De vliegtaks wordt ongeveer 7 euro per ticket, ongeacht de reisbestemming. Het gaat om één vast bedrag om het de Belastingdienst niet te moeilijk te maken.
Bronnen in Den Haag bevestigen berichtgeving van RTL Nieuws hierover. Eerder overwoog het kabinet nog een heffing van 3,80 euro voor vluchten binnen Europa en van 22 euro voor intercontinentale vluchten. De vliegtaks wordt in 2021 ingevoerd. Verder komt er een heffing voor vervuilende en lawaaiige vliegtuigen.
Hoewel de vliegtaks is bedoeld voor het milieu, verwacht het kabinet niet dat de invoering tot veel minder vraag naar vliegreizen zal leiden. Tickets worden de komende tijd toch wel duurder, mede door de schaarse capaciteit op Schiphol. Met de extra winst die luchtvaartmaatschappijen daardoor maken, kunnen zij de belasting in belangrijke mate voor eigen rekening nemen.
Luchtvaartsector is tegen belasting op vliegticket
De Nederlandse luchtvaartsector is sterk tegen de invoering van de vliegtaks, uit vrees voor een verslechtering van de concurrentiepositie. Zij hoopten dat het kabinet tot inkeer zou komen, maar staatssecretaris Menno Snel van Financiën maakt korte metten met die hoop. “Die vliegtaks komt er, hoe dan ook.”
Het kabinet had het liefst een vliegtaks in Europees verband gezien.
Volgens onderzoeken zal de taks tot een afname van 12,5 miljoen passagiers op Schiphol leiden en het verlies van 37.500 banen.
In 2008 leidde de vliegtaks al een kortstondig bestaan van een jaar, onder premier Balkende. De economische schade van de heffing bleek veel groter dan wat het de schatkist opleverde. Met name regionale luchthavens hadden zwaar te lijden onder de taks.
Veel Nederlandse luchtreizigers weken uit naar luchthavens over de grens, waar op dat moment geen vliegtaks werd geheven. Sinds 2011 is in Duitsland wel sprake van een dergelijke belasting op vliegtickets.