- Chipaandelen hebben in het eerste kwartaal van 2023 enorm goed gepresteerd.
- Met een sector-ETF kun je van het momentum profiteren. Je hebt met zo’n beleggingsfonds meer spreiding, maar er zijn ook risico’s.
- Business Insider bespreekt de kansen en risico’s van beleggen in de chipsector en enkele keuzemogelijkheden wat betreft ETF’s.
- Lees ook: Oliemarkt wijst op zwakkere economie, goudprijs sorteert voor op onrustige beurs
Na een lastig beursjaar in 2022, weet de chipsector in de eerste drie maanden van dit jaar de weg omhoog weer te vinden. Wat heet: aandelen van Nederlandse bedrijven uit de chipsector zoals ASMI, Besi en ASMI behoren tot de best presterende beursfondsen van het afgelopen kwartaal op de Amsterdamse beurs, met rendementen van respectievelijk 57,8 procent, 41,6 procent en 24,1 procent.
Ook elders in Europa, de Verenigde Staten en Azië hebben beursgenoteerde bedrijven uit de halfgeleiderindustrie fraaie dubbelcijferige koerswinsten behaald. Zo staat de zogeheten Philadelphia Semiconductor Index (SOX-index), een toonaangevende index van aandelen van bedrijven in de chipsector, in de eerste drie maanden van dit jaar 28 procent in de plus.
Koersherstel chipsector bij start van 2023
Chipaandelen hebben zich daarmee aardig gerevancheerd, want vorig jaar dook de SOX-index nog bijna 35 procent omlaag.
Dat had te maken met een combinatie van factoren, waaronder de stijgende rente (die doorgaans technologie-aandelen onder druk zet, omdat deze rentegevoeliger zijn), problemen in de toeleveringsketen, angst voor overcapaciteit (door forse investeringen in de productie van chips) en opgelopen voorraden van afnemers (na het wereldwijde tekort aan halfgeleiders).
Dat de vraag naar chips groot is en in de toekomst verder zal groeien, staat buiten kijf. Vrijwel elk apparaat met een stekker is voorzien van computerchips. Daarnaast zijn halfgeleiders nodig voor alle toekomstige technologische ontwikkelingen, van de uitrol van het 5G-netwerk tot de energietransitie, van internet of things tot autonoom rijden en van het minen van cryptomunten tot Artificial Intelligence.
Je kunt van die ontwikkeling profiteren door te beleggen in individuele chipaandelen. Een andere optie is je geld steken in een sector-ETF, ofwel een beursgenoteerd beleggingsfonds. Je hebt dan meer spreiding, tegen relatief lage kosten.
Er zijn diverse ETF's (exchange traded funds) die je kunt kopen om te beleggen in de chipsector. We lichten de twee belangrijkste uit:
- iShares MSCI Global Semiconductors Ucits ETF van BlackRock (ISIN-code: IE000I8KRLL9)
- VanEck Vectors Semiconductor Ucits ETF (ISIN-code: IE00BMC38736)
Waarin beleggen in deze ETF’s?
Beide ETF’s beleggen in aandelen van bedrijven die zich bezighouden met de productie van halfgeleiders en halfgeleiderapparatuur. De ETF van iShares is te koop op de Amsterdamse beurs. Die van VanEck onder andere op de Italiaanse en Duitse beurs.
De VanEck Vectors Semiconductor Ucits ETF volgt de MVIS US Listed Semiconductor 10% Capped ESG Index. Hierin zitten 25 op Wall Street genoteerde aandelen van bedrijven die minimaal de helft van hun omzet in de halfgeleidersector halen. Het zijn de grootste bedrijven uit de chipsector qua marktkapitalisatie (aantal uitstaande aandelen vermenigvuldigd met de beurskoers).
Om te voorkomen dat sommige chipbedrijven een te dominante positie krijgen en daarmee de index wel erg kwetsbaar maken voor een individueel koersverlies, mag elk bedrijf niet meer dan 10 procent van het fondsvermogen uitmaken.
