Kosten over het hoofd zien of ten onrechte opvoeren kan voor onaangename
verrassingen zorgen. In het eerste geval betaal je te veel belasting; in het
tweede geval riskeer je een naheffing en eventuele boete.
Welke aftrekposten kun je zoal opvoeren voor je werk, studie of eigen bedrijf?
Loon
De loongegevens vormen het landelijk controlethema voor de aangifte over 2012.
Dit betekent dat de Belastingdienst extra in de gaten houdt of je je
loongegevens goed hebt ingevuld. Wees hier dus extra alert op.
Studiekosten
Gitaarlessen moet je zelf betalen. Maar voor de kosten voor een studie of
cursus voor je werk of een toekomstig beroep komt de fiscus je wél tegemoet.
Het gaat hierbij om lesgeld en de kosten van boeken en studiemateriaal, maar
ook om afschrijvingen op je computer of printer, mits je deze apparaten voor
je studie nodig hebt.
Gebruik je je pc ook privé, dan mag je het gedeelte voor privégebruik niet
opvoeren. Voor computers en randapparatuur gaat de Belastingdienst uit van
een levensduur van drie jaar en een restwaarde van 10 procent.
Voor de studiekosten (met aftrek van eventuele vergoedingen van bijvoorbeeld
je werkgever) geldt een drempel van 500 euro. Alles erboven is aftrekbaar.
Niet onbeperkt overigens: het bedrag dat je maximaal mag aftrekken is in de
regel 15.000 euro.
Let wel op: niet alle studiekosten zijn aftrekbaar. De rente op studieschulden
mag je bijvoorbeeld niet opvoeren. Ook je studeerruimte en de inrichting
ervan zijn niet aftrekbaar. Hetzelfde geldt kosten voor (studie)reizen,
excursies, hotelovernachtingen, reiskosten, diners, versnaperingen en
kleding. Moest je als langstudeerder een opslag op het wettelijk collegegeld
betalen (van 3.063 euro), dan is ook dit bedrag niet aftrekbaar.
Vervoer
Wie in loondienst is en met het openbaar vervoer naar zijn werk reist, mag
hiervoor een vast bedrag aftrekken. De hoogte van het bedrag hangt af van de
afstand die je moet overbruggen en het aantal dagen per week dat je reist.
Om voor deze aftrekpost in aanmerking te komen, moet je wel aan een aantal
voorwaarden voldoen. De reisafstand moet minimaal tien kilometer zijn en je
reist minimaal één dag per week naar je werk (of minimaal 40 dagen per
jaar). Ook heb je een openbaarvervoerverklaring of reisverklaring nodig.
Ga je met je eigen auto of de fiets naar je werk, dan heb je geen recht op
reisaftrek. Wel mag je baas maximaal 19 eurocent per kilometer onbelast
vergoeden.
Als je carpoolt, mag je hiervoor een vergoeding van je baas krijgen. Als je
werkgever dit carpoolen organiseert, mag hij 19 cent per kilometer aan de
chauffeur vergoeden, inclusief de omrijkilometers. Als jij het organiseert,
kan elke werknemer een vergoeding krijgen van 19 cent per kilometer. De
omrijkilometers vallen hier echter niet onder.
Auto van de baas
Rijd je in een auto van je werkgever, dan moet je baas een bedrag als loon bij
je salaris tellen, voor het voordeel dat je hebt van het privégebruik van de
auto (de bijtelling). Deze bedraagt meestal 25 procent van de
cataloguswaarde van de auto. Door deze bijtelling wordt je inkomen hoger en
dat kan gevolgen hebben voor de zorg-, huur- of kinderopvangtoeslag en het
kindgebonden budget.
Als je met de auto van je werk niet meer dan 500 privékilometers per jaar
rijdt, is een bijtelling niet nodig. Maar je moet dat wel overtuigend kunnen
bewijzen.
Auto als ondernemer
Ben je ondernemer en rijd je met je auto minder dan 500 kilometer per jaar
voor privédoeleinden, dan geldt jouw auto voor de inkomstenbelasting als een
auto van de zaak. Rijd je meer kilometers privé, dan mag je kiezen of je de
auto beschouwt als zakelijk of privévermogen.
Als je je privé-auto ook voor je bedrijf gebruikt, mag je voor elke zakelijke
rit 19 cent per kilometer aftrekken.
Je mag dan geen btw aftrekken bij de aankoop, maar wel de btw op onderhouds-,
reparatie- en gebruikskosten aftrekken, voor zover je de auto voor je
bedrijf gebruikt. Leidend hierbij is de verhouding tussen het aantal
zakelijke kilometers ten opzichte van het totaal aantal verreden kilometers.
Let wel op: alleen het gedeelte dat je gebruikt voor belaste omzet is
aftrekbaar.
Als je speciaal voor je bedrijf een auto koopt, komt deze voor de
inkomstenbelasting bij het vermogen van je bedrijf. Betaalde btw mag je als
voorbelasting aftrekken van de btw die je moet betalen. Over het
privégebruik betaal je later btw terug.
