Behalve hypotheekrenteaftrek en de AOW-leeftijd is er nog een belangrijk
onderwerp dat de politiek deze verkiezingen splijt: het ontslagrecht.

De PvdA is volgens het concept verkiezingsprogramma tegen versoepeling. De
partij wil "het ontslagrecht in deze onzekere tijden niet verslechteren".

Bij het CDA zijn ze een stuk minder duidelijk: "Het CDA onderschrijft de
tendens tot versobering van ontslagvergoedingen", staat in het
programma. Behoorlijk vaag.

Glashelder
D66 is juist glashelder: "Het ontslagrecht moet worden hervormd. De
arbeidsovereenkomst moet zonder tussenkomst van derden kunnen worden
ontbonden". Groenlinks wil ook verandering, en stelt een "een
eenduidig ontslagrecht met korte procedures" voor.

De VVD wil een "vaste ontslagvergoeding van twee weken per gewerkt jaar".

Dat kan nog flink vechten worden tijdens de formatie. Balkenende IV gleed
bijna uit over het ontslagrecht, en de bananenschil ligt nog altijd midden
op de weg.

Heilzaam of rampzalig
Voor- en tegenstanders sloegen elkaar het laatste paar jaar om de oren met
onderzoeken en theorieën om aan te tonen dat soepel ontslag heilzaam of
juist rampzalig is voor de werking van de arbeidsmarkt. Ze konden dat doen
omdat wetenschappelijke onderzoek geen eenduidige antwoorden gaf.

Onderzoekers vonden dat in landen met een steng ontslagregime de
participatiegraad (percentage van de bevolking met werk) iets lager is dan
in soepele landen. Een duidelijk effect op de hoogte van de werkloosheid was
er niet. Wel duurt het voor mensen die hun baan verliezen in strenge landen
langer om weer aan het werk te komen.

Soepel ontslagrecht zorgt dus niet zozeer voor lagere (of hogere)
werkloosheid, maar wel voor meer dynamiek op de arbeidsmarkt, mensen
verliezen en vinden vaker een baan.

Op zich zou dat al een argument kunnen zijn om voor soepel ontslag te pleiten.
Meer arbeidsmarktdynamiek kan er voor zorgen dat werknemers makkelijker naar
de juiste baan hoppen, waar ze het best inzetbaar zijn. Bovendien voorkom je
dat er een toevallige groep van pechvogels ontstaat die langdurig werkloos
blijft. De ellende wordt eerlijker verdeeld.

Innovatie
Maar soepeler ontslagrecht heeft nog een groot voordeel: het wakkert innovatie
aan. Dat ontdekten drie Nederlandse economen, Eric Bartelsman en Pieter
Gautier van de Vrije Universiteit en Joris de Wind van De Nederlandsche
Bank.

Het verslag van hun onderzoek is bijna gereed en zal waarschijnlijk in de week
van 12 april als working paper van het Tinbergen Instituut verschijnen.
(Zodra dat gebeurt zal ik dat hier melden en de link geven.)

In het concept dat ik alvast kreeg, staat de conclusie al duidelijk te lezen: "In
landen met een streng ontslagrecht zijn risicovolle, innovatieve sectoren
minder productief en kleiner."

De onderzoekers komen tot die conclusie na analyse van gegevens over
verschillende sectoren in verschillende EU-lidstaten en de VS, tussen 1995
en 2005. Strenge ontslagregels dempen het innovatieve vermogen van een land.
Dat is slecht voor de productiviteit en uiteindelijk dus ook voor de
economische groei.

Mislukte projecten
Het duidelijke verband tussen ontslagrecht en innovatie komt waarschijnlijk
tot stand doordat het voor bedrijven in landen met strenge ontslagregels,
duurder en moeilijker is om mislukte projecten stop te zetten.

Dat is nu eenmaal het karakter van innovatie: je probeert eens iets, en als
het niet winstgevend is te krijgen, trek je er snel de stekker uit. Werkt
het wel: dan schaal je de operatie op. Zonder mislukkingen geen succes.

Een belangrijk deel van de kosten van innovatie zit dus in het stopzetten van
onderpresterende ondernemingen. Streng ontslagrecht maakt die kosten hoog.
Minder bedrijven zullen dan bereid zijn de nek uit te steken.

Successen in ICT
Het resultaat van dit mechanisme is vooral zichtbaar in ICT-intensieve
sectoren. In de nieuwe informatie- en communicatietechnologie moeten
bedrijven nog meer dan in andere sectoren een hit-and-miss-spel spelen. Je
start tien projecten, in de hoop dat er één (enorm) winstgevend wordt.

Geen wonder dat de successen in de ICT juist in de VS zijn geboekt, waar
ontslagkosten laag zijn. Je ziet dat zelfs terug in de macro-economische
productiviteitsstatistieken. Sinds 1995 blijft de productiviteit in Europa
duidelijk achter bij die in de VS.

Dat is een hoge prijs voor een beetje schijnzekerheid voor de burger.

Lees ook:

Analyse Mathijs Bouman: Ontslagrecht nu echt op de schop

Lage ontslagpremie nu ook belastingvrij weg te zetten

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl