Voor jonge technologie geldt dat vaak flinke investeringen nodig zijn die pas later in de toekomst winst opleveren. Dergelijke investeringen wordt doorgaans deels met leningen gefinancierd. Stijgt de rente, dan kunnen de rentelasten fors oplopen, en dat knaagt aan de winstmarges.
Maar ook techbedrijven met weinig schulden zijn relatief rentegevoelig. Als de rente stijgt, worden relatief veilige obligaties aantrekkelijker ten opzichte van meer risicovolle (tech)aandelen. Dit geldt nog sterker voor bedrijven die weinig dividend uitkeren. Dat laatste gebeurt bij techbedrijven die hun winsten vooral inzetten voor verdere groei.
Daarnaast leidt een hogere rente ertoe dat toekomstige winsten van bedrijven teruggerekend naar nu lager uitvallen. Dat geldt vooral voor bedrijven waarvan de winst in de toekomst sterk stijgt, zoals techbedrijven.
Een ander probleem waar veel technologiebedrijven tegenaan lopen is een tekort aan technisch geschoold personeel.
Daarnaast kleven aan elke technologie specifieke risico’s. Zo is de halfgeleidersector hard geraakt door problemen in de toeleveringsketen en kan een economische neergang leiden tot een lagere vraag naar chips in bijvoorbeeld auto’s, telefoons en machines.
Veel social media-bedrijven op hun beurt worden krijgen te maken met strengere regelgeving om de verspreiding van fake news en schending van privacy tegen te gaan.
Het koersverloop van techaandelen kan behoorlijk grillig zijn
Al die onzekerheden over toekomstige winsten en risico’s maken het soms lastig om een goede waardering aan een techbedrijf te plakken.
Dit alles zien we terug in de koersontwikkeling, die nogal grillig kan zijn. Forse koerswinsten, van soms meer dan 60 procent per jaar, worden niet zelden afgewisseld met dubbelcijferige koersverliezen. Je moet als techbelegger dus tegen een stootje kunnen.
Waarom zou ik kiezen voor een ETF?
Een slimme manier om de risico’s te dempen is beleggen in een beleggingsfonds. Omdat je niet al je geld in één of slechts een handvol aandelen investeert, maar je inleg spreidt over tientallen tot soms wel meer dan honderd verschillende aandelen, voorkom je dat één zeperd je volledige rendement omlaag trekt. Daar staat wel tegenover dat ook uitschieters naar boven worden gedempt.
Je kunt bij beleggingsfondsen kiezen voor een actief beheerd fonds of een ETF (exchange traded fund). In het eerste geval speurt een fondsbeheerder zelf de markt af op zoek naar aandelen die in zijn ogen de meeste potentie hebben. In het tweede geval beleg je in een mandje met aandelen die een technologie-index volgt.
Het voordeel van een actief beheerd fonds is dat de rendementen hoger kunnen uitpakken, als de beheerder zijn werk goed doet. Maar de kosten zijn wel een stuk hoger: vaak tegen de 1 procent per jaar, tegen zo’n 0,4 procent voor een ETF. Op langere termijn tikt dat behoorlijk aan. Bovendien moet je maar afwachten of de beheerder de hooggespannen verwachtingen ook waarmaakt. Niet elk actief beheerd fonds slaagt erin de markt te verslaan.
Wil je voordelig een goed gespreide portefeuille hebben, dan verdient een ETF de voorkeur.
Waar moet ik op letten bij de keuze van een ETF?
Omdat de techsector de wind de afgelopen vijftien jaar behoorlijk in de zeilen heeft, is het aanbod aan tech-ETF’s groot. Dat maakt het lastig om een goede keuze te maken. We zetten enkele selectiecriteria voor je op een rij.
Kosten
Een van de belangrijkste aspecten om op te letten als je gaat beleggen zijn de kosten, want deze gaan rechtstreeks af van je rendement.
Een veel gebruikte maatstaf om de kosten van EFT’s te vergelijken is de total expense ratio (TER). Dit zijn de kosten die de ETF jaarlijks inhoudt voor geleverde diensten, zoals het aan- en verkopen van aandelen en het beheer van de portefeuille. Deze kosten variëren grofweg van 0,3 tot 0,6 procent.
Aantal verschillende aandelen
Ook het aantal aandelen in de portefeuille loopt nogal uiteen, van 30 tot bijna 200. Hoe meer aandelen er in een fonds zitten, hoe meer de risico’s worden gespreid, maar ook hoe meer winsten worden gedempt.
Let ook op de weging. In sommige ETF’s maken de tien aandelen met het grootste gewicht meer dan de helft van de portefeuille uit. Dat maakt zo'n fonds meer kwetsbaar voor koersschommelingen.
