In juni haalde de verkoop van tweedehands auto’s voor het eerst sinds januari
2007 weer bijna 100 duizend stuks, blijkt uit cijfers van de Bovag. De
occasionhandel, die in november en december 2008 was ingezakt, is sinds
februari 2009 elke maand gestegen.

Scherpe prijzen occasions
Geen wonder, zegt woordvoerder Gijs Bosman van de Bovag. "Het is een
aantrekkelijke tijd voor particulieren om gebruikte auto’s te kopen. De
afgelopen jaren verkochten dealers steeds meer nieuwe auto’s en ze bouwden
door alle inruilauto’s een enorme voorraad occasions op. Daardoor zijn nu de
prijzen scherp."

De sloopregeling helpt de dealers een handje, vermoedt Bosman. Die bepaalt dat
als een eigenaar een auto van voor 2001 inlevert bij de sloop, hij elke auto
van na 2001 mag kopen: nieuwe én gebruikte. "Driekwart van de
auto’s die met de sloopregeling worden aangeschaft, zijn tweedehands."

Op de Utrechtse Automarkt kuieren groepjes mannen op hun gemak langs de
uitgestalde wagens. Elke dinsdag begint hier om 6 uur ’s ochtends één van de
grootste automarkten van Europa. Allemaal tweedehands en vrijwel allemaal
bedoeld voor de export.

Donkere mannen met zwarte snorren onderhandelen met stevige, kaalgeschoren
kerels die hun handtasje stevig onder de oksel klemmen. "Dat zijn
Moldaviërs", wijst een handelaar die liever anoniem blijft. "In
die tasjes zitten soms wel tien jaarsalarissen."

Oost-Europa
Polen, Wit-Rusland, Duitsland, Bulgarije en Tsjechië. Dat is de top vijf van
landen waar de occasions van de Automarkt naartoe gaan. In 2005 steeg de
export van Nederlandse auto's zo hard dat het totale wagenpark af nam. Dat
was de afgelopen jaren anders en ook voor dit jaar verwacht - hoopt - Bosman
van de Bovag dat het totale wagenpark groei.

De wagens met een Nederlands kenteken zijn populair bij de handelaren, omdat
in Nederland de afschrijvingen hoog zijn, de auto's goed onderhouden en
omdat van wagens van na 16 oktober 2006 de rijtuigbelasting BPM gedeeltelijk
kan worden teruggevraagd. Dat bij elkaar maakte de Nederlandse auto's
goedkoop voor de Europeanen in het Oosten.

Crisis slaat toe
Tenminste, totdat de crisis losbarstte. Want de Oost-Europese landen kunnen
niet profiteren van de harde euro. Hun munten, zoals de Poolse zloty en de
Hongaarse forint, zijn inelkaar gezakt. "Handelaren die eerst 2 duizend
euro konden betalen, kunnen nu nog maar 13 honderd euro neerleggen",
bromt een handelaar goedmoedig. Maar hij heeft niet te klagen: al zijn vijf
auto's zijn verkocht. "Ik mag met m'n neef meerijden, maar anders had
ik de trein naar huis gepakt."

Ook Willem Schep (59) merkt dat de crisis heeft toegeslagen. "Je raakt de
auto's aan de straatstenen niet kwijt." Hij staat op de markt met een
witte bus , die hij voor duizend euro op de kop heeft getikt. "Had ik
die vanmorgen maar voor tweeduizend verkocht. Maar ja, ik wist niet precies
wat'ie waard was." Schep was een trouwe Automarktganger, maar de
afgelopen maanden is hij niet geweest. "Er was helemaal geen geld in
auto's. Maar vandaag valt het me mee."

Kansen in de crisis
"Ik ben blij dat ik er niet van hoef te leven", zegt Ko Mulder (73),
die automaterialen verkoopt vanuit zijn oplegger. De vloermatten verkopen
het beste. Hij staat al op de Automarkt sinds 1958, toen het evenement nog
op de plek van de huidige Jaarbeurs werd gehouden. "Het is behoorlijk
wat beter geweest."

Mark van der Lingen en Walter Stoof zien juist kansen in de crisis. Zij zijn
samen met bureau voertuigdocumentatie en -informatie VWE, een autoveiling
begonnen op de Automarkt, elke tweede dinsdag om 11 uur nadat de markt is
afgelopen. De occasions, afkomstig van leasemaatschappijen en
dealerbedrijven, zijn op maandagavond op de site te zien, op dinsdagochtend
in de hal te bewonderen en na afloop van de veiling direct mee te nemen.

Hoge prijzen
"Er is een tekort aan de juiste gebruikte auto's", zegt Van der
Lingen. Hij is blij, want op de veiling zijn 33 van de 43 auto's verkocht.
Normaliter wordt tijdens een veiling ongeveer de helft van de auto's
verkocht. En de prijzen waren goed: "De inbrenger, de verkopende
partij, vindt de prijs altijd te laag en de koper altijd te hoog. Maar dit
keer waren de prijzen aan de hoge kant."

De duurste auto van 14 juli ging weg voor 11.300 euro, kwam uit 2005 en had 49
duizend kilometer gereden. De goedkoopste auto was een Opel Vectra uit 1997
met 229 duizend kilometer op de teller. De koper betaalde er 450 euro voor. "Ik
had verwacht dat vanwege de sloopregeling de auto's van voor 2001 het goed
zouden doen", zegt Van der Lingen. "Maar dat is helemaal niet zo.
De vorige keer hadden we veel oude auto's meegenomen, die willen de
handelaren niet."

Veiling
Het veilingterrein is afgezet met grote hekken, de bieders verzamelen zich
aan picknicktafels. Een oudere dame met een permanentje rijdt een
winkelwagentje rond met blikjes drinken en presenteert een blad vol
bitterballen en andere gefrituurde lekkernijen. De dealers luisteren
geconcentreerd naar de enthousiaste veilingmeester. "Autootje uit 2008,
we beginnen negen rond, negenduizend... Nee? Niemand? Maken we er tien van,
toch?" De handelaren lachen. Een man in een blouse steekt acht vingers
omhoog. Veilingmeester: "Acht, acht rond, ik heb een bod, wie maakt er
acht één van?" Maar iedereen zit muisstil, totdat de hamer
bijna valt en een slanke man met een petje een papiertje opsteekt. "Jullie
maken het wel spannend, jongens", spreekt de veilingmeester.

Volkswagen Passat
De Automarkt is de ideale plek volgens Van der Lingen en Stoof. "Je hebt
hier 500 dealers bij elkaar. 's Ochtends verkopen ze hun auto's, 's middags
halen ze bij ons nieuwe handel." Handelaar Ben Liebregts is speciaal
gekomen voor de veiling. "Het is een kleine veiling. Het is bij elke
veiling afwachten of er iets goeds tussen zit. Hier heb je veel klein grut,
je ziet geen dure BMW's of Mercedessen." Toch biedt hij op vijf, zes
auto's, huis-, tuin- en keukenauto's. "Ik bied niet op die lichtblauwe
Volkswagen Passat, die is me te specifiek. Daar moet je van houden."

Diezelfde Passat staat wel drie keer in de top 20 van de verkoopstatistieken
van de Automarkt, namelijk die met bouwjaren 1998, 1999 en 2000. Nummer één
is de Renault Laguna (2002), nummer vier de Ford Focus (2000). Buiten rijden
kopers de auto's de opleggers op. Het is tijd om naar huis te gaan.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl