- Het autogebruik voor zakelijke rijders is momenteel ruim twee keer zo duur als de maximale onbelaste kilometervergoeding.
- Voor een gemiddelde auto zou de kilometervergoeding met de huidige brandstofprijzen 0,39 euro moeten zijn, aldus de Vereniging Zakelijke Rijders.
- De lobbyclub pleit voor een verhoging van de kilometervergoeding, maar ook voor meer thuiswerkopties.
- Lees ook: Belastingaangifte 2021: reiskosten en andere aftrekposten voor werknemers
Het autogebruik is momenteel ruim twee keer zo duur als de maximale onbelaste kilometervergoeding. Dat stelt de Vereniging Zakelijke Rijders (VZR) op basis van eigen berekeningen. Voor een gemiddelde auto zou de kilometervergoeding met de huidige brandstofprijzen 0,39 euro moeten zijn. Nu is de maximale onbelaste kilometervergoeding 0,19 euro.
“Het is van de gekke dat je privékapitaal moet gebruiken voor de baas terwijl je alleen de benzineprijs van 2006 vergoed krijgt”, zegt voorzitter Jan van Delft van VZR. In het bedrag van 0,39 euro per kilometer zijn volgens hem de huidige brandstofprijzen meegenomen evenals de afschrijving. “Dan zijn nog niet alle kosten gedekt maar dit is redelijk en billijk.”
Van Delft roept het kabinet op om de kilometervergoeding snel op te voeren. Een kleine verhoging naar 0,23 euro is afgesproken in het regeerakkoord en de huidige 0,19 euro geldt sinds 2006. “Sindsdien heb ik er niets meer over gehoord”, aldus Van Delft, wiens organisatie opkomt voor de zakelijke rijder. “Neem die kleine maatregel nou want 4,3 miljoen Nederlanders hebben daar plezier van.” Dat aantal zet volgens hem op regelmatige basis een privéauto in voor de baas en daar valt ook het woon- werkverkeer onder.
Naast het verhogen van de kilometervergoeding pleit Van Delft er ook voor dat werknemers thuis blijven werken als dat mogelijk is. Hij vindt dat tijdens de coronapandemie is aangetoond dat het thuiswerken prima is gegaan. “Ik begrijp de reactie niet van werkgevers om mensen weer naar de zaak te laten komen”, zegt hij. “Naast kosten voor werkgevers en werknemers scheelt het files en wordt ook het milieu meer gespaard.”
Tankbeurt nu duurder dan bij olieprijsrecord van 2008
De prijzen voor benzine, diesel en lpg aan de pomp stijgen opnieuw door de sterk opgelopen olieprijzen. Daarbij valt op dat de prijs voor een liter benzine nu vele malen hoger ligt dan in juni 2008, toen de prijs voor ruwe aardolie een record bereikte.
Volgens voorlopige cijfers van consumentencollectief UnitedConsumers stijgt de gemiddelde adviesprijs voor een liter benzine donderdag met 0,8 cent tot 2,502 euro per liter. In juni 2008 was dat net geen 1,70 euro, terwijl de prijs voor de in Europa maatgevende Brentolie aan het einde van die maand een absolute recordprijs van 139,83 dollar per vat had bereikt.
"De belangrijkste reden is de koers van de dollar", legt energie-econoom Hans van Cleef van ABN AMRO uit over dat verschil. "Olie wordt in dollars afgerekend maar wij betalen onze benzine in euro's. Toen was de euro zo'n 1,60 dollar waard en nu nog niet eens 1,10 euro, dus als je in euro's betaalt ben je meer kwijt."
De gemiddelde adviesprijs voor een liter diesel komt nu uit op €2,33 en de adviesprijs voor LPG is €1,31. Woensdagavond daalden de olieprijzen overigens fors. Een vat Amerikaanse olie zakte 11 procent in prijs tot 109,66 dollar. Brentolie werd bijna 12 procent goedkoper tot 112,70 dollar per vat.