Er zijn ook ETF’s die een gelijkgewogen index volgen. Hierin hebben alle aandelen een gelijk gewicht, of het nu om een smallcap gaat of een grote multinational. Voor beide opties valt wat te zeggen.
Geografische spreiding
Met een tech-ETF beleg je vooral in ontwikkelde landen. Maar de spreiding tussen deze landen kan behoorlijk verschillen. Er zijn ETF’s die voor 80 procent of zelfs volledig in Amerikaanse aandelen beleggen.
Dat biedt voordelen. Zo kun je profiteren van diverse stimuleringspakketten van de Amerikaanse regering in de techsector. Denk bijvoorbeeld aan de US Chips and Science Act, waarbij 52,7 miljard dollar wordt geïnvesteerd in chipproductie en -onderzoek in de Verenigde Staten. Of aan het steunpakket van honderden miljarden dollars voor klimaattechnologie. Maar aan zo'n grote blootstelling aan één land kleven ook risico's.
Breed of smal?
Verder moet je bedenken hoe breed je wil beleggen. Je kunt kiezen voor een ETF die een brede technologie-index volgt. Maar er zijn ook fondsen die zich richten op één technologie, zoals blockchain, waterstoftechnologie, halfgeleiders, cybersecurity, robotica en AI, gentechnologie en batterijtechnologie.
Wil je profiteren van één technologische trend, dan kan dat laatste een optie zijn. Maar je belegging is ook kwetsbaarder voor tegenslagen.
Wat gebeurt er met het dividend?
Ook van belang is het dividendbeleid. Je rendement bij aandelenbeleggingen bestaat uit twee componenten: koerswinst en dividend. ETF-aanbieders kunnen ervoor kiezen om het dividend periodiek aan jou uit te keren of te beleggen in nieuwe aandelen.
Herbeleggen leidt doorgaans tot een hoger rendement, omdat dat een sneeuwbaleffect veroorzaakt: van de winstuitkering worden nieuwe aandelen gekocht, die ook weer dividend uitkeren, enzovoort.
Uitkeren kan juist interessant zijn als je stabiele inkomsten uit je beleggingen wil halen. Maar laat je het op een vrijwel renteloze spaarrekening staan, dan heb je feitelijk dood geld en verdien je er op langere termijn minder aan dan wanneer de winstuitkering wordt herbelegd.
Koopt de ETF écht de aandelen uit de index?
Dit criterium is een beetje technisch. Er zijn twee manieren waarop een ETF de index kan nabootsen: fysieke en synthetische replicatie.
In het eerste geval koopt de beheerder alle aandelen uit de index. De aandelen zijn dus daadwerkelijk in het bezit van het fonds en dienen als onderpand, mocht de aanbieder failliet gaan. Dit is de meest transparante methode: je weet precies waarin je belegt. Een nadeel is wel dat de kosten vaak hoger zijn, omdat alle aandelen moeten worden gekocht.
Bij synthetische replicatie bootst de ETF alleen het rendement na. De aandelen worden dus niet fysiek aangekocht. Dat nabootsen gebeurt door middel van derivaten (swap contracten met een andere partij). De kosten van deze constructie zijn lager, maar er is wel een (klein) risico dat deze tegenpartij niet aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen. Ook is deze constructie minder doorzichtig.
Loop je een valutarisico?
Tot slot kun je ook kijken in welke munt de ETF wordt verhandeld. Als dat de dollar is, dan loop je ook een valutarisico. Dat kan gunstig uitpakken, maar ook ten koste gaan van je rendement.
Wees alert op dividendlekkage
Veel ETF’s zijn in een ander land gehuisvest. Als Nederland met dit land geen belastingverdrag heeft gesloten, is er een kans op dividendlekkage: buitenlandse belasting op dividend die je niet terug kunt vragen bij de Belastingdienst. Je loopt dan geld mis.
Doe je huiswerk goed
Een belegging in een sectorfonds brengt meer risico’s met zich mee dan een breed gespreid aandelenfonds, zoals de S&P 500 of de MSCI World-index. Maar daar staat tegenover dat je ook meer profiteert als die sector de wind in de zeilen heeft.
Gezien de risico's van beleggen in één specifieke sector is het verstandig om een niet te groot deel van je portefeuille hiermee in te vullen. Je moet dit vooral doen voor wat extra rendement; niet als basis voor je toekomstige pensioen of aflossing van je hypotheek.
Door te kiezen voor een beleggingsfonds demp je de risico's. Het neemt je bovendien veel werk uit handen, want je hoeft niet zelf op zoek te gaan naar de beste aandelen en de markt 24/7 bij te houden.
Een ETF is doorgaans goedkoper dan een actief beheerd fonds. Dat pakt gunstig uit voor je rendement. Omdat het aanbod groot is, is het wel verstandig om goed je huiswerk te doen.