De Nederlandse chipmachinefabrikant ASML (die ook een notering heeft aan de Nasdaq) zit al aan die bovengrens. Dit aandeel is na Nvidia het belangrijkste bedrijf in de index.
De iShares MSCI Global Semiconductors Ucits ETF volgt de MSCI ACWI IMI Semiconductors & Semiconductor Equipment ESG Screened Select Capped Index. Deze index bestaat uit maar liefst 255 verschillende aandelen uit de hele wereld. Hierin zitten meer Nederlandse aandelen: je belegt behalve in ASML ook in ASMI en Besi.
Liefst 64 procent van het fondsvermogen van de ETF van iShares zit in Amerikaanse bedrijven, een kwart in Aziatische bedrijven en de rest in Europa. De ETF van VanEck zit forser in Amerikaanse bedrijven (77 procent) en minder fors in Aziatische chippers (11 procent).
Net als bij de ETF van VanEck geldt ook bij die van iShares een maximale weging per aandeel. Deze is iets lager: 8 procent.
Beide fondshuizen passen een ESG-filter toe, ofwel een screening op duurzaamsheidsaspecten. Dat betekent dat bedrijven die hun omzet uit controversiële sectoren halen, zoals de wapenindustrie of oliezanden, worden uitgesloten. Maar ze hanteren geen duurzame beleggingsdoelstelling.
Een andere overeenkomst is dat beide ETF-aanbieders kiezen voor fysieke replicatie. Dat betekent dat ze aandelen uit de onderliggende index ook daadwerkelijk kopen. Deze dienen als onderpand, mocht de aanbieder failliet gaan.
Dat is transparanter en wat minder risicovol dan zogeheten synthetische replicatie, waarbij de fondsbeheerder alleen het rendement nabootst, maar de stukken niet echt aankoopt.
Wat zijn de kosten?
Een veel gebruikte maatstaf om de kosten van beleggingsfondsen en beursgenoteerde EFT’s te vergelijken is de total expense ratio (TER). Dit zijn de kosten die het fonds jaarlijks inhoudt voor geleverde diensten, zoals handels-, bewaar- en marketingkosten. De TER dekt niet alle kosten, maar geeft wel goede indicatie.
De kosten van beide ETF’s zijn gelijk: 0,35 procent per jaar. Dat is een stuk lager dan de kosten van veel actief beheerde beleggingsfondsen, die vaak boven de 1 procent uitkomen.
Wat is het historische rendement?
De wereld wordt steeds afhankelijker van technologie en daarbij zijn chips essentieel, of het nu gaat om telefoons, tablets, wasmachines, (3D)-printers, laptops, auto’s of datacenters. Bovendien worden computerchips steeds geavanceerder. Fabrikanten van chips en chipmachines profiteren daarvan. Dat kan het rendement op de aandelen een impuls geven.
Bijkomend voordeel is dat het voor nieuwe bedrijven erg lastig is om de chipmarkt te betreden. Wie computerchips wil produceren, moet honderden miljoenen euro's investeren. Daarnaast is het lastig om hoogopgeleid personeel te vinden en rust er op veel producten een patent. Dat zorgt ervoor dat de marges minder snel onder druk komen dan bij bedrijven die dit soort concurrentievoordelen niet hebben.
Een belegging in chipaandelen kan dan ook hoge koerswinsten opleveren. Zo heeft de ETF van iShares afgelopen kwartaal een rendement opgeleverd van 25,8 procent en hebben beleggers in de ETF van VanEck al 28 procent koerswinst mogen bijschrijven.
Chipaandelen kunnen echter behoorlijk volatiel zijn. De ETF van iShares heeft een vrij korte koershistorie van iets meer dan een jaar en leed afgelopen jaar 32 procent verlies in euro. De ETF van VanEck bestaat ook relatief kort en leed afgelopen jaar een verlies van 33 procent procent in euro.
