- Dit jaar verdwijnt de kleinste iPhone en wordt er een grotere variant geïntroduceerd.
- De focus lijkt te liggen op de duurdere en luxere modellen: in tegenstelling tot de goedkopere modellen, krijgen die wel volledige vernieuwingen.
- Komt dit echt door chiptekorten, of is het misschien een keuze die we ook in een andere branche zien?
- Lees ook: De iPhone 14 komt dit najaar: dit kun je wel en niet verwachten
Dit artikel verscheen eerder in de wekelijkse Business Insider Tech-Update. Deze nieuwsbrief ook ontvangen? Schrijf je dan onderaan deze pagina in.
OPINIE – Dit jaar verandert er niet veel in het iPhone-aanbod. Zeker niet als het om het instapmodel, de iPhone 14, gaat. Er komt een grotere variant bij, en de kleinste valt af. Misschien worden er wat kleine verbeteringen op het gebied van de batterij en de camera’s doorgevoerd, maar dan heb je het ook wel gehad.
De goedkopere modellen krijgen minder aandacht dan voorgaande jaren. Sterker nog, een van de goedkoopste modellen verdwijnt helemaal: de iPhone Mini. Daarnaast lijkt het erop dat Apple dit jaar de telefoons allemaal wat duurder maakt.
Natuurlijk kun je dit gebrek aan ontwikkeling terugleiden naar alle extra kosten die gemaakt moeten worden met bijvoorbeeld transport en het vinden van de inmiddels schaarse chips. En daar valt wat voor te zeggen, want als anderen er last van hebben, waarom zou Apple dat dan niet hebben?
Nog een excuus is dat Apple de afgelopen jaren, en ook dit jaar, de voorkeur gaf aan het ontwikkelen van de M1- en M2-chips in plaats van het ontwikkelen van nieuwe processoren voor de iPhone. Dit beweert Apple-analist Mark Gurman. Volgens hem zou de chiptak van Apple in de capaciteit geschoven hebben om de M1 en M2-chips werkelijkheid te maken ten koste van de A16-processor voor de iPhone 14. Maar hij gaat hier voorbij aan het feit dat de A16 er toch al is. Waarom kan Apple die dan niet gebruiken in de iPhone 14?
Kopieert Apple de strategie van autofabrikanten?
Kijken we buiten de grenzen van de techwereld, dan zien we dat er in een andere industrie eigenlijk hetzelfde spelletje gespeeld wordt. Alleen zijn ze er daar iets opener over dan Apple dat is. In de autobranche wordt ook steeds vaker afscheid genomen van de kleinere en goedkopere modellen en verlegt men eveneens de focus naar de duurdere, luxere modellen.
Waarom ze dat doen? Enerzijds door de bovengenoemde problemen, maar anderzijds, en daar zijn merken zoals Audi en BMW heel duidelijk over: de winstmarge op de grotere luxere auto’s is vele malen groter. Het is dus veel lucratiever om tijd en geld in het ontwikkelen en verkopen van een nieuwe Audi A6 Avant e-tron te steken, dan in het proberen te verkopen van 10 Audi A1’s en het binnenharken van een fractie van de winst.
Als je naar de iPhone 14 kijkt, dan zou je deze strategische keuze vrijwel één-op-één kunnen overnemen. De iPhone Mini gaat eruit, en er komt een groter model voor terug. Daar is meer vraag naar, en daar zit ook een grotere marge op. En net als de Duitse autofabrikanten (die overigens niet de enige zijn die de focus verleggen) zie je nu dat Apple daarnaast ook nog eens de nadruk legt op de luxere en vooral nog duurdere modellen.
De iPhone 14 Pro’s krijgen namelijk wel gewoon een nieuwe processor, veel betere camera’s en een nieuw scherm (dat altijd aan kan blijven).
Met andere woorden, de Apple A1 is eruit en je kunt nu alleen nog de Apple A6 Avant e-tron kopen.
Het gevolg hiervan is dat consumenten misschien eerder overstag gaan om toch die paar honderd euro extra neer te tikken voor een Pro-model. Daarna raken ze snel gewend aan de Pro-functionaliteiten, waardoor de volgende iPhone waarschijnlijk weer een Pro wordt. Want als je eenmaal aan die Audi A6 Avant e-tron gewend bent, is het lastig om hem in te ruilen voor een karige Audi A1. Heeft Apple je toch mooi opgevoed.