Buitenlandse ‘cannabistoeristen’ zijn op termijn niet meer welkom in Amsterdamse coffeeshops.
Met dit verbod willen burgemeester Femke Halsema, het Openbaar Ministerie en de politie het drugstoerisme in de hoofdstad de kop indrukken.
De gemeenteraad moet zich nog buigen over het plan.
Buitenlandse toeristen zijn op termijn niet meer welkom in Amsterdamse coffeeshops. Als het aan burgemeester Femke Halsema, het Openbaar Ministerie en de politie ligt, worden alleen nog inwoners van Nederland toegelaten.
Naast het terugdringen van de vraag naar softdrugs en het drugstoerisme wil de hoofdstad de cannabismarkt met een coffeeshopkeurmerk transparanter te maken. Dit om te voorkomen dat de softdrugshandel, die de laatste jaren fors is gegroeid, zich vermengt met het gewelddadige harddrugsmilieu.
Hoewel het aantal Amsterdamse coffeeshops de afgelopen twintig jaar werd teruggebracht van 283 naar 166, nam de vraag naar softdrugs enorm toe. Sommige coffeeshops zagen een omzetstijging van 75 tot 200 procent.
Veel jonge toeristen die alleen voor coffeeshops komen
De zogenoemde cannabistoeristen, die met goedkope vluchten naar Amsterdam komen, hebben hier volgens Halsema flink aan bijgedragen. “We hebben gezien dat heel veel groepen jongeren naar Amsterdam komen om een coffeeshop te bezoeken.”
Amsterdam, waar bijna 30 procent van alle coffeeshops in ons land te vinden zijn, wilde eerder niet aan het zogenoemde ingezetenencriterium (i-criterium). Door dit toegangsverbod voor buitenlandse toeristen tot coffeeshops vreesde de hoofdstad een toename van de de illegale straathandel.
Wel bracht de hoofdstad het aantal coffeeshops terug en moesten ze weg uit de buurt van scholen.
Onderzoek toont volgens Halsema nu aan dat een groot aantal buitenlandse toeristen aangeeft dat ze niet meer naar Amsterdam gaan als ze geen coffeeshop binnen kunnen komen. En hoewel de kans bestaat op meer handel van softdrugs op straat, kan dat door het wegblijven van toeristen ook weer afnemen.
"De toevlucht van toeristen heeft de afgelopen jaren al gezorgd voor een enorme toename van straathandel in met name nepdope", aldus Halsema. "Als we daar iets aan willen doen, moeten we ook minder potentiële klanten hebben."
Door de aanhoudende vraag naar cannabis zijn er ook zorgen over het illegale hennepteeltcircuit. De politie vermoedt dat als de belangen groter worden en er meer geld in omgaat, hier meer risico is op vermenging met de harddrugshandel.
Keurmerk voor coffeeshops in Amsterdam
Een keurmerk voor coffeeshops, naar Haarlems voorbeeld, moet de cannabismarkt minder kwetsbaar maken voor georganiseerde criminaliteit. Coffeeshops met een keurmerk mogen bijvoorbeeld een grotere voorraad cannabis in huis hebben, waardoor koeriers - die vaak doelwit zijn van berovingen - niet meerdere keren per dag hoeven aan te vullen.
Met deze aanpak kan volgens Halsema geleidelijk toegewerkt worden naar het landelijk reguleren van de zogenoemde "achterdeur" van coffeeshops.
Ook wil de driehoek met een maximum aantal coffeeshops per keten voorkomen dat er onwenselijke monopolieposities ontstaan.
Over de precieze uitvoering van de plannen, zoals de handhaving en het tijdsbestek, buigt de driehoek zich later.
Eerst moet de gemeenteraad, die volgens Halsema "van oudsher" erg verdeeld is over het coffeeshopbeleid, er iets van vinden. "Maar ik zie eigenlijk geen alternatieve oplossing."