Ook als je eigen auto wordt omgedoopt tot auto van de zaak, gaat de auto voor
de inkomstenbelasting naar het vermogen van je bedrijf. Alleen mag je de btw
die je bij de aankoop van de auto hebt betaald niet alsnog als voorbelasting
aftrekken. De btw op onderhouds-, reparatie- en gebruikskosten mag je wel
als voorbelasting aftrekken, voor zover je de auto voor je onderneming
gebruikt.
De keuze 'zakelijk of privé' mag overigens voor de inkomsten- en
omzetbelasting verschillen.
Ondernemersaftrek
Wie door de Belastingdienst wordt erkend als ondernemer komt in aanmerking
voor de ondernemersaftrek en mag dan een bepaald bedrag aftrekken van de
winst. Onder deze aftrekpost vallen diverse deelposten: de zelfstandigen- en
startersaftrek, de aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk, de meewerkaftrek
en de (eenmalig op te voeren) stakingsaftrek.
Voor sommige van deze aftrekposten geldt het zogeheten urencriterium. Dat
betekent dat je in het betreffende jaar minimaal 1.225 uur aan je bedrijf
hebt besteed.
Zelfstandigenaftrek
Voor de zelfstandigenaftrek geldt vanaf 2012 een vast bedrag, in plaats van
een inkomensafhankelijk bedrag. Voor ondernemers die voldoen aan het
urencriterium en aan het begin van 2012 nog geen 65 jaar waren, geldt een
aftrek van 7.280 euro. Let wel: de aftrek is niet hoger dan de winst,
behalve als je in aanmerking komt voor de startersaftrek.
Startersaftrek
De startersaftrek is specifiek bedoeld voor jonge ondernemingen en bedraagt
2.123 euro.
Mkb-winstvrijstelling
Verder bestaat er nog de mkb-winstvrijstelling, die eveneens voor alle
kleinere ondernemers geldt. Deze bedraagt 12 procent van de winst (minus de
ondernemersaftrek).
Investeringsaftrek
Een andere mogelijk interessante aftrekpost betreft de investeringsaftrek: een
bedrag dat je mag aftrekken van de winst als je hebt geïnvesteerd in
bedrijfsmiddelen. De bekendste variant is de
kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA), voor ondernemers die vorig jaar
tussen de 2.300 en 306.931 euro investeerden voor hun bedrijf.
De hoogte van deze aftrek hangt af van het geïnvesteerde bedrag en bedraagt
maximaal 28 procent. Het moet wel om bedrijfsmiddelen gaan die in aanmerking
komen voor deze aftrekpost.
Er bestaan ook nog extra aftrekposten voor investeringen in energiezuinige of
milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen.
Kosten bij start onderneming
Alle kosten die je hebt gemaakt in de aanloop naar de start van de onderneming
mag je aftrekken. Denk bijvoorbeeld aan het bonnetje voor de aanschaf van
een computer.
Goederen die je al langer geleden hebt aangeschaft en voor je bedrijf gebruikt
zijn daarentegen níet aftrekbaar (zie passage over de bedrijfsauto), maar je
mag deze spullen wel bij de start van je bedrijf inbrengen tegen de
dagwaarde. Ze maken dan deel uit van het ondernemingsvermogen.
Werkruimte
Heb je een kantoor aan huis, dan zijn de kosten hiervoor alleen aftrekbaar
voor de inkomstenbelasting als de werkruimte een zelfstandig deel van de
woning is. Daarmee wordt bedoeld dat de werkruimte moet beschikken over een
eigen ingang en eigen voorzieningen, zoals sanitair. Ook moet je in je
kantoor een belangrijk deel van je inkomen verdienen. De kosten voor de
werkruimte mag je dan naar rato als aftrekpost opvoeren.
Benieuwd welke kosten aftrekbaar zijn? Kijk dan op de rekenhulp Werkruimte
in de woning van de Belastingdienst.
Vaste lasten
Andere kosten mag je aftrekken voor zover deze voor zakelijk gebruik zijn.
Denk bijvoorbeeld aan werkkleding. Ook vakliteratuur valt daar onder, maar
overige tijdschriften en boeken niet. Zakelijke gesprekskosten zijn volledig
aftrekbaar. Een telefoonabonnement niet, tenzij de aansluiting zich in jouw
kantoorruimte bevindt.
Diners
Voor de kosten voor zakenlunches en -diners (inclusief fooien), studiereizen
of een bezoek aan een congres of seminar geldt voor de inkomstenbelasting
een drempel van 4.400 euro: alleen de kosten daarboven zijn aftrekbaar. Maar
op verzoek is het ook mogelijk om in plaats van deze drempel 73,5 procent
van de kosten af te trekken.
Lees ook:
Besparen
op je aangifte 2012: giften, kinderopvang en erfenis
Meer
gemeenten zitten mis met WOZ-waarde
Je
huis in 2013: alle veranderingen
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl