Minister Lodewijk Asscher smijt met grof geld om meer mensen aan het werk te helpen. Met bijna een kwart miljard euro aan steun zegt de minister zo’n 185 duizend mensen te ‘raken’. Da’s een mooi woord voor zachte hulp tegen hoge kosten, berekent Z24’s Jeroen de Boer.

Het kabinet Rutte 2 heeft in totaal 600 miljoen uitgetrokken voor plannen die meer mensen aan een baan moeten helpen. Dit als onderdeel van maatregelen ter bestrijding van de economische crisis

Banenplan Asscher

Minister Asscher heeft dit vertaald in zogenoemde ‘sectorplannen’, waarbij via brancheorganisaties voorstellen worden ingediend voor co-financiering. De staat legt dan maximaal de helft bij. In de laatste drie maanden van 2013 heeft de regering 24 plannen goedgekeurd die de overheid in totaal 231 miljoen euro kosten.

In een brief aan de Tweede Kamer van donderdag licht Asscher toe hoe dit geld wordt verdeeld.

“De tot nog toe goedgekeurde plannen omvatten een breed scala aan maatregelen, van scholing en omscholing tot het overdragen van kennis en ervaring door oudere werknemers op nieuwe werknemers die dankzij de cofinanciering kunnen worden aangenomen. Zo raken de plannen in totaal circa 185 duizend medewerkers, waaronder circa 17.500 extra leerwerkbanen”, stelt de minister.

Het woordje 'raken' is hierbij van groot belang. Want uit de toelichting van de minister blijkt dat er veel relatief zachte maatregelen tussen zitten, waarvan je niet kunt zeggen dat er daardoor concreet mensen aan een banen worden geholpen.

De simpele som 231 miljoen euro voor 185 duizend banen erbij, ofwel pakweg 1.243 euro subsidie per baan, gaat hier niet op.

Harde en zachte subsidies

Eerst iets over het soort maatregelen en het aantal mensen dat daarbij betrokken is. Onderstaande grafiek uit het verslag van de minister geeft daarvan een overzicht.

(klik voor uitvergroting)

banenplan asscher

Hier zie je uitgesplitst hoe de 185 duizend betrokkenen door Asschers miljoenen geraakt worden. Dan blijkt dat het bijvoorbeeld voor ruim 70 duizend mensen om scholingsgeld gaat. Daarnaast profiteren ruim 40 duizend personen van 'gezondheidschecks' en andere maatregelen ter 'verbetering van de gezondheid'.

Subsidies voor het behoud van vakkrachten (coaching door ouderen en personeelspoules) raken nog eens bijna 9.000 mensen.

Per saldo gaat het dus voor bijna 70 procent van de 185 duizend betrokkenen om subsidies die geen nieuwe banen opleveren. Op zich kun je met een beetje goede wil redeneren dat bovengenoemde uitgaven op termijn een soort smeerolie voor de arbeidsmarkt zijn, maar het gaat niet om concrete banen.

Weinig echte banen

Plannen die meer direct met werk te maken hebben zijn niet geheel afwezig. Zo gaat er geld naar de bevordering van de instroom: het in dienst nemen van ouderen/jongeren en leerwerkplekken. Daarbij zijn in totaal zo'n 20 duizend personen betrokken. Verder is er nog geld voor transitiefondsen die bemiddelen om mensen van werk naar werk te helpen. Daarbij gaat het om zo'n 40 duizend mensen.

Kijk je naar de staafbalken uit onderstaande grafiek, dan is daar afgebeeld hoeveel budget er thema wordt toegedeeld.

(klik op grafiek voor uitvergroting)

budget asscher

De rode balk gaat over het instroombudget en dat is goed voor bijna de helft van de totale uitgaven, laten we zeggen 100 miljoen euro. Daarmee wordt dus voornamelijk via leerwerkplekken de instroom van zo'n 20 duizend mensen bevorderd. Dit stukje van het pakket kun je het echte banenplan noemen en daar hangt dus een prijskaartje van pakweg 5.000 euro per persoon aan voor de overheid.

Bij 'werk-naar-werk'-trajecten is ongeveer 20 procent van de 185 duizend gesubsidieerden betrokken. Die nemen een vrijwel even groot deel van het budget voor hun rekening. Dus ongeveer 46 miljoen euro voor 39.726 mensen: dat is iets meer dan 1.000 euro per persoon.

Blijven over zo'n 126 duizend personen die via de meer softe steun (scholing, gezondheidschecks) hulp krijgen voor ongeveer 85 miljoen euro, ofwel ongeveer 675 euro per persoon.

Baansubsidies zijn duur

Kortom, het echte banendeel van Asschers plannen raakt maar een klein deel van de betrokkenen en kost relatief veel geld.

Omgekeerd gaat er per persoon minder geld naar 'softe' maatregelen. Maar die zijn meer gericht op het bevorderen van arbeidsmobiliteit (scholing) of baanbehoud (gezondheidssubsidies) dan op het creëren van nieuwe banen.

Tot slot: voor werknemers die willen weten waar de grootste subsidiepotten naartoe gaan, hieronder een overzicht van de verdeling van het budget per sector. Vooral de bouw, metaal, thuiszorg en transport worden overladen met miljoenensubsidies.

(klik op grafiek voor uitvergroting)

sectorverdeling asscher

Lees ook

12 tips voor het ideale bedrijf om rijk mee te worden

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl