ANALYSE – Overnameprijzen bereikten in 2018 weer recordhoogtes. Maar pas op bij een bedrijfsverkoop: de opbrengst van een bedrijf kan (fors) afwijken van de berekende bedrijfswaarde.
De meeste discussie rondom een bedrijfsverkoop gaat over de waarde van het bedrijf. Als koper en verkoper daar eenmaal uit zijn, is er vervolgens vaak gesteggel over wat de verkopende ondernemer daadwerkelijk ontvangt voor zijn bedrijf. Want in de praktijk blijkt de werkelijke opbrengst van een bedrijf (fors) te kunnen afwijken van de berekende bedrijfswaarde.
Bedrijf verkopen: ondernemerswaarde versus aandelenwaarde
Om dit verschil goed te kunnen begrijpen is het belangrijk om onderscheid te maken tussen de ondernemingswaarde van een bedrijf en de aandelenwaarde.
De ondernemerswaarde is de waarde van het bedrijf vastgesteld aan de hand van een formule (bijvoorbeeld 6 keer de brutowinst) of becijferd door een waarderingsdeskundige. Maar daarbij wordt geen rekening gehouden met hoe het bedrijf is gefinancierd (met rentedragend schulden) of met het aanwezige kas- en banktegoed (liquide middelen).
Bij de overname van een bedrijf worden de schulden en bezittingen immers ook overgenomen. De aandelenwaarde is de ondernemingswaarde verminderd met schulden en vermeerderd met aanwezige liquide middelen.
Waarde bedrijf: net als een huis met hypotheek
Vergelijk een bedrijf verkopen met de verkoop van een huis. Stel je hebt een huis met een taxatiewaarde van 500.000 euro en het huis is gefinancierd met een hypotheek van 350.000 euro.
De makelaar waardeert het huis zonder rekening te houden met de hypotheek (ondernemingswaarde). Maar de daadwerkelijke opbrengst bij verkoop is slechts 150.000 euro (aandelenwaarde), omdat verkoper bij verkoop eerst zijn hypotheek van 350.000 euro bij de bank moet aflossen.
Zo werkt het in principe ook bij een bedrijfsverkoop. Stel het bedrijf heeft een brutowinst van 200.000 euro en is gewaardeerd op 1,2 miljoen euro (= 6 x de brutowinst). Maar er zit ook nog een banklening in van 350.000 euro en er staat nog 100.000 euro op de bank.
De werkelijk opbrengst van het bedrijf is in dit geval 1,2 miljoen (de schulden van 350.000 euro eraf en het banktegoed van 100.000 euro erbij). Het saldo is dan 950.000.euro. Een verschil van 250.000 euro (ruim 20 procent) ten opzichte van de in eerste instantie berekende bedrijfswaarde.
Cash and debt free
Deze correctie van schulden en bezittingen ten opzichte van de berekende ondernemingswaarde wordt ook wel aangeduid met de term "cash and debt free". Daarbij is over het aanwezige banksaldo (cash) bijna nooit discussie, maar over wat tot de schulden moet worden gerekend des te meer.
Want wordt verstaan onder 'debt'? De omvang van een banklening is wel duidelijk, maar de crediteuren- en debiteurenstand van een bedrijf is vaak variabel. Er valt over te twisten wat ‘normaal’ is.
Vandaar dat er meestal nog een tweede correctie plaatsvindt, namelijk op het werkkapitaal. Uitgangspunt is dat voor een normale bedrijfsvoering ook een bepaalde hoeveelheid werkkapitaal nodig is om het bedrijf draaiende te houden. Daarom wordt de omvang van het ‘normale’ werkkapitaal (stel 50.000 euro) afgetrokken van de actuele werkkapitaalpositie.
De omvang van het ‘normale’ werkkapitaal wordt dus niet als schuld gezien en ook niet van de bedrijfswaarde afgetrokken. Een essentieel punt, dat zomaar tot 50.000 euro meer of minder opbrengst kan leiden.
Om te kunnen bepalen wat de werkelijke opbrengstwaarde is van een bedrijf, is het dus belangrijk dat je een correctie maakt voor rentedragende leningen, kas- en banktegoeden en ‘normaal’ werkkapitaal.
Dit is dan het totale plaatje bij de berekening:
Dealbreker
In de praktijk wordt bij een bedrijfsverkoop door professionele partijen altijd een bieding gedaan op basis van de netto bedrijfswaarde (cash and debt free) en de correctie voor werkkapitaal.
Deze aandelenwaarde zal meestal lager uitkomen dan een eenvoudig berekende ondernemerswaarde. Houdt daar als verkoper van een bedrijf rekening mee. Het zal niet de eerste keer zijn dat een te hoge verwachting van de verkoopprijs uiteindelijk een dealbreker blijkt te zijn.
Peter Rikhof is directeur-hoofdredacteur van Brookz. Brookz is met ruim 20.000 ondernemers, investeerders en adviseurs het grootste overnameplatform van Nederland. Brookz is 100 procent onafhankelijk en brengt sinds 2007 ondernemers, investeerders, financiers en adviseurs direct met elkaar in contact. In de afgelopen 11 jaar zijn er via Brookz ruim 3.200 transacties succesvol tot stand gebracht.