Beide ETF-aanbieders kiezen ervoor om uitgekeerde dividenden te herbeleggen. Dat leidt op langere termijn vaak tot een hoger rendement, omdat met de opbrengst automatisch nieuwe stukken worden gekocht, waarover je ook weer dividend ontvangt, enzovoort.
Wat zijn de risico’s?
Aan een belegging in een ETF die zich toelegt op de chipsector zitten risico’s. Dat hebben beleggers vorig jaar ondervonden, toen chipaandelen genadeloos onderuit ging.
De sector heeft nu de weg omhoog gevonden, maar het kan natuurlijk ook weer de andere kant op schieten. Zo valt nog te bezien wat de effecten zijn van de exportbeperkingen die de VS heeft opgelegd aan leveranciers van geavanceerde chips en chipmachines aan China. Een bedrijf als ASML heeft hier last van. Het kan ook leiden tot een tegenreactie van China.
Daarnaast is de chipsector, net als andere industriële sectoren, vrij cyclisch. Zit het economisch sentiment tegen, dan kan de vraag naar chips dalen. Bedrijven in deze sector kunnen ook last hebben van tekorten of juist overcapaciteit. Ook kunnen forse investeringen die de Europese, Amerikaanse en Chinese overheid doen in hun eigen halfgeleiderindustrie, de markt verstoren.
Een ander risico is dat de chipsector nogal rentegevoelig is. De inflatie in de VS en Europa is weliswaar aan het zakken, maar nog steeds ver verwijderd van het gewenste niveau van twee procent. Dit kan de Federal Reserve en de ECB aansporen om de rente nog verder te verhogen.
De koersen van groeiaandelen, van bijvoorbeeld chipbedrijven, kunnen hierdoor onder druk komen. Hun waarde wordt namelijk vooral bepaald door kasstromen die ver in de toekomst liggen. Bovendien is de chipsector nogal kapitaalintensief, waardoor een renteverhoging het duurder maakt om geld te lenen. Dat drukt de marges.
Verder moet je je realiseren dat je met een sector-ETF per definitie kwetsbaarder bent dan wanneer je belegt in een ETF die een brede aandelenindex volgt, zoals de S&P 500-index.
Tot slot loop je een valutarisico, aangezien beide ETF’s in dollars noteren. De ontwikkeling van de euro-dollarkoers heeft dus invloed op het rendement dat je als eurobelegger haalt.
Om beleggers een indicatie te geven van het risico dat zij lopen, is in de Essentiële Beleggingsinformatie (een standaard document) van beleggingsfondsen een risico-indicator opgenomen. Deze heeft een schaal van 1 (zeer klein risico) tot 7 (zeer groot risico).
Op basis van deze indicator scoort de ETF van iShares een 5 en die van VanEck een 6. Dat betekent dat het risico als iets hoger dan gemiddeld wordt beschouwd.
Beleggen in de chipsector
Als je verwacht dat het voorlopig nog wel crescendo zal gaan in de chipmarkt en dat chipaandelen de tocht omhoog nog wel even kunnen voortzetten, zou je een ETF kunnen overwegen. Je bespeelt dan de markt als geheel, van producenten tot toeleveranciers.
Bovendien heb je met een indexfonds meer spreiding dan wanneer je in individuele aandelen zou beleggen, waardoor je minder risico loopt, mocht een van die bedrijven in zwaar weer terecht komen.
Van de twee bovengenoemde ETF’s is die van iShares beter gespreid. Niet alleen bevat de portefeuille beduidend meer aandelen (255 voor de iShares-ETF versus 25 voor die van VanEck), ook zitten er naast large caps aandelen tussen met een kleinere marktkapitalisatie en een notering buiten de VS.
Beleg je liever alleen in de grote jongens, dan kun je beter voor de ETF van VanEck kiezen.