Er staan na de jaarwisseling geen ingrepen op stapel in de bijtelling voor de auto van de zaak. Alleen wie overweegt om een dure elektrische auto aan te schaffen is een stuk duurder uit.
De tarieven voor de motorrijtuigenbelasting worden aangepast aan de inflatie. De fijnstoftoeslag voor dieselauto’s wordt een jaar uitgesteld. Verder gaan de boetes voor te hard rijden en andere verkeersovertredingen verder omhoog.
Treinreizigers moeten dieper in de buidel tasten vanwege de inflatie en de btw-verhoging. Maar de kosten voor een treinkaartje in de eerste klas stijgen minder hard.
Business Insider publiceert in de aanloop naar het nieuwe jaar een serie artikelen over veranderingen die per 1 januari 2019 worden doorgevoerd. Dit zijn de belangrijkste veranderingen in 2019 voor iedereen die zich over de weg of over de rails verplaatst.
Bijtelling leaseauto blijft gelijk
Wie zijn auto van de zaak ook gebruikt voor privéritten, wordt geconfronteerd met een bijtelling: een bedrag dat bij je loon wordt opgeteld. Dit is een bepaald percentage van de cataloguswaarde van de auto.
De bijtelling geldt alleen als je ook privé rijdt in de auto. Gebruik je de auto van de zaak vrijwel uitsluitend voor zakelijke ritten, dan hoef je geen bedrag bij je inkomen op te tellen. Hiervan is sprake als je minder dan 500 kilometer per jaar aan privékilometers rijdt. Houd in dat geval wel een goede rittenadministratie bij, zodat je eventuele vragen van de Belastingdienst kunt pareren.
De overheid probeert via de bijtelling automobilisten te stimuleren om te kiezen voor een niet-vervuilende auto. De tarieven voor de bijtelling blijven komend jaar gelijk. Wie een volledig elektrische auto koopt, mag wederom gebruik maken van een verlaagde bijtelling van 4 procent. Voor overige auto's - ook hybride auto's - geldt net als dit jaar een bijtelling van 22 procent.
Het verschil tussen de verlaagde en verhoogde bijtelling is groot. Stel je least een benzineauto met een catalogusprijs van 40.000 euro, dan moet je hiervoor elk jaar 8.800 euro bij je inkomen optellen en hier belasting over betalen. Lease je een elektrische auto voor hetzelfde bedrag, dan bedraagt de bijtelling 1.600 euro. Als je in de derde belastingschijf valt, scheelt dat netto ruim 2.700 euro belasting per jaar.
... maar bovengrens voor elektrische auto's
Neem je komend jaar een volledig elektrische auto, houd dan de prijs goed in de gaten. De verlaagde bijtelling van 4 procent geldt tot maximaal 50.000 euro van de catalogusprijs. Koop je een duurdere auto, dan ben je over het meerdere 22 procent bijtelling verschuldigd. Alleen auto's die op waterstof rijden zijn hiervan uitgezonderd.
De impact van deze maatregel is groot. Heb je dit jaar een elektrische auto van 80.000 euro gekocht, dan moet je hierover 3.200 euro per jaar bij je inkomen optellen. Val je in de derde schijf van de inkomstenbelasting (belast met 40,85 procent), dan betaal je hierover 1.307 euro belasting. Dat komt neer op 109 euro per maand.
Neem je deze auto na de jaarwisseling, dan is de bijtelling 8.600 euro (4 procent over 50.000 euro plus 22 procent over 30.000 euro). Het tarief in de tweede schijf daalt komend jaar naar 38,10 procent, waardoor je hierover 3.276 euro belasting moet betalen, ofwel 273 euro per maand. Je bent dan netto 164 euro per maand duurder uit.
Koop of lease je volgend jaar een elektrische auto, dan mag je nog vijf jaar van de lage bijtelling gebruik blijven maken. Deze periode start op de dag dat het kenteken voor het eerst op naam is gesteld. Dus wordt deze auto in januari in gebruik genomen, dan geldt nog 60 maanden de bijtelling van 4 procent.
Youngtimerregeling blijft ongewijzigd
Wil je een relatief voordelige auto leasen, dan kun je kiezen voor een zogeheten youngtimer. Dat is een auto van minimaal vijftien jaar oud. Voor deze auto's geldt in 2019 een bijtelling van 35 procent, net als dit jaar. Dat lijkt veel, maar anders dan bij nieuwe auto's wordt de bijtelling berekend op basis van de dagwaarde in plaats van de catalogusprijs. Dat kan veel geld schelen.
Houd er wel rekening mee dat je een oude auto koopt en mogelijk met hoge reparatiekosten wordt geconfronteerd. Kijk dus kritisch welke auto je neemt.
BPM-tarieven worden aangepast
De tarieven voor de aanschafbelasting (BPM) hangen sinds 2013 af van de CO2-uitstoot. Voor deze belasting geldt: de vervuiler betaalt. Auto’s die geen CO2 uitstoten, zoals een volledig elektrische of waterstofauto, zijn vrijgesteld van BPM. Dat blijft komend jaar ook zo.
Voor overige auto's hangt de hoogte van de aanschafbelasting af van de CO2-uitstoot. Je betaalt een vast tarief. Dat gaat komend jaar omhoog van 356 naar 360 euro.
Daarboven op komt een extra bedrag, dat is gerelateerd aan de CO2-uitstoot. Hiervoor gelden net als dit jaar vijf tariefgroepen. Voor auto's die weinig uitstoten (maximaal 71 gram per kilometer) blijft dat net als dit jaar 2 euro per gram CO2-uitstoot. Voor andere auto's gaan de tarieven omlaag.
Daar staat wel tegenover dat de grenzen van de schijven zijn verlaagd, waardoor auto's eerder in een hogere schijf terecht komen. Zo valt een auto die 157 gram per kilometer CO2 uitstoot komend jaar in het hoogste tarief. Nu ligt die grens nog bij 162 gram per kilometer.
Dieselauto's en plug-in hybrides
Voor dieselauto's geldt net als nu een extra toeslag. Deze wordt komend jaar aangepast aan de inflatie. Ook gaat de drempel omhoog. Voor elke gram CO2-uitstoot boven de 61 gram per kilometer, betaal je na de jaarwisseling 88,43 euro. Nu is dat nog 87,38 euro per gram uitstoot boven de 63 gram CO2-uitstoot per kilometer.
Voor plug-in hybrides geldt een ander regime. Anders dan bij reguliere auto's betaal je hierbij geen starttarief. Bovendien gelden er drie tariefschijven, in plaats van vijf.
De tarieven voor deze categorie wijzigen. Koop je zo'n auto, dan betaal je in de eerste tariefgroep (1 tot 30 gram uitstoot per kilometer) 26 euro per gram CO2-uitstoot. Over de tweede schijf (31 tot 50 gram uitstoot per kilometer) ben je 112 euro per gram uitstoot verschuldigd. Over de derde schijf (boven de 50 gram per kilometer uitstoot) is dat 270 euro per gram uitstoot.
Koop je een plug-in hybride met een dieselmotor, dan betaal je daarnaast ook een dieseltoeslag.
Nieuwe meetmethode, hogere BPM?
Er is wel wat ophef over de uitwerking van een nieuwe meetmethode voor de CO2-uitstoot. Vroeger werd voor het vaststellen van de CO2-uitstoot van nieuwe autotypes de zogeheten NEDC-emissietest gebruikt.
Sinds september 2017 is overgestapt naar een nieuwe test: de WLTP-test. Deze is wat realistischer, maar leidt ook tot een wat hogere gemeten CO2-uitstoot. Aangezien de BPM van deze uitstoot afhangt, kan de overstap naar de nieuwe test zorgen voor een lastenverzwaring bij de aankoop van een auto.
Om autokopers niet te duperen wordt voor het bepalen van de BPM de WLTP-waarde teruggerekend naar de - lagere - NEDC-waarde. Maar op termijn (waarschijnlijk komend jaar of begin 2020) worden nieuwe BPM-tarieven vastgesteld op basis van de nieuwe testmethode.
De overheid heeft toegezegd dat de omschakeling naar de nieuwe test niet mag leiden tot hogere BPM-opbrengsten. Dat zou betekenen dat de BPM-tarieven moeten worden verlaagd. Maar of dat gaat gebeuren is de vraag. Staatssecretaris Menno Snel van Financiën ziet vooralsnog geen reden om de tarieven voor 2019 aan te passen. De uitstoot is iets hoger, maar de auto’s zijn gemiddeld ook zwaarder en duurder, zo redeneert hij.
Lobbyclubs van de autobranche zijn boos. Zij vrezen toch een hogere aanschafbelasting. Hoe het gaat uitpakken is nog niet bekend. In mei doet TNO een vervolgonderzoek naar de gevolgen van de WLTP.
Overweeg je een auto van de zaak, houd dan de ontwikkelingen in de gaten. Een hogere BPM maakt de aanschaf van een auto duurder en dat werkt ook door in de bijtelling.
Wegenbelasting iets omhoog
De tarieven van de motorrijtuigenbelasting (MRB) voor reguliere personenauto’s en bestelauto’s voor particulieren worden aangepast aan de inflatie. Daarom gaat de wegenbelasting komend jaar met 1,2 procent omhoog.
Uitstel fijnstoftoeslag voor dieselauto's
Daarnaast komt er een extra dieseltoeslag (fijnstoftoeslag) voor auto's en bestelbussen die op diesel rijden die meer dan 5 milligram per kilometer fijnstof uitstoten. Deze toeslag bedraagt 15 procent van de motorrijtuigenbelasting. Voor een gemiddelde dieselpersonenauto van tussen de 1.350 en 1.450 kilo komt dat neer op een belastingverhoging van 225 euro per jaar. Voor bestelbussen geldt deze toeslag alleen voor auto's die twaalf jaar en ouder zijn.
Hoewel deze regeling officieel komend jaar ingaat, ontspringen eigenaren van vervuilende dieselauto's nog even de dans. De invoering is een jaar uitgesteld, omdat de Belastingdienst de benodigde softwareaanpassing niet op tijd heeft af gekregen.
Zuinige auto's
Net als dit jaar zijn volledig elektrische auto's vrijgesteld van MRB.
Voor een semi elektrische (plug-in hybride) auto met een lage CO2-uitstoot (onder de 50 gram per kilometer) betaal je net als dit jaar de helft van het tarief voor een gewone auto, maar wel exclusief de gewichtscorrectie van 125 kilogram voor het accupakket.
Oldtimerregeling blijft van kracht
Oldtimers van veertig jaar of ouder zijn ook komend jaar vrijgesteld van motorrijtuigenbelasting. Rijdt je auto op benzine en is deze vóór 1 januari 1988 voor het eerst in gebruik genomen, dan kun je deelnemen aan een overgangsregeling. Je betaalt dan slechts een kwart van de motorrijtuigenbelasting (tot een maximum van 125 euro) tot je auto veertig jaar oud is.
Voorwaarde is wel dat deze auto in december, januari en februari niet de weg op gaat. Anders betaal je alsnog de volle mep. Deze overgangsregeling eindigt in 2028.
Verkeersboetes gaan omhoog
De boetebedragen voor snelheidsovertredingen worden aangepast aan de inflatie. Hiervoor hanteert de overheid een ander getal dan bij de motorrijtuigenbelasting: 1,7 procent. In de praktijk betekent dit dat je voor een boete voor te hard rijden 1 tot 7 euro duurder uit bent dan dit jaar.
Ook andere boetebedragen stijgen. Voor bedragen tot 100 euro moet je rekenen op een stijging van 5 euro. Boetes boven de 100 euro stijgen met 10 euro. Zo stijgt de boete voor dubbel parkeren komend jaar van 90 naar 95 euro. Word je achter het stuur betrapt met een mobiele telefoon in je hand, dan moet je daarvoor 240 euro aftikken. Nu is dat nog 230 euro.
De nieuwe boetebedragen vind je hier.
Bovenop de boete moet je ook administratiekosten betalen. Deze blijven gelijk: 9 euro.
Versoepeling betalingsregeling
Om te voorkomen dat mensen dieper in de schulden komen omdat verkeersboetes oplopen, wordt het vanaf januari mogelijk om al bij boetes vanaf 75 euro een betalingsregeling te treffen. Nu ligt de grens nog op 225 euro.
Duurdere parkeervergunningen
Voor een parkeervergunning in de binnenstad ben je komend jaar 2,4 procent meer kwijt, zo blijkt uit een steekproef van de Vereniging Eigen Huis onder 53 gemeenten. Een parkeervergunning kost gemiddeld 95 euro per jaar.
Vooral in Utrecht, Rotterdam en Den Haag gaan automobilisten fors meer betalen. Alleen in Hilversum gaan de prijzen omlaag.
Treinkaartjes: verschil 1e en 2e klas kleiner
De Nederlandse Spoorwegen gaan de tarieven voor enkele reizen en dagretours tweedeklas met gemiddeld 1,8 procent verhogen. Daar komt de verhoging van het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent nog bij.
Wie met de eerste klas reist, betaalt alleen de btw-verhoging; dus geen inflatiecorrectie. Het prijsverschil tussen de tweede en eerste klas wordt hierdoor wederom wat kleiner. De NS hoopt zo meer reizigers te verleiden om plaats te nemen in de eerste klas, waar vaak meer zitruimte is.
Ook de prijzen van veel abonnementen stijgen. Zo ben je voor het Weekend Vrij-abonnement straks 34 euro per maand kwijt: 1 euro meer dan nu. Dat komt neer op een prijsverhoging van 3 procent. Voor het Dal Vrij abonnement betaal je straks 3 euro extra, ofwel 2,9 procent. Het Altijd Voordeel-abonnement wordt 2 euro per maand duurder, ofwel 4,5 procent. En het Altijd Vrij Abonnement kost straks 346 euro per maand, 13 euro (3,9 procent) meer dan nu.
Het volledige tarievenoverzicht vind je hier.
Dit zijn nog meer dingen die veranderen in 2019:
- Voor ondernemers, gepensioneerden en werknemers: aftrekposten, pensioenen en vaderschapsverlof
- Voor medische zorg: zorgverzekering, zorgtoeslag en tandartstarieven
- Voor familiezaken: kinderopvang, kinderbijslag, erven, schenken en giften
- Voor de inkomstenbelasting: zo raakt dat je koopkracht
- Voor huizenbezitters: hypotheekrenteaftrek, NHG en energielasten